quiz elementen

quiz elementen
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
TandartsassistenteMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslide.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

quiz elementen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Uit hoeveel tanden en kiezen bestaat een volwassen gebit?
A
30
B
32
C
34
D
36

Slide 2 - Quizvraag

Met je gebit maak je het voedsel in je mondholte klein. Het blijvende gebit bestaat uit 32 tanden en kiezen (elementen), 16 in de bovenkaak en 16 in de onderkaak.
Waarvan 4 snijtanden, 2 hoektanden, 4 kleine kiezen (valse kiezen) en 6 grote kiezen (ware kiezen).
De functie van elk element hangt af van de vorm. De snijtanden kunnen voedsel doormidden snijden, hoektanden kunnen weefsels afscheuren en kiezen vermalen de voedselbrok.
linguaal wat is dat?
A
wang-kant
B
tong-kant
C
buitenkant
D
gehemelte

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Distaal
A
aan de binnenzijde
B
aan de bovenzijde
C
naar voren gericht
D
naar achteren gericht

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekend palatinaal?
A
wangkant
B
lipkant
C
kant van gehemelte
D
cervicaal

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bovenop de kiezen noem je...
A
incisaal
B
labiaal
C
occlusaal
D
buccaal

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bovenkant van de snijtanden noem je...
A
incisaal
B
labiaal
C
occlusaal
D
buccaal

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar zit het cervicale vlak?
A
Aan de buccale zijde
B
Aan de labiale zijde
C
Tegen de tandvleesrand
D
Tegen de tandvleesrand aan de binnenkant van het gebit

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Element: 12
Welk vlak is dit?
A
Occlusaal
B
Buccaal
C
Incisaal
D
MP

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Element: 26
Welk vlak is dit?
A
Occlusaal
B
Bucco-cervicaal
C
Palatinaal
D
Linguaal

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De kleur van de tanden wordt voornamelijk bepaald door....
timer
0:30
A
Glazuurkleur en -dikte.
B
Licht inval.
C
Dentinekleur en -dikte.
D
Mondhygiëne.

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat ligt onder het glazuur
A
gingiva
B
dentine
C
alveolair
D
pulpa

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tanden en kiezen zijn gemaakt van een botachtige stof, genaamd .....


A
Fluoride
B
Hydroxyappetiet
C
Kreatine
D
Dentine

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Gebitsvlakken: naar de WANG gericht is:
A
Incisaal
B
Labiaal
C
Mesiaal
D
Buccaal

Slide 14 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

vulling MOD betekend?
A
Mesiaal occlusaal distaal
B
hele grote vulling
C
vulling incisaal
D
vulling occlusale vlak

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Je hebt een gaatje in de 35 MOD. Welk element en welke vlakken zijn dit?
A
Eerste premolaar in BK; vlakken: mesiaal
B
Eerste molaar in BK; vlakken mesiaal en distaal
C
Tweede premolaar in OK; vlakken: mesiaal, occlusaal en distaal
D
Eerste premolaar in OK; vlakken: mesiaal, occlusaal en distaal

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies