3.2 Chili beeft - R-les

Starten met...
Lees voor jezelf de paragraaf waar je nu mee bezig bent.

Schrijf op het blaadje:
- Alle zinnen/woorden die je nog lastig vindt.
- Onderwerpen waar je nog meer uitleg over wilt hebben.
1 / 51
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 51 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Starten met...
Lees voor jezelf de paragraaf waar je nu mee bezig bent.

Schrijf op het blaadje:
- Alle zinnen/woorden die je nog lastig vindt.
- Onderwerpen waar je nog meer uitleg over wilt hebben.

Slide 1 - Tekstslide

3.2 Chili beeft

Slide 2 - Tekstslide

schuif naar de goede plek: waar in chili vind je welke klimaten? 
Noorden
Zuiden
Midden 
woestijnklimaat
gematigd zeeklimaat
mediterraan klimaat

Slide 3 - Sleepvraag

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Is op de afbeelding sprake van een
El Nino of een normale situatie?
A
El Nino
B
Normale situatie

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer El Nino optreedt
A
trekt het lage druk gebied richting Zuid-Amerika
B
trekt het hoge drukgebied richting Zuid-Amerika
C
trekt het lage drukgebied richting Australie

Slide 7 - Quizvraag

Tijdens een El Nino zijn er veel vissen voor de kust van Chili
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quizvraag

3.2 Chili beeft

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kan uitleggen:
- wat plaattektoniek is 
- hoe platen bewegen
- hoe aardbevingen ontstaan.

Slide 10 - Tekstslide

Theorie
1: Chili beeft
B67: Platen en breuken
B68: Bewegingsrichtingen van platen
B73: Aardbeving
B77: Reliëf
B78: Gebergtevorming
B80: Oud en jong gebergte

Slide 11 - Tekstslide

0

Slide 12 - Video

Endogene en exogene krachten
  • Opbouw door endogene krachten
  • Afbraak door exogene krachten

Welke endogene processen zijn er?
Welke exogene processen zijn er?

Slide 13 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen endogene exogene krachten

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Platen

Slide 17 - Tekstslide

Bewegingen
Convergent: naar elkaar toe
Divergent: uit elkaar
Transform: langs elkaar

Aangestuurd door convectiestromen in de aarde

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Mid-oceanische rug
Langgerekte bergrug onder in de zee, ontstaan doordat magma bij het uit elkaar drijven van 2 oceanische platen naar boven komt.
(divergent)
Vulkanisme?
Ja, lichte
Aardbevingen?
Ja, lichte

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

(convergent)
Vulkanisme?
Ja, heftige
Aardbevingen?
Ja, zware

Slide 23 - Tekstslide

De trog
Een diepe kloof onde rin de zee, ontstaan door subductie (wegduiken) van een oceanische plaat. Kan wel 10 km diep zijn.
Subductie
Als één plaat onder de andere duikt, noemen we dat subductie

Een oceanische plaat is altijd zwaarder en duikt daarom onder de lichtere continentale plaat en duikt daarom.

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

(convergent)

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

(transform)
Vulkanisme?
Nee
Aardbevingen?
Ja, zware

Slide 28 - Tekstslide

Slide 29 - Tekstslide

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Link

Chili
Nazcaplaat duikt onder Zuid-Amerikaanse plaat

Type beweging?

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Chili
Platentektoniek leidt tot:
  • Gebergtevorming
  • Aardbevingen
  • Vulkanisme

Slide 36 - Tekstslide

Aardbevingen
H3 Chili: het land waar de aarde ophoudt

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Video

0

Slide 39 - Video

Aardbevingen

Slide 40 - Tekstslide

Aardbevingen
Aardschokken

  • Platen schuiven over of langs elkaar.
  • Dit gaat niet soepel, maar in schokken. 
  • Plaat blijft hangen, druk bouwt op. 
  • Op het moment van losschieten komen er trillingen vrij die te voelen zijn aan het aardoppervlak. 

Slide 41 - Tekstslide

Aardbeving
Hypocentrum: de plek waar de aardbeving plaats vind diep in de aarde
Epicentrum: de plek waar de aardbeving gevoeld wordt aan het aardoppervlak. Recht boven het hypocentrum. 

Slide 42 - Tekstslide

Aardbeving
Hypocentrum: de plek waar de aardbeving plaats vind diep in de aarde
Epicentrum: de plek waar de aardbeving gevoeld wordt aan het aardoppervlak. Recht boven het hypocentrum. 

Slide 43 - Tekstslide

Zwaarste aardbevingen komen voor bij:



Subductie door convergentie

(Trog (diepe kloof) daar waar de plaat onder de ander plaat beweegt.)

Slide 44 - Tekstslide

Tsunami
Aardbeving onder de zee: zeebeving

  • Plaat schiet los
  • Brengt zeewater in beweging
  • Vloedgolf

Slide 45 - Tekstslide

timer
1:00
Convectiestromen
Vulkaan
Plooiing door convergentie
Subductie
Mantel
Diepzeetrog
Midoceanische rug

Slide 46 - Sleepvraag

Seismisch gat
Seismisch gat: Als in een gebied al een lange tijd geen aardbeving is geweest en in de omliggende gebieden wel.

Een aardbeving verlicht de druk op een bepaald punt.
Maar niet alle gebieden kennen even vaak aardbevingen.

Slide 47 - Tekstslide

Beschrijven en verklaren hoe het komt dat Chili vaak wordt getroffen door zware aardbevingen.

Slide 48 - Open vraag

In welke drie richtingen bewegen de aardplaten?

Slide 49 - Open vraag

Als er een zeebeving is geweest ontstaat er vaak een ..............

Slide 50 - Open vraag

Aan de slag!
Ga aan het werk met de opdrachten van de paragraaf waar je mee bezig bent.


(volgende les gaan we het over vulkanen hebben)




Slide 51 - Tekstslide