grammatica havo 2 les 1: herhaling leerjaar 1


            Nederlands
          Grammatica 2
                 Les 1:
               Havo 2
            P2 2021-2022
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


            Nederlands
          Grammatica 2
                 Les 1:
               Havo 2
            P2 2021-2022

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt de zin in zinsdelen verdelen
Je weet hoe je de volgende zinsdelen kunt vinden in een zin.

Wwg, nwg, ond, lv, mv, bwb

Slide 2 - Tekstslide

Wat is het en hoe kun je het vinden?

  • wwg - werkwoordelijk gezegde
  • ond - onderwerp       
  • lv - lijdend voorwerp
  • mv - meewerkend voorwerp
  • bwb - bijwoordelijk bepaling

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Dit is het stappenplan zinsontleding:
de volgorde van ontleden en de vraag die je erbij stelt:

  1. PV: tijdproef, getalproef
  2. Verdeel de zin in zinsdelen
  3. WWG: alle werkwoorden in de zin
  4. OND: Wie/wat + gezegde
  5. LV: Wie/wat + wwg + ond
  6. MV: Aan wie / voor wie + gez + ond + (lv)
  7. BWB: Stel je vragen als: waar (plaats), wanneer (tijd), waardoor(reden), waarmee(hulpmiddel), hoe (de manier waarop)? De woordjes: wel,niet,nog,ook en toch zijn altijd bwb. Als je de PV t/m MWV, zijn de overgebleven zinsdelen (meestal) BWB.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Log in bij lessonup grammatica 2 les 1: herhaling leerjaar 1



Slide 7 - Tekstslide

Je gaat nu beginnen met de eerste twee stappen.

  1. PV: tijdproef, getalproef
  2. Verdeel de zin in zinsdelen

Ga naar de volgende site:
https://www.jufmelis.nl/zinsontleding/zinsdelen/zinsdelen-1

En maak de 5 zinnen van deze oefening. Je selecteert eerst de pv en daarna deel je de zin in zinsdelen.

Klaar? Maak slide 9 t/m 27


Slide 8 - Tekstslide

Noteer de persoonsvorm (tijdproef, getalproef)

Volgens de woordvoerder van PostNL kunnen postbodes heel goed als wijkbewaker optreden.

Slide 9 - Open vraag

Verdeel de zin in zinsdelen:

Volgens de woordvoerder van PostNL / kunnen/ postbodes heel goed als wijkbewaker optreden.

Slide 10 - Open vraag

Noteer het werkwoordelijk gezegde:

/Volgens de woordvoerder van PostNL / kunnen / postbodes / heel goed / als wijkbewaker / optreden.

Slide 11 - Open vraag

Noteer het onderwerp:

/Volgens de woordvoerder van PostNL / kunnen / postbodes / heel goed / als wijkbewaker / optreden.

Slide 12 - Open vraag

Noteer het lijdend voorwerp:

/Volgens de woordvoerder van PostNL / kunnen / postbodes / heel goed / als wijkbewaker / optreden.

Slide 13 - Open vraag

Noteer het meewerkend voorwerp:

/Volgens de woordvoerder van PostNL / kunnen / postbodes / heel goed / als wijkbewaker / optreden.

Slide 14 - Open vraag

Noteer de bijwoordelijke bepaling:

/Volgens de woordvoerder van PostNL / kunnen / postbodes / heel goed / als wijkbewaker / optreden.

Slide 15 - Open vraag

Noteer de persoonsvorm (tijdproef, getalproef)

Gemeenteraadsleden willen in Rotterdam alle brugklassers een gratis fiets aanbieden.

Slide 16 - Open vraag

Verdeel de zin in zinsdelen:

Gemeenteraadsleden willen in Rotterdam alle brugklassers een gratis fiets aanbieden.

Slide 17 - Open vraag

Noteer het werkwoordelijk gezegde:

Gemeenteraadsleden / willen / in Rotterdam / alle brugklassers / een gratis fiets / aanbieden.

Slide 18 - Open vraag

Noteer het onderwerp:

Gemeenteraadsleden / willen / in Rotterdam / alle brugklassers / een gratis fiets / aanbieden.

Slide 19 - Open vraag

Noteer het lijdend voorwerp:

Gemeenteraadsleden / willen / in Rotterdam / alle brugklassers / een gratis fiets / aanbieden.

Slide 20 - Open vraag

Noteer het meewerkend voorwerp:

Gemeenteraadsleden / willen / in Rotterdam / alle brugklassers / een gratis fiets / aanbieden.

Slide 21 - Open vraag

Noteer de bijwoordelijke bepaling:

Gemeenteraadsleden / willen / in Rotterdam / alle brugklassers / een gratis fiets / aanbieden.

Slide 22 - Open vraag

Is het leerdoel gelukt?

  1. Kun je de zin in zinsdelen verdelen?
  2. Weet je hoe je de volgende zinsdelen kunt vinden in een zin?
                       (Wwg, ond, lv, mv, bwb)

Slide 23 - Tekstslide

Wat heb je vandaag geleerd?

Slide 24 - Open vraag

Wat vind je nog moeilijk?

Slide 25 - Open vraag

Extra oefenen

  • https://www.cambiumned.nl/theorie/grammatica/zinsdelen/zinsdelen-maken/
  • Of natuurlijk opdrachten uit je boek Op Niveau. Geef van de zinnen de persoonsvorm aan en deel de zin in zinsdelen: Op Niveau, Blok 1 Grammatica blz. 19 opdracht 1.

Slide 26 - Tekstslide

Einde les 1.....

Tot de volgende les.......

Slide 27 - Tekstslide