't sexy fokschaap

1 / 15
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

In deze les zitten 15 slides, met tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Sterke werkwoorden (sterk genoeg om van klank te veranderen)

                                                                                       > o-klank wordt i-klank




Sterke werkwoorden moet je gewoon onthouden, leer de rijtjes!
tt
vt
lopen
liepen
worden
werden
zingen
zongen
kijken
keken

Slide 2 - Tekstslide

Zwakke werkwoorden (te zwak om van klank te veranderen)

                                                                                       > klank blijft hetzelfde



Hoe je een zwak werkwoord in de verleden tijd spelt =
ik-vorm+ te(n) of de(n)


tt
vt
fietsen
fietste
werken
werkte
naaien
naaide

Slide 3 - Tekstslide

Let op!
Soms kan je niet horen of je -te(n) of -de(n) moet spellen.
voorbeeld:
De schoonmaker veegte/veegde de vloer.
De brandweer blusde/bluste het vuur.

Gebruik dan 't sexy fokschaap  !

Slide 4 - Tekstslide

't sexy fokschaap ('t kofschip-x)
stap 1: stam werkwoord (hele ww - en
stap 2: kijk naar de laatste letter van de stam.
stap 3: zit de letter in 't sexy fokschaap? schrijf dan ik-vorm + te(n)
zit de letter niet in 't sexy fokschaap? schrijf dan ik-vorm + de(n)

Slide 5 - Tekstslide

Nu samen met het werkwoord 'vegen'
De schoonmaker veegde/veegte de vloer.
stap 1
stam werkwoord (hele ww - en) 
stap 2
kijk naar de laatste letter van de stam.
stap 3
zit de letter in 't sexy fokschaap? schrijf dan ik-vorm + te(n)
zit de letter niet in 't sexy fokschaap? schrijf dan ik-vorm + de(n)

Slide 6 - Tekstslide

Nu samen met het werkwoord 'blussen'
De brandweer blusde/bluste het vuur.
stap 1
stam werkwoord (hele ww - en) 
stap 2
kijk naar de laatste letter van de stam.
stap 3
zit de letter in 't sexy fokschaap? schrijf dan ik-vorm + te(n)
zit de letter niet in 't sexy fokschaap? schrijf dan ik-vorm + de(n)

Slide 7 - Tekstslide

Voltooid deelwoord
1. Werkwoordsvorm die vaak begint met ge-, be- of ver-

2. Staat altijd bij een pv van hebben, worden, zijn in de zin.
bijvoorbeeld:
Joshua heeft gekookt.
             pv        vd

Slide 8 - Tekstslide

Je gebruikt het vd als:

Als je wilt vertellen dat iets al gebeurd is. Voltooid betekent dat iets af is. Er gebeurt daarna niets meer.

Ik heb gefietst (Ik ben niet meer aan het fietsen)


Slide 9 - Tekstslide

Hoe herken/spel je het vd?
Een voltooid deelwoord begint bijna altijd met ge-
voorbeelden: 
gevraagd, gehuild, gedanst

maar kan ook beginnen met be, ver, ont, of her aan het begin van een werkwoord.
voorbeelden: betaald, verdiend, ontvoerd, hersteld



Slide 10 - Tekstslide

Meestal kun je bij klankveranderende werkwoorden horen hoe je het voltooid deelwoord spelt.

voorbeeld



tt
vt
voltooid deelwoord
eten
at
gegeten
brengen 
bracht
gebracht

Slide 11 - Tekstslide

Als je niet kan horen hoe je het vd spelt
Het voltooid deelwoord eindigt op een t-klank, maar je schrijft soms een t en soms een d. Ook hiervoor gebruik je 't sexy fokschaap/'t kofschip-x.
bijvoorbeeld bij 'verwennen' 
stap 1. Verwenn
stap 2. Laatste letter van de stam=n
stap 3. N zit niet in 't sexy fokschaap, dus +d, verwend

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Aan de slag!
Maak opdracht 1, 2 en 4 op blz 230 en 231.
Opdracht 4 maak je in je schrift!

Slide 15 - Tekstslide