Verbanden leggen

Welkom!

Neem rustig plaats en leg je boeken alvast op tafel
Geschiedenis
Maris College - Klas 2 - vmbo 
H3 De Eerste Wereldoorlog en daarna
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 2

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Welkom!

Neem rustig plaats en leg je boeken alvast op tafel
Geschiedenis
Maris College - Klas 2 - vmbo 
H3 De Eerste Wereldoorlog en daarna

Slide 1 - Tekstslide

Vandaag
  • Lesdoelen
  • Oorzaken & Gevolgen
  • Aanleiding
  • Directe & Indirect
  • Bedoeld & Onbedoeld
  • Afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
  • Aan het einde van de les kan je het verschil uitleggen tussen een oorzaak, gevolg en aanleiding

  • Aan het einde van de les kan je het verschil uitleggen tussen indirecte en directe oorzaken/gevolgen

  • Aan het einde van de les kan je het verschil uitleggen tussen bedoelde en onbedoelde oorzaken

Slide 3 - Tekstslide

Oorzaken
  • Historici vragen zich niet alleen af wat er in het verleden gebeurde, maar ook waarom dingen gebeurden

  • Hiervoor kun je een vraag gebruiken die begint met: "Waardoor"

  • Als je bezig bent met het beantwoorden van deze "waardoor" vraag, dan zoek je naar de oorzaken

Slide 4 - Tekstslide

Voorbeeld
  • Hans is te laat op school, omdat hij een lekke band kreeg.

  • Waardoor kreeg hij een lekke band?
  • Hij kreeg een lekke band, doordat hij door glas was gefietst.

  • Aan het woord "doordat" kun je de oorzaak herkennen

Slide 5 - Tekstslide

Gevolgen
  • De ene gebeurtenis zorgt weer voor andere gebeurtenissen

  • Dat zijn gevolgen

  • Doordat Hans een lekke band had, kwam hij te laat in de les.
    Het gevolg was dat hij een deel van de les geschiedenis had gemist

  • Oorzaak --> Gevolg(en)

Slide 6 - Tekstslide

Voorbeeld bij geschiedenis
Oorzaak: Koning Lodewijk XVI geeft al zijn geld uit aan oorlogen en jurken voor zijn vrouw

  • Gevolg 1: Frankrijk heeft geen geld meer
  • Gevolg: 2: Lodewijk XVI wilt nog meer belasting gaan heffen
  • Gevolg 3: Burgers zijn boos en komen in opstand

Slide 7 - Tekstslide

Aanleiding
  • Een gebeurtenis kan meerdere oorzaken hebben

  • Meestal is er daarvan één de directe oorzaak: 'de druppel die de emmer doet overlopen'

  • Het herkennen van de belangrijkste oorzaak van een gebeurtenis is soms moeilijk. Dit wordt ook wel de aanleiding genoemd

Slide 8 - Tekstslide

Voorbeeld bij geschiedenis
In de klas wordt Pietje elke dag gepest. Zijn spullen worden afgepakt, er wordt aan zijn kleren getrokken en hij moet altijd alleen zitten

Vandaag komt Pietje op school, en hij is al in een slechte bui. Zijn oma is pas kort overleden. 

Als Pietje de klas binnen komt, wordt de juf boos op hem. Pietje heeft zijn huiswerk niet gemaakt. Pietje wordt heel boos en scheld de juf uit.

Wat was de aanleiding voor Pietje om zo boos te worden op de juf?

Slide 9 - Tekstslide

Oorzaak en gevolg
Er kunnen meerdere oorzaken en gevolgen zijn.

Oorzaak: waarom of waardoor iets gebeurd
Gevolg: datgene wat na de oorzaak komt

Voorbeeld: de appel is rijp en valt van de boom op de grond

Oorzaak: appel is rijp
Gevolg: valt op de grond


Slide 10 - Tekstslide

Neymar breekt zijn been, hierdoor kan hij niet meer voetballen in het WK.

1. Wat is hier de oorzaak?
2. Wat is hier het gevolg?

Slide 11 - Open vraag

Frenna geeft een concert in Amsterdam. Maar tijdens de kaartverkoop gaat er iets mis. Alle fans kunnen hun kaartje niet kopen via de website. De fans zijn boos en eisen een uitleg.

1. Wat is hier de oorzaak?
2. Wat is hier het gevolg?

Slide 12 - Open vraag

Bedoeld en onbedoeld
Een oorzaak kan bedoelde en onbedoelde gevolgen hebben.

Bedoeld gevolg: een gevolg dat de bedoeling was van de oorzaak

Onbedoeld gevolg: een gevolg dat niet de bedoeling was van de oorzaak, zonder opzet, per ongeluk


Slide 13 - Tekstslide

Wat was de bedoeling en wat was onbedoeld?

Een koning wordt door burgers van zijn troon gestoten. Hierdoor ontstaat er een oorlog tussen de burgers om de macht. Er ontstaat daardoor ook een tekort aan producten omdat de handel stopt doordat het niet veilig is in het land.

Slide 14 - Open vraag

Direct en indirect
Veel gevolgen zijn direct, maar ze kunnen ook indirect zijn

Direct gevolg (korte termijn): rechtsreeks zonder dat er iets tussen zit. Oorzaak -- gelijk een gevolg

Indirect gevolg (lange termijn): wat langs een omweg gaat met tussen stapjes. Oorzaak en dan een indirect gevolg

Direct oorzaak (aanleiding): Oorzaken die direct tot een historische gebeurtenis leiden. De druppel die de emmer doet overlopen

Indirect oorzaak (lange termijn): Oorzaken die voor de directe oorzaak komen. Alles wat vooraf de ging tot de druppel de emmer deed overlopen

Slide 15 - Tekstslide


Wat zijn de directe en indirecte gevolgen?
Het klimaat veranderd en hierdoor verdwijnt de ijstijd 10.000 jaar geleden. Het werd warmer en droger, mensen konden niet meer goed als jager-verzamelaar leven. Hierdoor zochten mensen naar andere middelen van bestaan, zoals landbouw. Dit zorgde weer voor een groei in bevolking. Vandaag de dag zijn er bijna 8 miljard mensen op de aarde

Slide 16 - Open vraag

Afsluiting
  • Wat is een oorzaak?
  • Noem een voorbeeld van een oorzaak.

  • Wat is een gevolg?
  • Noem een voorbeeld van een gevolg

  • Wat is een aanleiding?
  • Noem een voorbeeld van een aanleiding.

  • Noem een voorbeeld van een bedoeld gevolg?
  • Noem een voorbeeld van een onbedoeld gevolg.

  • Noem een voorbeeld van een directe oorzaak.
  • Noem een voorbeeld van een indirect gevolg.

Volgende les
  • Begin aan H3 (WOI)
  • Pen & papier meenemen!
Huiswerk
2BK
Opdr: 1 t/m 4
Blz: 62/63

2KGT
Opdr: 1 t/m 3
Blz: 42

Slide 17 - Tekstslide