VMBO TL 2: Evangeliën H1 - Kwa -

• Godsdienst
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

De Evangeliën

H1A,B: Geschiedenis

Leerdoelen: 

• Je kunt uitleggen in wat voor een tijd Jezus leefde (geschiedenis, groepen; romeinen, farizeeën enz)

Startopdracht:

TeamworK:

Leg de verhalen van het Oude Testament zo snel mogelijk op de goede volgorde.

• Maak 1.1
• We lezen tekst 1A, na de video. 

h1A. De tijd van Jezus  

(aantekening of markeren in de tekst)

• Geschiedenis Joodse volk: Adam en Eva, Abraham, slavernij in Egypte, Rechters, Koningen en profeten, ballingschap, bezettende macht: uiteindelijk Romeinen.
• Jezus wordt geboren als keizer Augustus baas is over het Romeinse Rijk. Het Joodse volk moest belasting betalen aan de Romeinse keizer, zodat hij voor vrede kon zorgen.

We bespreken de tijdbalk, die in de klas hangt.

Maak: 1.2

Nakijken:

1.1

a. Er komt vijandschap tussen de mens en de slang (=satan). Jezus, de nakomeling, zal uiteindelijk de satan vernietigen.

b. Eigen antwoord.

1.2

Abraham – slavernij in Egypte – Koning David – Babylonische ballingschap – Romeinse overheersing.

We lezen 1B: Groeperingen

Tijdens het lezen maken we het schema

Groep

Wat zijn zij

Hoe vrede?

Waarom tegen Jezus?

Wie zijn vrienden van Jezus?

Nakijken 4.1 en samenvatting van de tekst.

Groep	Wat zijn zij	Hoe vrede?	Waarom tegen Jezus?	Wie zijn vrienden van Jezus?
Farizeeën	religieuze leiders	door de wetten fanatiek te houden, krijg je vrede van God.	Ze geloven niet dat Hij de Messias is.Hij vindt liefde belangrijker dan de wet.	Nicodemus en Jozef van Arimatea.

H1B. De tijd van Jezus 

• Romeinen: politieke baas
•  Farizeeën: godsdienstige baas

Slotopdracht

Terugblik:

Maak een tijdlijn van de geschiedenisverhalen uit 1A.

     Je hebt maximaal 5 minuten.

Daarna;

Speel galgje met de woorden die voorkomen in 1A en 1B (opdracht 1.2, of schema)

The End:

• Zet je tafel recht
• Schuif je stoel aan
• Ruim je rommel op
• Met de bel mag je weg.

De Evangeliën

H1C: Verwachting en vervulling

Startopdracht

Maak een verlanglijstje van 10 dingen onder elkaar die jij dit jaar zou willen krijgen of doen.

Zet achter je verlangens de cijfers 1 tot 10, waarmee je aangeeft hoe groot is de kans dat je zo ook echt krijgt of gaat doen.

0=geen kans, 5, beetje kans, 10 gaat sowieso gebeuren.

We lezen de tekst 1C

Maak opdracht 1.5

 Hoofdstuk 1C : 

Verwachting en vervulling!

Oude Testament: de Messias beloofd; de mensen verwachten een redder uit de ellende.

Nieuwe Testament: Deze belofte vervuld; de Messias is gekomen in Jezus (God als mens). Hij redt ons.

Nakijken

1.5

a. Om mensen te redden en het eeuwige leven te geven.

b. Vrede met God: een goede relatie tussen God en mens.

c. Zij denken vrede te bereiken door het gebruiken van geweld. En alleen op deze wereld.

Slotopdracht

Teken in 3 minuten wat je deze les geleerd hebt.

De Evangeliën

H1D: Waarom 4 evangeliën

Vier op een rij!

Verzin zo snel mogelijk allemaal dingen op waarvan je er wel vier tegelijk kunt hebben of gebruiken.

Bijvoorbeeld 4 vorken, 4 broeken enzovoort. 

Leerdoelen: 

•  Je kunt verwoorden waarom er vier evangeliën zijn.
• Je kunt de belangrijkste kenmerken van de vier evangeliën opnoemen.
  

Kenmerken:

wie is de schrijver;

wie zijn de lezers;

wat is de bedoeling van het evangelie? 

Evangeliën H1D

En waarom dan over Jezus' leven vier evangeliën?

H1d Waarom 4 Evangeliën?

1. De schrijvers gingen alle vier evangeliseren over Jezus en het ook opschrijven.
2. Ze hadden allemaal een andere lezersgroep.
3. Ze hadden allemaal een andere kijk op Jezus en dus een ander doel.

