Les 2A3 22/04

Planning
  • voca herhalen
  • Grammatica uitleg 
  • voca les 2 maken
1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Planning
  • voca herhalen
  • Grammatica uitleg 
  • voca les 2 maken

Slide 1 - Tekstslide

Klaar? Bestudeer de grammatica over het delend lidwoord op bladzijde 86.

Slide 2 - Tekstslide

Grammaire I 
'het delend lidwoord'

Du - de la - de l' - des 
Dit gebruik je als er in het Nederlands geen lidwoord of getal voor het zelfstandignaamwoord staat. 

Dus: er staat niet hoeveel ergens van is, en er staat geen lidwoord voor. exemple: ik heb sla. 

Slide 3 - Tekstslide

Geen getal of lidwoord: 






Exemples:
 J'ai pris du jambon. --> ik heb ham genomen
Je mets de la confiture sur mon pain --> ik doe jam op mijn brood 

mannelijk zelfst. nw. 
du
vrouwelijk zelfst. nw. 
de la
meervoud
des 
zelfst. nw begint met klinker of h 
de l' 

Slide 4 - Tekstslide

Exemples 
 J'ai pris du jambon. --> ik heb ham genomen
Je mets de la confiture sur mon pain --> ik doe jam op mijn brood 
Je mange toujours des croissants.  --> ik eet altijd croissantjes
Je voudrais de la salade --> ik zou graag sla willen. 

Slide 5 - Tekstslide

Sleepvraag

1. Je mange .......................... pizza (v). 
2. il a acheté ......................... huile. (v)  
3. j'ai mangé ........................ légumes (mv)
4. Je bois ........................ thé. (m) 

de l'
des
de la 
du

Slide 6 - Sleepvraag

Je mange souvent .............. fruits!
A
de la
B
du
C
des
D
de l'

Slide 7 - Quizvraag

Ma mère boit ............... lait à chaque repas.
A
de la
B
du
C
des
D
de l'

Slide 8 - Quizvraag

J'aime manger .............. viande.

Slide 9 - Open vraag

Chaque matin, je bois ............. eau.

Slide 10 - Open vraag

Na een hoeveelheidswoord & na een ontkenning: 
de of d' 
exemples:
Je voudrais deux kilos de légumes.
Je ne bois pas d'eau.   
Ook woorden als beaucoup, une bouteille, un peu etc.: hoeveelheidswoorden

MAAR: Als er een getal staat gebruik je geen delend lidwoord of de/d' !
Exemple: je veux trois tomates. 

Slide 11 - Tekstslide

Je voudrais deux kilos ....... tomates.

Slide 12 - Open vraag

Je ne veux pas ......... jambon.

Slide 13 - Open vraag

Elle boit peu ........... eau
A
de l'
B
d'
C
de
D
des

Slide 14 - Quizvraag

Lidwoord bij aimer, adorer, préférer & détester
Na de werkwoorden aimer, adorer, préférer & détester:
le/la/l'/les 

J'aime la viande! --> ik hou van vlees!
Je déteste les poivrons - -> ik heb een hekel aan paprika's. 

Slide 15 - Tekstslide

Je préfère ........ légumes.

Slide 16 - Open vraag

J'aime manger ............ légumes
A
des
B
de
C
les
D
le

Slide 17 - Quizvraag

mannelijk
vrouwelijk
meervoud
klinker of stomme h
geen lidwoord of telwoord
du
de la
des
de l'
na ontkenning of hoeveelheidswoord
de 
de 
de 
d'
na getallen
-
-
-
-
na werkwoorden aimer, adorer préférer & détester
le 
la
les
l'

Slide 18 - Tekstslide

Je veux ...... eau

Slide 19 - Open vraag

J'aime manger .......... pâtes.
A
des
B
de la
C
les
D
du

Slide 20 - Quizvraag

Je voudrais deux kilo ............. tomates
A
des
B
de
C
les
D
de la

Slide 21 - Quizvraag

Il y a ................ légumes?
A
les
B
des
C
de
D
du

Slide 22 - Quizvraag

Is de volgende zin goed of fout:
'J'ai mangé de quatre tomates'
A
goed
B
fout

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide