Breuken en procenten
1 / 13
Onderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
5 / 9 + 1 / 3
A
9/8
B
8/9
C
6/9
D
6/12
Slide 2 - Quizvraag
1/2 - 1/8 =
A
1/8
B
0/6
C
2/8
D
3/8
Slide 3 - Quizvraag
1/2 + 1/12
A
2/14
B
7/12
C
6/12
D
4/12
Slide 4 - Quizvraag
1/8 + 3/4 =
Slide 5 - Open vraag
1/5 - 1/10
Slide 6 - Open vraag
Slide 7 - Tekstslide
Slide 8 - Tekstslide
Slide 9 - Tekstslide
Hoeveel is 3% van 500 passagiers?
A
3
B
500
C
5
D
15
Slide 10 - Quizvraag
Als je 3% van 700 euro hebt gespaard, hoeveel euro heb je dan al?
A
20
B
21
C
22
D
23
Slide 11 - Quizvraag
Van een groep van 700 kinderen kijkt 7% dagelijks TV. Hoeveel kinderen zijn dat?
Slide 12 - Open vraag
Er gaan in juni 300 mensen op vakantie. Van hen heeft 6% last van vliegangst. Hoeveel mensen zijn dat?
