thema 6 alle BS

Ecologie
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Ecologie

Slide 1 - Tekstslide

huiswerk inhaal uurtje
vanmiddag bij jullie mentor vanaf het zevende uur, lokaal 68:
Stine, Sofie, Xian, Jeppe
gaten in 6.6: Lotte, Malou, Thijs M, Julian en Puck
Huiswerk voor vrijdag 9 april:
milieu-opdracht inleveren
alle leerstof doornemen, ook de opdrachten, 
vragen voorbereiden, kijk naar de lessonUp op Classroom

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

een ecosysteem is....

Slide 4 - Open vraag

wat is het verschil tussen een biotoop, een bioom en de biosfeer?

Slide 5 - Open vraag

Individu
Populatie

Levensgemeenschap
Ecosysteem

Biosfeer: aarde


2V Bioom
1  levend org. v.e. bep. soort
1 groep org. v. dezelfde soort die in een gebied samenleven
alle populaties in 1 gebied
gebied waarbinnen de bio. en abio. factoren  eenheid vormen
gebied in, op, rond aarde waarin leven mogelijk, alle ecosystemen samen
gebied binnen biosfeer met kenmerkend klimaat

Slide 6 - Tekstslide

wat is het verschil tussen een voedselketen, voedselweb, voedselnet, voedselkringloop en voedselpiramide?

Slide 7 - Open vraag

Waarom heeft piramide van biomassa altijd een piramide vorm
A
Er zijn meer predatoren
B
Er zijn altijd meer producenten
C
Er gaat per schakel energie verloren

Slide 8 - Quizvraag

Heeft een piramide van aantallen altijd een piramide vorm? Waarom?
A
Ja, want het geeft altijd de schakels in de juiste volgorde weer
B
Ja, want het aantal individuen in elke schakel wordt altijd kleiner
C
Nee, want het aantal individuen kan groter zijn in de volgende schakel
D
Nee, want de schakels van een voedselketen kunnen soms in een andere volgorde staan

Slide 9 - Quizvraag

Voedselkringloop

Slide 10 - Tekstslide

In de koolstofkringloop wordt door veel organismen stoffen verbrand. Bij welke organismen in de koolstofkringloop is er verbranding van Energierijke stoffen? Meerdere antwoorden mogelijk.

A
Producenten
B
Reducenten
C
Consumenten
D
Afvaleters

Slide 11 - Quizvraag

koolstofkringloop

Slide 12 - Tekstslide

De Waterkringloop

Slide 13 - Tekstslide

Optimumkromme

Slide 14 - Tekstslide

waar draait het om bij concurrentie? (meerdere antwoorden mogelijk)
A
om strijd tussen individuen of populaties om voedsel
B
om strijd tussen individuen of populaties om een partner
C
om strijd tussen individuen of populaties om een veilige plek
D
om samenwerken van individuen of populaties bij jagen op een prooi

Slide 15 - Quizvraag

Relaties binnen populatie
  • Concurrentie
  • Samenwerking
  • Rangorde
  • Territorium
  • Paarvorming

Slide 16 - Tekstslide

Wat is symbiose?

Slide 17 - Open vraag

wat is verschil tussen commensalisme, mutualisme en parasitisme?

Slide 18 - Open vraag

De mens is afhankelijk van zijn omgeving voor .....meerdere antwoorden mogelijk
A
grondstoffen
B
voedsel en zuurstof
C
water en energie
D
natuur voor recreatie

Slide 19 - Quizvraag

wat is biodiversiteit?
A
alle planten en dieren die samen in een klimaat leven.
B
het voorkomen van verschillende dieren en planten in een bepaald gebied en de variatie daarin
C
het aantal planten en dieren en wat zij eten
D
het meeste aantal organismes dat in een bepaald gebied voorkomt.

