Klas 3 oefenen voor de toets

• Biologie
• Middelbare school
• mavo
• Leerjaar 2

Welke factoren hebben invloed op een populatie grootte?

1. Alleen abiotische factoren
2. Alleen biotische factoren
3. Zowel abiotische- als biotische factoren

In de afbeelding is een gedeelte van een ecosysteem te zien. Zijn er in deze afbeelding abiotische factoren en biotische factoren te zien?

1. Alleen abiotische factoren
2. Alleen biotische factoren
3. Geen van beide
4. Zowel abiotische als biotische factoren

Sleep de woorden naar de juiste plek

Biotische factoren

A-biotische factoren

licht

ziekteverwekker

soortgenoten

roofdieren

voedsel

nestgelegenheid

Temperatuur

wind

Groep organismen van dezelfde soort in een bepaald gebied, die zich onderling voortplanten

Alle populaties in een gebied

1 enkel organisme

Levensge-meenschap

Individu

Populatie

Tot welk niveau van de ecologie behoort een bos?

1. Ecosysteem
2. Individu
3. Levensgemeenschap
4. Populatie

Geef nog een voorbeeld van een ecosystheem

Welke voedselketen is goed genoteerd?

1. 1
2. 2
3. 3
4. 4

Waarmee begint een voedselketen altijd?

1. Plant
2. Dier
3. Schimmel
4. Bacterie

Maak een correcte voedselketen

Zet de volgende organismen in de juiste volgorde om een voedselketen te vormen.

Uit hoeveel schakels bestaat deze voedselketen?

Hoeveel consumenten zie je in deze voedselketen.

Wie is in deze voedselketen de producent?

Wie is in deze voedselketen de consument van de derde orde

Hoe noem je deze snavel?

Hoe noem je
deze snavel?

Gestroomlijnd

Noem een gestroomlijnd organisme (geen dolfijn)

Welke hoort er niet bij?

1. Teengangers
2. Topgangers
3. Voetgangers
4. Zoolgangers

Een hond
is een .........

1. Topganger/hoefganger
2. Zoolganger
3. Teenganger

Een hert is een..........

1. Topganger/hoefganger
2. Zoolganger
3. Teenganger

Een beer is een.........

1. Topganger/hoefganger
2. Zoolganger
3. Teenganger

In de afbeelding is de kringloop van stoffen in een ecosysteem schematische weergeven.
Met nummer 3 wordt een ..... aangegeven.

1. producent
2. consument
3. reducent

Een groep individuen van dezelfde soort in een bepaald gebied, die zich onderling voortplanten noem je een ....

1. ecosysteem
2. biotoop
3. levensgemeenschap
4. populatie

Als dieren en planten dood gaan worden ze eerst opgegeten door afvaleters en daarna worden de overgebleven resten afgebroken door schimmels en bacteriën. De afvaleters behoren tot de ......

1. producenten
2. consumenten
3. reducenten

Als dieren en planten dood gaan worden ze eerst opgegeten door afvaleters en daarna worden de overgebleven resten afgebroken door schimmels en bacteriën. De schimmels en bacteriën behoren tot de ......

1. producenten
2. consumenten
3. reducenten

De 'piramide' hiernaast is een piramide van...

1. Aantallen
2. Biomassa / energie
3. Dat kan je niet zeggen
4. Zowel aantallen als biomassa

Welke piramide heeft altijd een piramidevorm?

1. Piramide van aantallen
2. Piramide van biomassa
3. Beide piramides
4. Geen van beide piramides

Producenten

Voedselketen

Reducenten

Voedselweb

Consumenten

Afvaleter

kringloop

voedselketen

voedselweb

Op welk plaatje zie je een voedselweb?

1. 
2. 
3. 

In de koolstofkringloop wordt door veel organismen stoffen verbrand. Welke organismen in de koolstofkringloop doen aan verbranding?

1. planten
2. dieren
3. schimmels
4. alle organismen

Welk huidmondje bevind zich op een plant in een droge omgeving en welke in een vochtige omgeving?

Droge omgeving

Natte Omgeving

Individu

Ecosysteem

Levensgemeenschap

Populatie

Biotische factoren

Abiotische factoren

Wat zijn biotische factoren?

1. studie van relaties tussen organismen en hun milieu
2. invloeden van de levende natuur
3. invloeden van de levenloze natuur
4. leefomgeving van een organisme

Welke snavel is een kegelsnavel?

1. Snavel A
2. Snavel B
3. Snavel C
4. Snavel D

haaksnavel

zeefsnavel

pincetsnavel

kegelsnavel

Sleep de afbeelding van de soort snavel en het soort voedsel naar het juiste hokje.

Wat zijn biotische en wat zijn abiotische factoren?

Biotische factoren

Abiotische factoren

Nestgelegenheid

Soortgenoten

Ziekteverwekkers

Voedsel

Roofdieren

Licht

Zuurtegraad

Lucht

Temperatuur

Hoe hebben planten zich aan een droge omgeving aangepast?

1. Dikke bladeren, veel huidmondjes
2. Dunne bladeren, veel huidmondjes
3. Dikke bladeren, weinig huidmondjes
4. Dunne bladeren, weinig huidmondjes

Wat voor snavel zou dit dier hebben?

1. pincetsnavel
2. haaksnavel
3. kegelsnavel
4. zeefsnavel

droge omgeving

vochtige omgeving

grote bladeren

kleine, dikke bladeren

veel huidmondjes/cm2

weinig huidmondjes/cm2

dikke opperhuid

dunne opperhuid

behaarde bladeren

onbehaarde bladeren

In een levensgemeenschap leven populaties van verschillende soorten

1. Juist
2. Onjuist

Geef een voorbeeld van een individu