AK: H5, par. 1 Land en zee in Europa

LET OP: VOLGENDE WEEK TOETS H4 INDIA! Uitleg en planning volgt nog.
- topografie van Europa
1) Ik weet wat relief betekent
2) Ik weet wat laagland, heuvelland, middelgebergten en hooggebergten is
3) ik weet meer over zeeklimaat en landklimaat

-Instructie over deze les middels Lessonup 
Basis: HB blz 72 en 73, WB blz 7 t/m 9, maken opdr. 3,4,6,9,10

KGT:  HB blz 72 en 73, WB blz 7 en 8, maken opdr. 3,4,6,7,9,10

Kan ik antwoord geven op de vragen die gesteld zijn bij het doel?
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

LET OP: VOLGENDE WEEK TOETS H4 INDIA! Uitleg en planning volgt nog.
- topografie van Europa
1) Ik weet wat relief betekent
2) Ik weet wat laagland, heuvelland, middelgebergten en hooggebergten is
3) ik weet meer over zeeklimaat en landklimaat

-Instructie over deze les middels Lessonup 
Basis: HB blz 72 en 73, WB blz 7 t/m 9, maken opdr. 3,4,6,9,10

KGT:  HB blz 72 en 73, WB blz 7 en 8, maken opdr. 3,4,6,7,9,10

Kan ik antwoord geven op de vragen die gesteld zijn bij het doel?

Slide 1 - Tekstslide

Doelen:
1) Ik weet wat relief betekent
2) Ik weet wat laagland, heuvelland, middelgebergten en hooggebergten is
3) Ik weet meer over zeeklimaat en landklimaat

Slide 2 - Tekstslide

Kaart reliëf Europa
Wat valt je op als je kijkt naar het reliëf van Nederland?

Slide 3 - Tekstslide

1) Relief
Relief = hoogteverschillen in landschap

Europa kent veel hoogteverschillen in zijn landschap

Slide 4 - Tekstslide

2) Ik weet wat laagland, heuvelland, middelgebergten en hooggebergten is
Laagland: heuvels minder dan 200 m hoog
Heuvelland: tussen de 200 m en 500 m hoog
Middelgebergten: tussen de 500 m  en 1500 m hoog
Hooggebergten: meer dan 1500 m hoog

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

zeeklimaat en landklimaat
De zee is van invloed op de temperatuur en op het klimaat in Europa!

In de volgende dia's wordt uitgelegd waarom:

Slide 8 - Tekstslide

Zeewind = Aanlandige wind,   
                westenwind in NL

  • zeewater warmt langzaam op, de wind is koel. In de zomer is het daarom koeler aan zee.
  • zeewater koelt langzaam af, de wind brengt warme lucht. In de winter is het warmer aan zee.

Slide 9 - Tekstslide

Landwind = Aflandige wind
  • Wind van land naar zee is koud, land koelt sneller af dan water.
  • In de zomer is het bij aflandige wind (oostenwind) warm. 
  • In de winter bij aflandige wind (oostenwind) koud.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

zeeklimaat:
- In gebieden langs de kust zijn de zomers koel en de winters zacht
- In elk seizoen valt er regen omdat de wind van zee vochtig is

Slide 12 - Tekstslide

Landklimaat:
- hoe verder landinwaarts hoe kleiner de invloed van zee
- de zomers zijn warm en de winters zijn koud

Slide 13 - Tekstslide

Aan de slag:
Basis: 
1)HB blz 72 en 73
2) WB blz 7 t/m 9, maken opdr. 3,4,6,9,10

KGT:
1)HB blz 72 en 73
2) WB blz 7 en 8, maken opdr. 3,4,6,7,9,10



Slide 14 - Tekstslide

Wat is een schiereiland?

Slide 15 - Tekstslide

Wat is relief?
A
hoogteverschillen
B
bergtoppen
C
zeespiegel
D
heuvels

Slide 16 - Quizvraag

zeeklimaat is?
A
koude winters en zachte zomers
B
koude zomers en koude winters
C
zomers koel en winters zacht

Slide 17 - Quizvraag

Wat is landklimaat?
A
zomers zijn warm en winters zijn koud
B
zomers zijn koel en winters zijn zacht
C
winters zijn warm en zomers zijn warm

Slide 18 - Quizvraag