H8.2_Wereldwijde handel

Hoofdstuk 8
Over de grens


1 / 33
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 3

In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 8
Over de grens


Slide 1 - Tekstslide

Nieuws..

Slide 2 - Tekstslide

Huiswerk bespreken
Par. 8.1: Opdrachten 2 t/m 10

Slide 3 - Tekstslide

H8.2: Wereldwijde handel

Programma:
  • Doorlezen paragraaf 8.2
  • Lesdoelen par. 8.2
  • Uitleg en instructie
  • Huiswerk volgende les
  • Volgende les: Herhaling/reflectie en bespreken huiswerk

Slide 4 - Tekstslide

Lesdoelen: na de les weet je.....
  • Hoe een land zijn concurrentiepositie kan versterken;
  • Waarom internationale arbeidsverdeling goed is voor de welvaart;
  • Wat globalisering is;
  • Waarom landen soms maatregelen nemen om hun economie te beschermen;
  • Welke vier vormen van bescherming er zijn.

Slide 5 - Tekstslide

Uitleg en instructie...

Slide 6 - Tekstslide

Internationale concurrentiepositie

Is een land in staat om beter en goedkoper te produceren  dan andere landen. 

Nederland heeft een sterke internationale concurrentiepositie door o.a. een goede infrastructuur en goed onderwijs

Slide 7 - Tekstslide

Internationale concurrentiepositie
Bij internationale concurrentiepositie spelen de volgende factoren een rol:
  • Loonniveau (andere landen hebben een lager loon)
  • Arbeidsproductiviteit
  • Inflatie
  • Kennis (NL heeft veel kennis van techniek)

Slide 8 - Tekstslide

Internationale arbeidsverdeling

Ieder land maakt producten waarin het goed is. 

Dit is een wereldburger!

Slide 9 - Tekstslide

Internationale arbeidsverdeling
Door vrijhandel ontstaat de beste internationale arbeidsverdeling.

Vrijhandel:(er zijn dan geen handelsbelemmeringen)
Protectionisme: het tegenovergestelde

Slide 10 - Tekstslide

Globalisering
De toename van wereldwijde contacten en handel.

Gevolg:
Internationale bedrijven die niet aan een land gebonden zijn (multinationals).

Slide 11 - Tekstslide

Protectie = bescherming
De Europese Unie probeert de eigen economie en
werkgelegenheid te beschermen = (protectie)

Hoe doen ze dat:
  1. Invoerrechten
  2. Contingentering
  3. Invoerverbod
  4. Exportsubsidies

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Video

Protectiemaatregelen
  • Importheffingen
  • Contingentering
  • Invoerverbod



  • Exportsubsidie
  • -> subsidie aan exporterende bedrijven

    • Import duurder, minder import, geen import
    • -> voordelen eigen productie
    • goedkope export

    Slide 14 - Tekstslide

    Invoerrechten (importheffingen)
    Een extra belasting voor landen buiten de EU, om producten binnen de EU te mogen verkopen)

    Hoe werkt het?
    1. Producten van buiten de EU worden duurder
    2. EU-burgers kopen liever iets uit een EU-land (=goedkoper)
    3. Bedrijven binnen de EU verkopen meer
    4. BEdrijven binnnen de EU hebben meer werkgelegenheid
     


    Slide 15 - Tekstslide

    Contingentering
    Dat betekent dat er maar een max. aantal producten van iets mag worden ingevoerd (bv. 250.000 Japanse auto’s)
      
    Hoe werkt het?
    1. Mensen gaan auto’s uit de EU aanschaffen als de Japanse ‘op’ zijn 
    2. Europese autobedrijven verkopen meer.
    3. Er is meer werk bij Europese autobedrijven (en leveranciers)

    Slide 16 - Tekstslide

     Invoerverbod

    Het product mag niet worden ingevoerd


    Slide 17 - Tekstslide

    Exportsubsidie
    Subsidie (= je krijgt dan geld van de overheid) voor bedrijven die exporteren buiten de EU.

    Hoe werkt het?
    1. Je krijgt een subsidie van de overheid.
    2. Je kunt je producten voor een lagere prijs verkopen.
    3. Betekent dat je waarschijnlijk meer verkoopt.
    4. Meer werkgelegenheid bij europese bedrijven

    Slide 18 - Tekstslide

    Slide 19 - Video

    vragen?

    Slide 20 - Tekstslide

    Maken opdrachten 
    timer
    10:00

    Slide 21 - Tekstslide

    Bespreken opgave 

    Slide 22 - Tekstslide

    Huiswerk volgende les
    Maken Par. 8.2 
    Opdrachten  2 t/m 11

    Slide 23 - Tekstslide

    Huiswerk bespreken
    Par. 8.2: Opdrachten 2 t/m 11

    Slide 24 - Tekstslide

    Reflectie: Zijn de lesdoelen behaald?
    • Hoe een land zijn concurrentiepositie kan versterken;
    • Waarom internationale arbeidsverdeling goed is voor de welvaart;
    • Wat globalisering is;
    • Waarom landen soms maatregelen nemen om hun economie te beschermen;
    • Welke vier vormen van bescherming er zijn.

    Slide 25 - Tekstslide

    Als de lonen in een land stijgen, ________________________de internationale concurrentiepositie.
    Hierdoor zal een land ______________________ gaan exporteren.
    verbetert
    verslechtert
    meer
    minder

    Slide 26 - Sleepvraag

    Internationale arbeidsverdeling ontstaat door
    A
    Internationale concurrentie
    B
    Protectionisme
    C
    Nationale concurrentie
    D
    Vrijhandel

    Slide 27 - Quizvraag

    Internationale arbeidsverdeling is:
    A
    Elk land produceert waar hij goed en goedkoop in is.
    B
    Elk land produceert hetzelfde product
    C
    er komen steeds meer gastarbeiders
    D
    de werkeloosheid neemt toe

    Slide 28 - Quizvraag

    Wat is het doel van protectiemaatregelen?
    A
    beschermen van de burgers
    B
    beschermen van de overheid
    C
    beschermen van het buitenland
    D
    beschermen van het bedrijfsleven

    Slide 29 - Quizvraag

    Waarom protectiemaatregelen?
    A
    Overheid beschermt de eigen economie
    B
    de overheid beschermt de Economie van een ander land

    Slide 30 - Quizvraag

    Koppel de juist maatregelen aan de uitleg
    Invoerrechten
    Importquota
    Exportsubsidie
    Belasting op ingevoerde producten
    Contingentering
    Subsidie voor exporterende bedrijven
    Maximum aantal
    Importheffing

    Slide 31 - Sleepvraag

    Welke webshop is zonder importheffing het goedkoopst?
    A
    Bol.com
    B
    Amazon.co.uk
    C
    Play.com

    Slide 32 - Quizvraag

    Malawi mag, van de EU, maximaal 4 miljoen mango's exporteren naar de EU. Dit noem je
    A
    Contigentering
    B
    Invoerrechten
    C
    Importquota
    D
    Importheffingen

    Slide 33 - Quizvraag