Dida - taal - OA - jaar 2 - les 2

Les 6. Leren lezen
OA - jaar 2 - didactiek - taal

2022-2023
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
OnderwijsassistentenMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Les 6. Leren lezen
OA - jaar 2 - didactiek - taal

2022-2023

Slide 1 - Tekstslide

Nodig: 
Werkblad
A3, stiften en BAK/VMBO-lijst voor opdr 3
Doel

• De student weet dat geletterdheid het vermogen is om lezend en schrijvend te communiceren en hoe je dit kunt stimuleren.
• De student weet wat geletterdheid inhoudt, kent de 3 fasen en de kenmerken die daarbij horen: ontluikende geletterdheid, beginnende geletterdheid en gevorderde geletterdheid.
• De student weet dat de referentieniveaus zijn ontwikkeld om vast te stellen welke basiskennis en –vaardigheden leerlingen moeten beheersen voor taal en rekenen. (4 fundamentele niveaus en vier streefniveaus (1F t/m 4F en 1S t/m 4S) voor primair onderwijs, (voortgezet) speciaal onderwijs, voortgezet onderwijs en mbo.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht - lesactiviteit
  • Zoek enkele woorden (die bij elkaar horen) uit de Bak- of VMBO-lijst
  • Bedenk in tweetallen een lesactiviteit volgens de Viertakt
  • Gebruik evt. woordclusters
  • Teken het uit op A3
  • Na 15 minuten delen 


timer
15:00

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Startopdracht

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat is je opgevallen?

Slide 6 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Leren lezen door de jaren heen....

Slide 7 - Tekstslide

Aanvullend op vorige college -> eigen methodiek in groep 3. Wass vorige versie van VLL. Nu Kim –versie. Welke verschillen zie je? Kijk naar de techniek vd globale woorden. Globaal woord = mkm word
Wordt gebruik als basis voor analyse en synthese – aanleren van woorden.

Wat valt je op?

Welke verschillen zie je?

Slide 8 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat waren jouw eerste leeswoordjes?
A
Boom / Roos / Vis
B
Ik Kim Vis
C
Maan / Roos / Vis
D
Anders....

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leesboekjes van nu...





  • Wat was jouw favoriete leesboekje?
  • Wat zijn de verschillen met vroeger en nu?
  • Leesbevordering en technisch lezen ineen!

Slide 10 - Tekstslide

Leesbevordering - wat is dat? Anders uitleggen
Wat is jouw ervaring met groep 3?
A
Momenteel loop ik stage in groep 3
B
Ik heb in groep 3 stage gelopen
C
Mijn stage is of was bij de kleuters of in groep 4
D
Geen ervaring rond deze groep

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Pseudolezen

Slide 12 - Tekstslide

Pseudolezen is het imiteren van voorleesgedrag. De volgende zes stappen kun je zien als fasen die het kind doorloopt bij het pseudolezen.

 
1. Commentaar geven op plaatjes: reageren op illustraties zonder enige samenhang tussen de opmerkingen. Je noemt wat je ziet. 
2. Het volgen van het verhaal op de plaatjes: met behulp van de plaatjes de verhaallijn proberen te volgen. Weet zinnen te produceren die in een verhaal passen. 
3. Een verhaal weergeven in dialoogvorm: in dialoogvorm gaan vertellen. Stemmetjes erbij om aan te geven wie spreekt. Verhaal is nog niet heel samenhangend. 
4. Een verhaal weergeven in monoloogvorm: in monoloogvorm het verhaal kunnen vertellen. Gebruik van intonatie en verwijzen tijdens vertellen naar de plaatjes.  5. Een verhaal weergeven in een mengeling van spreektaal en schrijftaal: bewust wording van hoe je boeken voorleest, het wijkt af van gewone spreektaal. GEbruik van intonatie en het besef dat de schrijftaal qua woordkeus en zinsbouw afwijkt van spreektaal. Kinderen worden minder afhankelijk van prenten. 
6. Het memoriseren van teksten: de taal van het boek letterlijk reproduceren. Kinderen ontdekken dat de tekst van een boek in letters vastligt. 

