Les 49 (23-03)

Les 49

1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Les 49

Slide 1 - Tekstslide

Programme
  • Presentie
  • Werkwoorden op -er
  • Avoir en être
  • Au travail!
  • Spreekvaardigheid 
     - dialoog oefenen uitspraak
     - oefenen: jeu des cercles.
  • Afsluiting 

Slide 2 - Tekstslide

Lesdoelen
Na de les...
...kun je het rijtje van de présent van de 
   werkwoorden 'avoir' en 'être' benoemen. 
...kun je vertellen hoe een ww op -er  
   vervoegd wordt. 
...kun je over jezelf vertellen hoe je heet, 
   waar je woont en hoe oud je bent. 



Slide 3 - Tekstslide

Werkwoorden op -er

Weet je nog:
De meeste werkwoorden in het Frans eindigen op -er
nager, parler, chanter, danser, etc.

Als je deze letters weghaalt, dan houd je de stam over en kun je de vormen vervoegen: 
nag..., parl..., chant..., dans..., etc.

Slide 4 - Tekstslide

Dit levert het volgende stappenplan op:
Habiter (=wonen)

stap 1: habiter - er = habit...
stap 2: stam + uitgangen
je/j'          habit...  +e
tu            habit...  +es
il             habit...  +e
nous       habit...  +ons
vous       habit...  +ez
ils           habit...  +ent

We gaan de volgende werkwoorden eens samen vervoegen volgens het stappenplan:
- parler, tu
- marcher, nous
- chanter, vous

Slide 5 - Tekstslide

timer
0:30
Avoir:

Slide 6 - Woordweb

Avoir
J'ai
Tu as
Il/elle/on a
Nous avons
Vous avez
Ils/elles ont

Slide 7 - Tekstslide

timer
0:30
être:

Slide 8 - Woordweb

être
Je suis
Tu es
Il/elle/on est
Nous sommes
Vous êtes
Ils/elles sont

Slide 9 - Tekstslide

Spreekvaardigheid

Slide 10 - Tekstslide

Jeu des cercles
Thuis:
break out rooms in tweetallen oefenen met het dialoogje. Wissel van rol.

In de klas:
Maak 2 evenredige rijen waarin je tegen over elkaar staat. (rij A en rij B)
- oefen de dialoog met de overbuurman/vrouw.
- na 3 minuten schuift rij A 1 plekje door. 
- Voer de dialoog opnieuw.

Slide 11 - Tekstslide

Doordat we de dialoog veel herhaald hebben deze les, vind ik het minder spannend om met een klasgenoot over mezelf te praten in het Frans:
010

Slide 12 - Poll

Op de volgende manier zeg ik 'hallo' en 'tot ziens':

Slide 13 - Open vraag

Wanneer ik wil zeggen hoe ik heet, waar ik woon en hoe oud ik ben, zeg ik dit als volgt:

Slide 14 - Open vraag

Au travail!


Faire ex. 30c
apprendre (leren) 30b + voca A

Slide 15 - Tekstslide

Wat is het juiste stappenplan?
A
stap 1: hele werkwoord -er. stap 2: stam houd je over + é.
B
stap 1: hele werkwoord -er. stap 2: stam + uitgangen.

Slide 16 - Quizvraag


Als ik het stappenplan toepas, vervoeg je 'danser, ils/elles' als volgt:
A
dansent
B
dansons
C
dansez
D
danse

Slide 17 - Quizvraag

Afsluiting
Devoirs:

  • Faire ex. 30c et d
  • Apprendre werkwoorden op -er + avoir en être + voca familieleden



Slide 18 - Tekstslide