2. H2 MEN De grote paarse vrijdag quiz!

De Grote Paarse Vrijdag Quiz!
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
MentorlesMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

De Grote Paarse Vrijdag Quiz!

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spelregels
1. Je krijgt een beperkte hoeveelheid tijd per vraag. 
2. Je krijgt 10 vragen kort achter elkaar.
3. Na de 10 vragen wordt er kort herhaald, zodat je de antwoorden kan controleren. Daarna volgen nog vijf vragen.
4. Er zijn 2 rondes met in totaal 15 vragen.
5. Aan het einde worden de antwoorden besproken. 
6. Je werkt in teams van 4-6 leerlingen.
7. Bij gebruik van telefoon word je gediskwalificeerd.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Maak groepjes en geef jullie teamnaam op!

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 1.
Waar staat de afkorting 
LHBTQIA+ voor? 
Schrijf voor elke letter de betekenis.

Slide 4 - Tekstslide

Lesbisch
Homoseksueel
Biseksueel
Trans
Queer
Intersekse
Aseksueel
En nog meer

Vraag 2:
In welk jaar werd het homohuwelijk in Nederland gelegaliseerd?

Slide 5 - Tekstslide

2001. 
Op dat moment trouwden tegelijkertijd 4 stellen!

Vraag 3:
Dit is de Progress-flag. 
De eerste pride vlag was alleen een regenboog. 
Waar staan de witte, roze en blauwe kleuren voor in deze vlag? Beschrijf ze alle drie.

Slide 6 - Tekstslide

Vrouwen, mannen en non-binaire personen.
Vraag 4:
Wat doe je als je 'uit de kast komt'? 

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 5:
Wanneer was de eerste Paarse vrijdag. 
Noem een jaartal.
Je mag er maximaal 2 jaar vanaf zitten.

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 6.
Voor welke seksuele 
geaardheid staat deze 
vlag?

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 7.
Docent Jenny valt op mensen in het algemeen, niet op mensen met een specifiek geslacht. Het maakt haar dus niet uit wat voor geslacht iemand heeft: het gaat haar om de persoon zelf. Welke seksuele geaardheid heeft Jenny?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 8:
Hoe heet een persoon die zich kleed en opmaakt zoals op de foto hiernaast?

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 9:
Wat is homofobie?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 10:
Wat betekent het als je cis-gender bent?

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oke: nu herhalen we kort de vragen.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vraag 11:
"Een jaar later was Massachusetts de eerste staat die het homohuwelijk legaliseerde."
Welk jaar was dat?

Slide 15 - Tekstslide

2004
Vraag 12:
In hoeveel landen op de wereld kán je ter dood worden veroordeeld voor homoseksualiteit?
Je mag er 5 vanaf zitten.

Slide 16 - Tekstslide

11 landen!
Vraag 13:
Hoe spreek je over iemand die non-binair is? 
Hij, zij, het, hun, hen of zij (meervoud)

Slide 17 - Tekstslide

Strikvraag: dat hangt er vanaf waar die gene voorkeur voor heeft. je mag het dus altijd vragen, dat vind iedereen oke. 
Vraag 14: 
Op de afbeelding zie je een evenement in Amsterdam. 

Hoe heet dit evenement?

Slide 18 - Tekstslide

Canal parade
Vraag 15:
Wat is het verschil tussen gender en sekse?

Slide 19 - Tekstslide

Gender geeft aan hoe jij je identificeerd, waar sekse uitgaat van alle biologische onderdelen, zoals hormonen, genen en genitale kenmerken.
5 minuten besprekingstijd
Geef je blaadje door aan de groep links van jullie.
We bespreken nu de antwoorden in de klas.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Aanraders!
Wil je meer weten én lekker wegkijken? Kijk dan: 
Sex Education (Netflix)
Anne+ (Gratis online én Nederlands)

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies