Dictee 6. -erd, -el, -en, -er

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Lees Goed
Denk ook aan hoofdletters, leestekens en streepjes

Slide 1 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
richul
B
riggel
C
richel

Slide 2 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
buizerd
B
buizurd
C
buizert

Slide 3 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
kazerne
B
kazernu
C
kaserne

Slide 4 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
voedsul
B
voedsel
C
voetsel

Slide 5 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
griezul
B
chriezel
C
griezel

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
lievur
B
liefer
C
liever

Slide 7 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
leukurd
B
leukerd
C
leukert

Slide 8 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
spannund
B
spannent
C
spanend
D
spannend

Slide 9 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
stiekum
B
stiekem
C
stikem

Slide 10 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
bangerd
B
bangert
C
bangurd

Slide 11 - Quizvraag

Volgende week...
ei of ij

Slide 12 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
ruimterijs
B
ruimte-reis
C
ruimtereis

Slide 13 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
chagrijnig
B
shagrijnig
C
chagreinig

Slide 14 - Quizvraag

Extra

Slide 15 - Tekstslide

Welk woord is goed gespeld?
A
stengul
B
ztengel
C
stengel

Slide 16 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
doier
B
dooiur
C
dooier

Slide 17 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
raadsel
B
raadsul
C
radsel

Slide 18 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
poedel
B
poedul
C
poudel

Slide 19 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
kelder
B
keelder
C
keldur

Slide 20 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
slagur
B
slager
C
slacher

Slide 21 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
beverr
B
beever
C
bever

Slide 22 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
tegel
B
teggel
C
tegul

Slide 23 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
sleutul
B
sleutel
C
zleutel

Slide 24 - Quizvraag

Welk woord is goed gespeld?
A
deksel
B
deksul
C
decsel

Slide 25 - Quizvraag