6.5 herleiden

• Wiskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 1

Je weet nu wat gelijksoortige termen zijn en hoe je deze moet berekenen

Je leert hoe je gelijksoortige termen aftrekken

Je leert hoe je gelijksoortige termen moet samennemen

Theorie A

Theorie B 

Controle vragen 

wiskunde

Maak opdracht 66 t/m 80 

Opdracht 71, en 76, 78, 85, 86 zijn niet verplicht.  

Wat heb je geleerd? 

D-toets als oefentoets maken en oefenen voor de toets van de toetsweek

Terugblik

6.4 Rekenen met letters

 6 + 6 + 6 =  3 ⋅ 6 = 18

  x + x + x = 3x

Herleiden betekent makkelijker schrijven

Herleiden bij vermenigvuldigen

3a ⋅ 7b = 21ab 

1. vermenigvuldig alle getallen

2. vermenigvuldig alle letters 

3 ⋅ 7 = 21

a ⋅ b = ab

5a ⋅ 11b = .... ?

-3x ⋅ 100x = .... ?

1. 300x²
2. -300x
3. -300x²
4. 300x

Herleiden bij optellen

3a + 7a = 10a 

Alleen gelijksoortige termen kun je optellen

de getallen moeten dezelfde letters hebben

2x + 3x + 4y  = 5x + 4y

 

10ab + 6ab

Herleiden bij optellen

6.4 Samenvatting 

Herleiden bij vermenigvuldigen

Herleiden bij optellen

-4n ⋅ 5m = -20mn

5a ⋅ 6b = 30ab

5x ⋅ 7x = 35x² 

5ab + 6ab = 11ab

5a + 6b = k.n. 

5x + 7x = 12x

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 

7a - 2a =

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 =

7a - 2 =

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 = kan niet verder

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 = kan niet verder

-3b - 8b = 

-3b - 8b =

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 = kan niet verder

-3b - 8b = -11b

-3b - 2a =

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 = kan niet verder

-3b - 8b = -11b

-3b - 2a = kan niet verder

-3b - 2a =

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 = kan niet verder

-3b - 8b = -11b

-3b - 2a = kan niet verder

-3b - 2a - 8b - 7a =

klik hier

Let op:  Je mag bij deze som de lettercombinaties bij elkaar zetten,  dus de a letters  naast elkaar en de b letters bij elkaar.

Kijk maar naar de volgende dia.

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 = kan niet verder

-3b - 8b = -11b

-3b - 2a = kan niet verder

-3b - 2a - 8b - 7a = -2a - 7a - 3b - 8b =

-3b - 2a - 8b - 7a = -2a - 7a - 3b - 8b =

6.5A gelijksoortige termen aftrekken

7a - 2a = 5a

7a - 2 = kan niet verder

-3b - 8b = -11b

-3b - 2a = kan niet verder

-3b - 2a - 8b - 7a = -2a - 7a - 3b - 8b = -9a - 11b

Aan de slag

Maak nu opdrachten 66 t/m 71

Check na afloop ook de antwoorden op Google Classroom om te checken of je dit onderdeel goed hebt en begrijpt. 

Theorie B 

Kijk naar het filmpje,  let op:

tussen het filmpje door worden er vragen gesteld. 

01:13

Mag je in deze som de cijfers verplaatsen, maar de tekens laten staan?

1. ja
2. nee

02:40

Dus als je cijfers gaat verplaatsen, moet het verwerkingsteken (+ of -) ook mee verplaatsen.

1. ik snap het al een beetje
2. ik snap er (nog) niks van

03:49

−x+3y−6x+y=

04:36

8ab−5−6ab+5ab+3

05:17

p+2q−r−3q=

Wat heb je geleerd?

Je weet nu wat gelijksoortige termen zijn en hoe je deze moet berekenen

Je leert hoe je gelijksoortige termen aftrekken

Je leert hoe je gelijksoortige termen moet samennemen

Theorie A

Theorie B 

Controle vragen 

wiskunde

Maak opdracht zie studiewijzer!!

 Van alle opdrachten alleen de 1e en de 2e rij maken.

Wat heb je geleerd? 

Klaar? D-toets maken en oefenen voor de toetsweek