Slide 20 - Quizvraag

Waardoor is de biodiversiteit in Nederland afgenomen?
A
Intensivering van de landbouw, overbevissing, ontbossing
B
Toename van het aantal inwoners, urbanisatie,
C
Vervuiling
D
Klimaatverandering

Slide 21 - Quizvraag

Welke energiebronnen zijn fossiele brandstoffen?
A
Bio-ethanol
B
Aardgas
C
Kernenergie
D
Zonne-energie

Slide 22 - Quizvraag

Wat zijn de belangrijkste broeikasgassen?
A
Stikstof
B
Koolstofdioxide
C
Waterdamp
D
Methaan

Slide 23 - Quizvraag

Gevolgen broeikaseffect
  • Stijging gemiddelde temperatuur, opwarming van de aarde
  • Stijging zeespiegel, door smelten van ijs van gletsjers en ijskappen
  • Klimaatverandering, andere/extremere weertypen
  • Door klimaatverandering verwoestijning (en door overgebruik van de grond) en verzilting

Slide 24 - Tekstslide

Wanneer spreek je van klimaatverandering?
A
als de gemiddelde temperatuur in een land in een jaar minimaal 2 graden verschilt met het jaar ervoor
B
als de gemiddelde temperatuur in een land in een jaar minimaal 4 graden verschilt met het jaar ervoor
C
als het gemiddelde weertype in een land gedurende een periode van meerdere jaren verandert
D
als het gemiddelde weertype in een land gedurende een periode van een jaar verandert

Slide 25 - Quizvraag

Hoe kun je de term 'ecologische voetafdruk' het beste omschrijven?
A
De ecologische voetafdruk zegt iets over hoeveel jij van de aarde gebruikt
B
De ecologische voetafdruk gaat over hoeveel ruimte jij inneemt
C
De ecologische voetafdruk heeft alleen te maken met het gebruik van het landoppervlak
D
De ecologische voetafdruk zegt iets over de bevolkingsdichtheid in een land

Slide 26 - Quizvraag

Ecologische voetafdruk
De ecologische voetafdruk is de ruimte die we per persoon innemen op aarde. Deze ruimte word berekend op basis van jouw levensstijl. Het wordt uitgedrukt in hectare.

Slide 27 - Tekstslide

Huishoudelijk afval wordt ingedeeld in vijf groepen:
1 groente-, fruit- en tuinafval;
2 glas;
3 plastic;
4 metaal;
5 papier.
Welke van deze groepen afval is, of zijn biologisch afbreekbaar?

A
alleen 1
B
alleen 1 en 5
C
alleen 1 , 3 en 5
D
allemaal

Slide 28 - Quizvraag

Duurzaamheid
Duurzaamheid
Niet meer stoffen uit het milieu halen dan het milieu kan aanvullen.
Niet meer stoffen aan het milieu toevoegen dan het milieu kan verwerken.

Slide 29 - Tekstslide

duurzame oplossingen voor milieuproblemen
1 duurzame energie
2 duurzame grondstoffen
3 duurzame landbouw
4 minder vervuiling
5 minder broeikasgassen

Slide 30 - Tekstslide

In de biologische landbouw wordt vruchtwisseling toegepast. Twan en Lieke doen daarover een bewering.
Twan zegt dat daardoor geen chemische bestrijdingsmiddelen hoeven te worden gebruikt om organismen in de bodem te bestrijden.
Lieke zegt dat door vruchtwisseling niet elk jaar kan worden geoogst.

Wie heeft (hebben) een juiste bewering gedaan?
A
Alleen Twan.
B
Alleen Lieke.
C
Zowel Twan als Lieke.
D
Geen van beiden.

Slide 31 - Quizvraag

Biologische                               Landbouw
vruchtwisseling
onbespoten 
scharrelen
natuurlijke bestrijding
mechanische verwijdering 
van onkruid
geen monocultuur
geen kunstmest
geen chemische gewasbestrijding

Slide 32 - Tekstslide

Wat is GEEN duurzame energiebron?
A
Waterkracht
B
Windkracht
C
Kernenergie
D
Zonne-energie

Slide 33 - Quizvraag

Biomassa
energie uit E rijke stoffen: uit organisch materiaal:
hout, gft, mest, plantaardige olie
ontstaat ook CO2, maar deze was eerder opgenomen: kringloop
ook geschikt als brandstof: bio-olie en biogas
nadeel: speciaal telen: kost grond en gebruik kunstmest + water

Slide 34 - Tekstslide