Paragraaf 1.3. [2D]

Wat gaan we vandaag doen?
  • Bespreken huiswerk                      5 min
  • Uitleg paragraaf 1.3 deel 1          15 min
  • Maken opdracht 34 t/m  41        20 min
  • Nakijken                                              10 min
  • Samen lezen                                     10 min
  • Proefje                                                 10 min
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo t, mavoLeerjaar 2

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

Wat gaan we vandaag doen?
  • Bespreken huiswerk                      5 min
  • Uitleg paragraaf 1.3 deel 1          15 min
  • Maken opdracht 34 t/m  41        20 min
  • Nakijken                                              10 min
  • Samen lezen                                     10 min
  • Proefje                                                 10 min

Slide 1 - Tekstslide

Bespreken huiswerk
Bespreken 1.2 opdracht 15, 16, 17, 19, 20 en 22 t/m 27

Slide 2 - Tekstslide

Leerdoelen 1.3
Aan het einde van deze les kun je: 
  • Meetinstrumenten, grootheden en eenheden herkennen en benoemen
  • Eenheden in elkaar omrekenen
  • Een meetinstrument gebruiken en aflezen, waarbij je let op schaal en meetbereik

Slide 3 - Tekstslide

Hoeveel stoelpoten zijn er in het lokaal?

Slide 4 - Woordweb

Hoeveel weegt je tas ongeveer?

Slide 5 - Woordweb

Wat is het volume van het lokaal?

Slide 6 - Woordweb

1.3 Meten en meetinstrumenten 
Drie manieren om hoeveelheden te meten:
  • Aantal: meten door te tellen
  • Volume (inhoud): lengte x breedte x hoogte (of onderdompelmethode) --> liter, milliliter, kubieke centimeter of kubieke decimeter
  • Massa: hoeveelheid stof in gram of kilogram
Blz. 23 & 24

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

1.3 Meten en meetinstrumenten 
Grootheden en eenheden 
  • Grootheid: eigenschap die je kunt meten 
  • Eenheid: maat waarin je grootheid meet
Blz. 24

Slide 9 - Tekstslide

Aan de slag!
Wat? Maak 1.3 opdracht 34 t/m 41 
Hoe? Werk zelfstandig binnen je groep 
Tijd? 15 min
Hulp? Probeer het samen op te lossen. Lukt het niet? Vraag dan de docent
Resultaat? Je begrijpt het verschil tussen grootheden en eenheden; je weet welke meetinstrumenten gebruikt worden; je kunt eenheden omrekenen 
Klaar? 
  • Extra oefenen: Maak 1.3 opdracht 43 en 45 
  • Extra uitdaging: Maak opdracht 50 en 52
timer
10:00

Slide 10 - Tekstslide

Af voor de volgende les
Paragraaf 1.1 opdracht 7 t/m 11 en 13 (blz. 12)  
Paragraaf 1.3 opdracht 34 t/m 41 (blz. 27)

Slide 11 - Tekstslide