Lezen - leesdoelen en tekstdoelen

Lezen blok 1. Leesdoelen en tekstdoelen.
1 / 10
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo gLeerjaar 1

In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Lezen blok 1. Leesdoelen en tekstdoelen.

Slide 1 - Tekstslide

Leesdoel
Waarom de lezer een bepaalde tekst leest =
het leesdoel.



Een lezer leest bijvoorbeeld een stripboek om plezier te hebben.

Slide 2 - Tekstslide

Tekstdoel
Waarom de schrijver een bepaalde tekst schrijft = tekstdoel. 


Bijvoorbeeld om uit te leggen hoe je voor een konijn
 moet zorgen.

Slide 3 - Tekstslide

Tekstdoel 1: informeren
de schrijver wil de lezer iets nieuws vertellen.

Voorbeelden:
een nieuwsbericht in de krant, 
een boek over het verzorgen van een konijn

Slide 4 - Tekstslide

Tekstdoel 2: overhalen
De schrijver spoort de lezer aan iets te gaan kopen of iets te gaan doen.
Voorbeelden:
reclame, advertentie, folder

Slide 5 - Tekstslide

Tekstdoel 3: amuseren
De schrijver wil de lezer vermaken 


Voorbeelden:
een stripverhaal, 
een spannend boek,
een gedicht 
Een ander woord voor amuseren is vermaken.

Slide 6 - Tekstslide

Lees de tekst.

Slide 7 - Tekstslide

Wat is het
doel van de tekst?
A
informeren
B
amuseren
C
overhalen

Slide 8 - Quizvraag

Leg uit waarom dit een amuserende tekst is.

Slide 9 - Open vraag

En nu aan de slag!


Maak opdracht 46, 47 en 48 blz. 42 t/m 44

Slide 10 - Tekstslide