2.4: iedereen even welvarend?

2.4: iedereen even welvarend?
  • Aan het eind van de les kan ik de welvaart van een land berekenen. 
  • Aan het eind van de les kan ik uitleggen waarom ontwikkelingslanden zo moeilijk uit de armoede kunnen komen.
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 1 min

Onderdelen in deze les

2.4: iedereen even welvarend?
  • Aan het eind van de les kan ik de welvaart van een land berekenen. 
  • Aan het eind van de les kan ik uitleggen waarom ontwikkelingslanden zo moeilijk uit de armoede kunnen komen.

Slide 1 - Tekstslide

Waar gaat welvaart over?

Slide 2 - Woordweb

Nationaal inkomen
Nationaal inkomen zijn alle inkomens in een land bij elkaar opgeteld

Slide 3 - Tekstslide

Wie lijkt er in dit voorbeeld welvarender?
A
Nederland
B
Noorwegen

Slide 4 - Quizvraag

Eigenlijk is Noorwegen welvarender dan Nederland, maar in dit voorbeeld lijkt dit niet zo. Hoe kan het dat het nationaal inkomen dit beeld geeft?

Slide 5 - Open vraag

Inkomen per hoofd van de bevolking
Om welvaart te meten, kan er beter gekeken worden naar het inkomen per hoofd van de bevolking:
  • = het gemiddelde inkomen per inwoner 

Slide 6 - Tekstslide

Hoe bereken je het inkomen per hoofd van de bevolking?
Inkomen per hoofd van de bevolking:
  • Eerst van miljarden naar miljoenen 
  • Nationaal inkomen : aantal inwoners = inkomen per hoofd van de bevolking

Slide 7 - Tekstslide

Bereken het inkomen per hoofd in Noorwegen. Schrijf je berekening ook op.

Slide 8 - Open vraag

Ontwikkelingsland-en
Ontwikkelingslanden zijn landen met veel armoede, een slechte gezondheidszorg en weinig onderwijs 

Slide 9 - Tekstslide

2.4: iedereen even welvarend?
  • Aan het eind van de les kan ik het verschil tussen noodhulp en structurele hulp aan ontwikkelingslanden uitleggen. 
  • Aan het einde van de les kan ik uitleggen waarom je winners van ontwikkelingslanden helpt als je fairtrade-producten koopt.

Slide 10 - Tekstslide

Wat is ht nationaal inkomen?
A
Alle inkomens van de inwoners van een land bij elkaar opgeteld
B
Het kunnen voorzien in veel behoeften
C
Het gemiddelde inkomen per inwoner

Slide 11 - Quizvraag

Hoe bereken je het inkomen per hoofd van de bevolking?

Slide 12 - Open vraag

Leg in je eigen woorden uit waarom het voor een ontwikkelingsland moeilijk is om uit de armoede te komen.

Slide 13 - Open vraag

2 vormen van hulp
Noodhulp:
  • Bij natuurrampen, hongersnood, vluchtelingencrisis etc.
  • Bijvoorbeeld in de vorm van geld
Structurele hulp:
  • Hulp die gericht is om landen economisch zelfstandig te laten worden
  • Bijv. het inenten het bouwen van ziekenhuizen en opleiden van artsen

Slide 14 - Tekstslide

Structurele hulp

Noodhulp

Slide 15 - Sleepvraag

Wat betekent het als een product het merk 'FairTrade' heeft?

Slide 16 - Woordweb

Welke voorbeelden van fair-trade producten kennen we?

Slide 17 - Woordweb

Fairtrade
Fairtrade betekent 'eerlijke handel':
  • Boeren krijgen een goede prijs --> hierdoor is het product wel duurder
  • Boeren kunnen door de betere prijs hun bedrijf en levensomstandigheden verbeteren

Slide 18 - Tekstslide