Leesvaardigheid 2h 3 dernieres leçons

Leesvaardigheid (wk 25 & 26)
Objectifs:
✅ Ik weet wat ik kan verwachten voor de toetsweek.
🧠 Ik kan de stappen uitleggen om een Franse tekst goed te lezen.
👓 Ik kan deze stappen toepassen op een korte Franse tekst (niveau A2).
📖 Ik begrijp de belangrijkste informatie uit een korte informatieve Franse tekst.

Programme (3 dernières leçons):
  • Uitleg toetsweek 
  • Stappenplan frans lezen? Leestrategiëen?
  • Oefening op lessonup
  • Oefening met eindexamen 2024 + quizlet
  • Au revoir 🥴​ et à l'année prochaine 
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2,3

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Leesvaardigheid (wk 25 & 26)
Objectifs:
✅ Ik weet wat ik kan verwachten voor de toetsweek.
🧠 Ik kan de stappen uitleggen om een Franse tekst goed te lezen.
👓 Ik kan deze stappen toepassen op een korte Franse tekst (niveau A2).
📖 Ik begrijp de belangrijkste informatie uit een korte informatieve Franse tekst.

Programme (3 dernières leçons):
  • Uitleg toetsweek 
  • Stappenplan frans lezen? Leestrategiëen?
  • Oefening op lessonup
  • Oefening met eindexamen 2024 + quizlet
  • Au revoir 🥴​ et à l'année prochaine 

Slide 1 - Tekstslide

Va sur Lessonup.app
Toetsweek = leestoets
Examen en vraagteksten (op je niveau)
45 min (je hebt dus de tijd om goed te lezen, doorlezen, in woordenboek opzoeken)
7 teksten en 11 vragen (+ verkorte versie)
FR NL woordenboek nodig 


Slide 2 - Tekstslide

Welke leesstrategieën ken je?

Slide 3 - Woordweb

  • (voorspellend / oriënterend lezen)
  • skimmen / globaal lezen: waar gaat het over (titels, afbeeldingen)
  • voorkennis gebruiken
  • scannen / zoekend lezen: info vinden (alinea/zinnen met de info)
  • betekenis van woorden afleiden of raden
  • gedetailleerd lezen
  • structuur ontdekken en gebruiken

Slide 4 - Tekstslide

Met welke stappen lees jij een Franse leestekst?

Slide 5 - Woordweb

Stappenplan leesvaardigheid
  1. Globaal lezen (titel, inleiding, plaatjes)
  2. Voorkennis activeren (wat weet ik al over dit onderwerp? inhoud van de tekst voorspellen, bij interview altijd eerst de vragen lezen, tekstsoort)
  3. Vraag lezen
  4. Antwoord zoeken (alinea zoeken, lezen, antwoord markeren
  5. Antwoord in het NL formuleren, ook bij meerkeuze vragen
  6. Bij meerkeuze vragen: antwoord zoeken en kiezen

Slide 6 - Tekstslide

Stap 1: titel - inleiding - plaatje
Stap 2: Voorkennis activeren

Slide 7 - Tekstslide

Wat weet jij al over de Eifeltoren?

Slide 8 - Woordweb

Stap 3: vraag lezen

Slide 9 - Tekstslide

Stap 4: Antwoord zoeken + markeren
Stap 5: Antwoord in het Nederlands formuleren

Slide 10 - Tekstslide

Dus het antwoord is....?

Slide 11 - Open vraag

Slide 12 - Tekstslide

Stap 3: vraag lezen

Slide 13 - Tekstslide

Stap 4: Antwoord zoeken + markeren
Stap 5: Antwoord in het Nederlands formuleren

Slide 14 - Tekstslide

En het antwoord op deze vraag is dus..?

Slide 15 - Woordweb

Slide 16 - Tekstslide

Stap 3: vraag lezen

Slide 17 - Tekstslide

Stap 4: Antwoord zoeken + markeren
Stap 5: Antwoord in het Nederlands formuleren

Slide 18 - Tekstslide

Aan welk woordje denk jij het antwoord gevonden te hebben?

Slide 19 - Woordweb

De mening van de schrijver is..
A
Positief
B
Negatief
C
Neutraal

Slide 20 - Quizvraag

Slide 21 - Tekstslide

Wie mocht niet zelf bepalen welke taal hij/zij zou kiezen?
A
Margot
B
Marion
C
Nathan
D
Tom

Slide 22 - Quizvraag

Voor wie is kunnen praten met bekenden in het buitenland belangrijk?
A
Margot
B
Marion
C
Nathan
D
Tom

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Wat is er grappig aan de video over een kat?
Je ziet een kat ...
A
die een volle stofzuigerzak door het huis verspreidt
B
die het fijn vindt om over zijn lijf gestofzuigd te worden
C
die meerijdt bovenop een stofzuiger

Slide 25 - Quizvraag

Slide 26 - Tekstslide

Waar in de wereld worden de meeste pizza’s gegeten volgens de eerste
alinea?
A
in de Verenigde Staten
B
In Frankrijk
C
In Italië

Slide 27 - Quizvraag

Waarom is de pizza zo populair in Frankrijk? (alinea 2)
Geef twee verklaringen

Slide 28 - Open vraag

Kun je in Frankrijk leren om pizzabakker te worden? (alinea 3)
Zo ja, antwoord ‘ja’ en schrijf de eerste twee Franse woorden op van de
zin waarin je dat leest.
Zo nee, antwoord ‘nee’.

Slide 29 - Open vraag

🎓
Toetsweek = leestoets
Comment je me prépare ??? 😰

  • In teams vind je links naar quizlijsten (de meest voorkomende Franse woorden, die ook de woorden zijn die je sinds het eerste jaar hebt geleerd ; vraagwoorden ; leestrategieën ; signaalwoorden) 
  • Er zijn ook links om te oefenen 
  • Lingua.nl (niveau A2)
  • Lire onderdelen in de onlinemethode (menu au choix)
  • Op examenblad.nl vind je alle opgaven met correctie
  • Leesdossier (examen kb 2024, antwoorden kun je controleren op examenblad.nl)

Dus: herhaal meestvoorkomende woorden, strategieën
en signaalwoorden (super belangrijk) en oefen met lezen
Je hebt je FR/NL woordenboek nodig bij de toets

Slide 30 - Tekstslide

Oefen met eindexamen 2024
Met FR NL woordenboek 
Neem de tijd om de stappenplan uit te voeren, de stappen enz. 
Teksten 1-3 bespreken we in 10 minuten


timer
1:00

Slide 31 - Tekstslide