2F/3F- Examentraining schrijven - opbouw

Nederlands
Examentraining- opbouw
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Nederlands
Examentraining- opbouw

Slide 1 - Tekstslide

Opbouw ...
Waar denk je aan?

Slide 2 - Woordweb

Theorie opbouw
Vaste opbouw
  • Inleiding
  • Kern
  • Slot

Slide 3 - Tekstslide

Inleiding
Functies
  • onderwerp introduceren
  • aandacht van de lezer trekken
  • informatie geven over de opbouw van de tekst

Slide 4 - Tekstslide

Inleiding
Verschillende vormen:
  • beschrijving van het onderwerp
  • samenvatting
  • vragenreeks
  • beschrijving van de aanleiding
  • voorbeeld
  • eigen ervaring
  • anekdote
  • historische verwijzing

Slide 5 - Tekstslide

Kern
Functie: 
  • onderwerp uitwerken

Minimaal twee alinea’s 

Je behandelt de punten in een logische volgorde.

Hoofdonderwerp is verdeeld in deelonderwerpen > je maakt alinea’s.



Slide 6 - Tekstslide

Schrijf een inleiding bij de onderstaande tekst
Wat moet je doen? Rol eerst de sinaasappel over de tafel. Maak dan met een mesje een ondiepe snee in de schil, maar niet in het vruchtvlees, rondom de sinaasappel. Nu bestaat de schil uit twee halfronden. Deze wrik je los van het vruchtvlees, met je vingers of de achterkant van een lepel. Trek daarna de kale sinaasappel in partjes uit elkaar

Slide 7 - Tekstslide

Rol eerst de sinaasappel over de tafel. Maak dan met een mesje een ondiepe snee in de schil, maar niet in het vruchtvlees, rondom de sinaasappel. Nu bestaat de schil uit twee halfronden. Deze wrik je los van het vruchtvlees, met je vingers of de achterkant van een lepel. Trek daarna de kale sinaasappel in partjes uit elkaar

Slide 8 - Woordweb

Slot
Functie
  • Tekst afsluiten

Slide 9 - Tekstslide

Slot
Verschillende vormen
  • samenvatting
  • conclusie
  • oplossing
  • aansporing
  • open eind

Slide 10 - Tekstslide

Schrijf een slot bij de onderstaande tekst
Wat moet je doen? Rol eerst de sinaasappel over de tafel. Maak dan met een mesje een ondiepe snee in de schil, maar niet in het vruchtvlees, rondom de sinaasappel. Nu bestaat de schil uit twee halfronden. Deze wrik je los van het vruchtvlees, met je vingers of de achterkant van een lepel. Trek daarna de kale sinaasappel in partjes uit elkaar

Slide 11 - Tekstslide

Rol eerst de sinaasappel over de tafel. Maak dan met een mesje een ondiepe snee in de schil, maar niet in het vruchtvlees, rondom de sinaasappel. Nu bestaat de schil uit twee halfronden. Deze wrik je los van het vruchtvlees, met je vingers of de achterkant van een lepel. Trek daarna de kale sinaasappel in partjes uit elkaar

Slide 12 - Woordweb

Aan het werk
Je krijgt een schrijfopdracht uitgedeeld.
Hier heb je twee weken voor.
Deze lever je in via Cumlaude

Slide 13 - Tekstslide