Biologie V1 §2.2 botten bewegen

§2.2 botten bewegen
Je leert:
  • op welke manieren botten aan elkaar vast zitten = beenverbinding
  • hoe een gewricht in elkaar zit
  • welke soorten gewrichten er zijn in je lichaam en hoe deze bewegen.


1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 20 min

Onderdelen in deze les

§2.2 botten bewegen
Je leert:
  • op welke manieren botten aan elkaar vast zitten = beenverbinding
  • hoe een gewricht in elkaar zit
  • welke soorten gewrichten er zijn in je lichaam en hoe deze bewegen.


Slide 1 - Tekstslide


Wat loopt er door het wervelgat?
A
bloedvaten
B
zenuwen
C
kraakbeen
D
spieren

Slide 2 - Quizvraag

 4 manieren waarop botten aan elkaar vast zitten
= beenverbinding
1: vergroeiing
2: naad verbinding
3: kraakbeen verbinding
4: gewricht

Slide 3 - Tekstslide

vergroeiing
Het heiligbeen in je bekken bestaat uit een aantal aan elkaar gegroeide wervels.

Geen beweging meer mogelijk.

Slide 4 - Tekstslide

naad verbinding
De schedel onderdelen zijn met grillige naden aan elkaar gegroeid. (geen beweging)
Bij baby's zijn de naden nog niet vergroeid (wel beweging)

Slide 5 - Tekstslide

kraakbeen verbinding
Een kraakbeen verbinding is een beetje beweeglijk.

ademhalen

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Op welke plaats in je lichaam vind je nog meer kraakbeen?
A
opperarmbeen
B
spaakbeen
C
oor
D
vingerkootje

Slide 8 - Quizvraag

Slide 9 - Tekstslide

Waar in je lichaam zit een naadverbinding?
A
Heiligbeen (bekken)
B
Schedel
C
bij je ribben
D
in je gewrichten

Slide 10 - Quizvraag

gewrichten
gewrichtsband (zijkant) zorgt voor stevigheid
gewrichtskapsel (rondom) beschermt het gewricht en maakt gewrichtssmeer aan
kraakbeen maakt bewegen makkelijk. botten slijten dan niet
gewrichtskop (bol)
gewrichtskom (hol)

Slide 11 - Tekstslide


Wat is de naam van onderdeel 4 ?
A
gewrichtskapsel
B
gewrichtssmeer
C
gewrichtskop
D
kraakbeen

Slide 12 - Quizvraag


Wat is de functie  van onderdeel 5 ?
A
stevigheid
B
doorbloeding
C
makkelijk bewegen
D
voedingstoffen afgeven

Slide 13 - Quizvraag

knie gewricht                               
kniebanden naast het gewricht
kruisbanden in het gewricht
meniscus: kraakbeenschijven in het gewricht
knie schrijf

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

5 soorten gewrichten
kogel gewricht
scharnier gewricht
rol gewricht
zadel gewricht
eivormig gewricht

Slide 16 - Tekstslide

kogelgewricht
Een ronde knobbel in een diepe kom.
Er is veel beweging mogelijk.

Slide 17 - Tekstslide

scharnier gewricht
Er is maar beweging mogelijk 1 richting op.
Net als een scharnier in een deur.
tussen opperarm en ellepijp

Slide 18 - Tekstslide

rol gewricht

Slide 19 - Tekstslide

zadel gewricht
tussen middenhandsbeentje van de duim en de handwortel

Slide 20 - Tekstslide

eivormig gewricht
tussen middenhandsbeentjes en vingers.

Je kunt je vingers een beetje heen en weer bewegen.

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Link

§2.2
soorten beenverbindingen
vergroeiing, naadverbinding, kraakbeenverbinding, gewricht

soorten gewrichten
kogel-, scharnier-, rol-, zadel, eivormig gewricht

onderdelen van een gewricht

Slide 23 - Tekstslide

zelf aan het werk met
§2.2

leren en opgave 1 tm 11 maken, nakijken en verbeteren.
(in je werkboek!!)
+ oefening online maken


Slide 24 - Tekstslide