H1D: Samen lezen 

We lezen de tekst van 1D en markeren, zo kort mogelijk:

Schrijver, lezer en doel!

Kennen voor de toets.

Slotopdracht

Speel: WIE BEN IK?

of 

2 Waarheden 1 leugen

met de tekst van blz 10

De Evangeliën

H1E: Oor- en ooggetuigen

Startopdracht

Wanneer is een getuigenverklaring wel/niet betrouwbaar?

Wat heeft dit met de Evangeliën in de Bijbel te maken?

Vaardigheidsdoelen
:

• Je kunt de invloed van oor- en ooggetuigen met een voorbeeld aantonen. 
• Je kunt de vier evangeliën te vergelijken en verschillen en overeenkomsten benoemen.. 

Lees 1E en maak 1.8 en 1.9

1.8

‘Wij zijn ooggetuigen’ (vs. 16) / ‘Deze stem hebben wij gehoord’ (vs. 18) / ‘Terwijl wij met Hem op de heilige berg waren’ (vs. 18)

1.9

A. matt en marcus hetzelfde Jezus zag ze, riep ze en ze gingen mee, lucas vertelt dat Jezus ook nog in de boot ging en Johannes een ander verhaal dat hij ze naar Jezus stuurt.

B. Sommige mensen herinneren zich meer (Lucas vertelt meer details dan de eerste 2). Johannes heeft het waarschijnlijk over een ander moment.

c en d eigen antwoorden

1F. Vier Evangeliën.

Vertel na het filmpje wat voor informatie je geleerd hebt over;

•   Mattheus,
• Marcus, 
• Lucas 
• Johannes.

Denken - delen - Uitwisselen.

00:07

Wie zijn de 4 evangelieschrijvers?

1. Mattheus, Petrus, Lukas en Johannes
2. Mattheus, Marcus, Lukas en Paulus
3. Mattheus, Marcus, Lukas en Johannes
4. Mattheus, Jacobus, Lukas en Johannes

00:56

Wat betekent evangelie?

1. leven van Jezus
2. goed nieuws
3. Gods' koninkrijk
4. Verwachting

02:27

Adam

Abraham

Mozes

David

Ballingschap

Herbouw Tempel

Jezus

1

2

3

4

5

6

7

02:49

Waarom zijn er in de Evangeliën zoveel verwijzingen naar het oude Testament?

04:14

Mattheus

Marcus

Lukas

Johannes

De grotere Mozes

De nederige dienaar

Nieuwe hoop voor de mensheid

JHWH die mens werd

05:20

Wat is de belangrijkste boodschap van de Evangeliën

Slotopdracht 1 (oefenen voor de toets);

 wie schreef deze tekst?

Toen ze bij Jezus waren gekomen, zeiden ze: "Johannes de Doper heeft ons naar U toe gestuurd. We moeten U vragen of U het bent die zou komen, of dat we op iemand anders wachten." Op dat ogenblik genas Hij veel mensen van hun ziekten en kwalen, joeg duivelse geesten uit mensen weg en maakte dat blinde mensen konden zien. Hij antwoordde: "Ga terug en vertel Johannes wat jullie hebben gezien en gehoord: blinde mensen gaan zien, kreupele mensen gaan lopen, zieke mensen worden gezond, dove mensen gaan horen, doden worden levend en arme mensen horen het goede nieuws. Als mensen Mij geloven, zal dat heerlijk voor hen zijn!"

denken - delen - uitwisselen

Slotopdracht 2 (oefenen voor de toets);

 wie schreef deze tekst?

 Jezus' leerlingen kwamen Hem vragen: "Waarom vertelt U hun alles in de vorm van verhalen?" Hij antwoordde: "Omdat het de bedoeling is dat júllie de geheimen van het Koninkrijk van God zullen begrijpen, maar zíj niet. Want aan mensen die hebben, zal gegeven worden, en ze zullen heel veel hebben. Maar van mensen die niets hebben, zal afgenomen worden wat ze hebben. Daarom vertel Ik hun alles in de vorm van verhalen. Want ze kijken wel, maar zien niets. En ze luisteren wel, maar horen niets en begrijpen er niets van. Met hen gebeurt wat de profeet Jesaja vroeger al heeft gezegd: 'Jullie oren zullen het wel horen, maar jullie zullen het helemaal niet begrijpen. En jullie ogen kijken wel, maar wat jullie zien zal niet tot jullie doordringen. 

denken - delen - uitwisselen

Huiswerk

Leer de inleiding en h1

hoe

let op leerdoelen, begrippen, gemaakte aantekeningen en opdrachten.