Hoe ervaren wij ons bestaan als mens? - 2.3 Bemiddelde onmiddellijkheid

Hoe ervaren wij ons bestaan als mens?
2.3 Bemiddelde onmiddellijkheid
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
FilosofieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 6

In deze les zitten 11 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoe ervaren wij ons bestaan als mens?
2.3 Bemiddelde onmiddellijkheid

Slide 1 - Tekstslide

Plessner
Door excentrische positionaliteit is de mens (ook) altijd toeschouwer van zichzelf.

-> existentiële vragen
(Wat wil ik? Wat moet ik doen?)

Je bestaat én moet dat bestaan ook vormgeven.

Slide 2 - Tekstslide

Drie antropologische wetten
Biologische basis van Plessners filosofie:
Excentrische positionaliteit


1. Natuurlijke kunstmatigheid
Verhouding tussen mens en zichzelf

2. Bemiddelde onmiddellijkheid

3. Utopische standplaats

Slide 3 - Tekstslide

Bemiddelde onmiddellijkheid

Verhouding tussen mens en wereld

- Directe ervaring van de wereld
- Ervaring van de wereld wordt bemiddeld door het lichaam


De onmiddellijkheid van de ervaring is tegelijkertijd ook bemiddeld:
Bemiddelde onmiddellijkheid

Slide 4 - Tekstslide

Bemiddelde onmiddellijkheid
Niet alleen op zintuiglijk niveau, maar ook op reflectie niveau.

We zijn ons bewust van onze ervaring, dat bewustzijn wordt ook onderdeel van die ervaring.

Jij realiseert je dat je een ervaring van empathie hebt 
(dat moment niet zelf diegene bent die  bijv. pijn ervaart)

Slide 5 - Tekstslide

Bemiddelde onmiddellijkheid
De onmiddellijkheid en het bemiddelde treden tegelijkertijd op.

Het is de mens die zelf de ervaring mogelijk maakt en er dus onontkoombaar deel van uit maakt.

Slide 6 - Tekstslide

Rol technologie
We ervaren de wereld ook via instrumenten (brillen, telescopen, hologrammen)

Een bemiddelaar/medium tussen mens en wereld.
(hfst 8 - Kockelkoren)


Slide 7 - Tekstslide

Expressiviteit
De bemiddelde onmiddellijkheid zorgt er ook voor dat de mens zich kan uitdrukken.

Menselijk bewustzijn van eigen ervaring; besef dat ook anderen de wereld ervaren en mogelijkheid om ervaring te delen met anderen.
= Expressiviteit

Altijd bemiddeld via een medium als taal of kunst.

Slide 8 - Tekstslide

Medewereld / Mitwelt
Mensen zijn ook maatschappelijke wezens: expressies zijn ook toegankelijk voor anderen in een gezamenlijke wereld.

Mitwelt: 
de wereld waarin we met anderen zijn en van waaruit onze ervaringen betekenis en structuur kunnen krijgen.

Zo ontstaat ook geschiedenis in een mensenleven!

Slide 9 - Tekstslide

Eindterm 5
De kandidaten kunnen de opvattingen van Descartes, Sheets-Johnstone, Plessner, De Beauvoir en Fanon over de vraag naar de mens, en de verschillende manieren waarop het lichaam daarbij een rol speelt uitleggen, vergelijken, toepassen en evalueren. 
Daarbij kunnen zij de volgende standpunten betrekken:

• mensen zijn een denkend bewustzijn met een mechanisch lichaam (Descartes);
• mensen zijn een reflecterend, bewegend lichaam (Sheets-Johnstone);
• mensen staan lichamelijk in verhouding tot zichzelf (Plessner);
• mensen staan lichamelijk in verhouding tot anderen (De Beauvoir, Fanon).

Slide 10 - Tekstslide

Eindterm 7
De kandidaten kunnen uitleggen en evalueren dat volgens Plessner mensen in een verhouding tot zichzelf staan. 
Daarbij kunnen zij betrekken:

• een uitleg van Plessners’ poging om de biologische benadering van de mens te verenigen met de fenomenologische bestaanservaring en van zijn opvatting dat mensen onbepaalde wezens zijn;
• het begrip ‘excentrische positionaliteit’ en de drie antropologische wetten;
• een uitleg van Plessners’ eerste antropologische wet (natuurlijke kunstmatigheid) dat mensen van nature kunstmatig zijn;
• een uitleg van Plessners’ tweede antropologische wet (bemiddelde onmiddellijkheid) dat mensen hun bestaanservaring willen uitdrukken;
• een uitleg van Plessners’ derde antropologische wet (utopische standplaats) dat mensen verlangen boven zichzelf uit te stijgen én vaste grond onder de voeten te hebben;
• een uitleg met tekstfragment 2 van Plessners opvattingen dat de problematiek van lachen en wenen de dubbelzinnige verhouding van de mens tot het eigen lichaam verduidelijkt en de oorsprong van lachen en wenen de bestaanservaring typeert.

Slide 11 - Tekstslide