Zinsopbouw
1 / 19
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Maak een goede zin.
Jij
schrijft
elke ochtend
nieuwe zinnen
in je schrift
.
Slide 2 - Sleepvraag
Maak een goede zin.
De juf
geeft
om 10 uur
de rekentoets
in het lokaal
.
Slide 3 - Sleepvraag
Maak een goede zin.
Wij
leren
elke week
nieuwe werkwoorden
op school
.
Slide 4 - Sleepvraag
Maak een goede zin.
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
jullie
pakken
in de pauze
de telefoons
uit de rode bak
.
Slide 5 - Sleepvraag
Maak een goede zin.
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
de pen
ligt
elke avond
in de blauwe bak
.
Slide 6 - Sleepvraag
Maak een goede zin.
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
de koffie
staat
om 8:15
op het bureau
.
Slide 7 - Sleepvraag
Maak een goede zin.
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
(LET OP! Eerste woord is nu zonder hoofdletter)
de kinderen
spelen
onder schooltijd
op het schoolplein
.
Slide 8 - Sleepvraag
Ik ...
A
schrijf
B
lopen
C
denkt
D
hebben
Slide 9 - Quizvraag
Jij
A
praten
B
help
C
weten
D
loopt
Slide 10 - Quizvraag
Hij/Zij/Het
A
denken
B
praten
C
zit
D
loop
Slide 11 - Quizvraag
Wij/Jullie/Zij
A
helpt
B
denk
C
praat
D
lopen
Slide 12 - Quizvraag
Schrijf een goede zin
(wie, werkwoord)
(wie, werkwoord)
Slide 13 - Open vraag
Schrijf een goede zin
(wie, werkwoord, wanneer)
(wie, werkwoord, wanneer)
Slide 14 - Open vraag
Schrijf een goede zin
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
Slide 15 - Open vraag
Schrijf een goede zin
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
Slide 16 - Open vraag
Schrijf een goede zin
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
Slide 17 - Open vraag
Schrijf een goede zin
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
(wie, werkwoord, wanneer, waar)
Slide 18 - Open vraag
Deze les vond ik...
😒🙁😐🙂😃