Let op: je kunt niet spreken van verschillende stadia bij bovenstaande fases. De fases kunnen ook door elkaar heen lopen of samengaan. Als leerkracht kun je kinderen wel stimuleren in de zonen van naaste ontwikkeling. Bijvoorbeeld door ze opdrachten te geven die complexer zijn: bijv de platen bekijken en vervolgens het verhaal in dialoog (samen met het kind) gaan vertellen. 

Kan iemand een voorbeeld geven?

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat zie je hier gebeuren?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

De Elementaire leeshandeling
Welke stappen worden genomen bij het leesproces?
Noteer ze. 

  1. Leesrichting, analyse (hakken) van de letters (grafemen) -> klanken (fonemen)
  2. Synthese (plakken)
  3. Betekenis

Auditieve analyse = hakken
Auditieve synthese = plakken

B U S

Slide 15 - Tekstslide

 Ze lezen van links naar rechts, koppelen fonemen aan grafemen, voegen de klanken samen en geven betekenis aan het woord. De auditieve analyse wordt ook wel hakken genoemd. Auditieve synthese heet plakken. De elementaire leeshandeling wordt gelijk met de elementaire spellinghandeling aangeboden

De elementaire leeshandeling vormt de grondslag van de leesvaardigheid. Het is gebaseerd op het fonologisch principe van ons schriftsysteem: een foneem wordt weergegeven door een grafeem.
Deze leesstrategie bestaat uit de volgende stappen:
- het geschreven woord visueel analyseren in afzonderlijke grafemen, bijvoorbeeld in het woord tuin de grafemen t, ui en n;
- de juiste fonemen koppelen aan de grafemen, bijvoorbeeld /t/ aan t;
- de volgorde van de fonemen onthouden;
- het auditief synthetiseren van de afzonderlijke fonemen, bijvoorbeeld /t/+/ui/+/n/ -> /tuin/;
- betekenis geven aan het gesproken woord /tuin/.
De elementaire leeshandeling is te beschouwen als het spiegelbeeld van de elementaire spellinghandeling, waarin het gesproken woord /tuin/ wordt omgezet in het geschreven woord tuin.
De Elementaire leeshandeling






  • Probeer het voor te doen met het woord 'tuin'.

Slide 16 - Tekstslide

De elementaire leeshandeling vormt de grondslag van de leesvaardigheid. Het is gebaseerd op het fonologisch principe van ons schriftsysteem: een foneem wordt weergegeven door een grafeem.
Deze leesstrategie bestaat uit de volgende stappen:
- het geschreven woord visueel analyseren in afzonderlijke grafemen, bijvoorbeeld in het woord tuin de grafemen t, ui en n;
- de juiste fonemen koppelen aan de grafemen, bijvoorbeeld /t/ aan t;
- de volgorde van de fonemen onthouden;
- het auditief synthetiseren van de afzonderlijke fonemen, bijvoorbeeld /t/+/ui/+/n/ -> /tuin/;
- betekenis geven aan het gesproken woord /tuin/.
De elementaire leeshandeling is te beschouwen als het spiegelbeeld van de elementaire spellinghandeling, waarin het gesproken woord /tuin/ wordt omgezet in het geschreven woord tuin.

Slide 17 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke vaardigheden zie je in dit voorbeeld voorbij komen (van bewegend leren lezen)?

Slide 18 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe zou jij kinderen helpen bij het leren lezen?

Slide 19 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Van 'hakken en plakken' tot automatiseren - aanpak
Elementaire leeshandeling --> directe woordherkenning
  • Modelen (voor-koor-door)
  • Zoemend/zingend lezen
  • Wisselrijtjes lezen & flitsen
  • Leeskilometers maken
  • Auditieve vaardigheden 
  • Visuele vaardigheden
  • Concreet en visueel ondersteunen 
  • Herhalen
  • Spelenderwijs veel en gevarieerd oefenen (leescircuit) - ideetjes?

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies