TV2G leçon 25: la date

Bonjour

TV2H
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Bonjour

TV2H

Slide 1 - Tekstslide

Programme 
pour la leçon 25
Aan het einde van de les van vandaag heb je gemaakt/geleerd: 
  • Oefentoets Chapitre 2 op KWIZL
  • Quizlet 3-1 F-N 
  • D'accord: lire
  • La date en français
  • Quizlet 3-3 N-F

mardi 16 mai

Slide 2 - Tekstslide

Oefentoets proefwerk chapitre 2
  1. Ga naar KWIZL
  2. Klascode: GPYEU6 
  3.  It should take you about 30 minutes. Don't spend more than 40 minutes doing the test because you need to complete more work today.

Slide 3 - Tekstslide

Quizlet
Apprendre Voca 3-1 F-N
timer
5:00

Slide 4 - Tekstslide

D'accord
Chapitre 3 > 3.1 > 2 + 3 + 5

Slide 5 - Tekstslide

C'est quelle date ?
La date 

Slide 6 - Tekstslide

Welke Franse woorden ken je al die met de datum te maken hebben? (zoals dagen en maanden?)

Slide 7 - Open vraag

les jours de la semaine
Écris dans ton cahier ou à la page 52 de ton supplément !
Schrijf ze op in jouw schrift of op bladzijde 52 van jouw supplement.

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Tekstslide

Les jours de la semaine

LUNDI
MARDI
MERCREDI
JEUDI
VENDREDI
SAMEDI
DIMANCHE

Slide 11 - Tekstslide

1 - De dagen

maandag      = lundi

dinsdag        = mardi

woensdag   = mercredi

donderdag  = jeudi

vrijdag           = vendredi

zaterdag       = samedi

zondag          = dimanche



Slide 12 - Tekstslide

les mois de l'année
Écris dans ton cahier ou à la page 52 de ton supplément !
Schrijf ze op in jouw schrift of op bladzijde 52 van jouw supplement.

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Video

Slide 15 - Tekstslide

2 - De maanden

januari       = janvier                 juli                 = juillet

februari     = février                 augustus    = août

maart         = mars                    september = septembre

april            = avril                      oktober        = octobre

mei             = mai                       november   = novembre

juni             = juin                       december   = décembre







Slide 16 - Tekstslide

janvier
mars
mai
février
avril
juin
maart
februari

april

mei
januari

juni

Slide 17 - Sleepvraag

septembre
juillet
août
novembre
décembre
octobre
juli
november

december

augustus
september
oktober

Slide 18 - Sleepvraag

3 - De datum met dag
meteen een gewoon getal, behalve bij de eerste van de maand > premier:

- lundi 22 mai

- mardi 14 avril

- dimanche 1er (premier) septembre


Slide 19 - Tekstslide

4 - De datum zonder dag
meteen een gewoon getal, behalve bij de eerste van de maand EN je zet er le voor:


- le 22 mai

- le 14 avril
- le 1er (premier) septembre

Slide 20 - Tekstslide

5 - Het woordje 'op'

Op 15 mei ga ik naar het circus.

                                     Le 15 mai, je vais au cirque.

Op vrijdag 14 juli begint de vakantie.

                                     Vendredi 14 juillet, les vacances commencent.


Het woordje op wordt in het Frans niet vertaald.



Slide 21 - Tekstslide

woensdag 19 september
A
mercredi 19 september
B
vendredi 19 septembre
C
le 19 septembre
D
mercredi 19 septembre

Slide 22 - Quizvraag

vrijdag 2 mei
A
jeudi 2 mars
B
le 2 mars
C
le 2 mai
D
vendredi 2 mai

Slide 23 - Quizvraag

op 10 februari
A
10 février
B
sur 10 février
C
dans 10 février
D
le 10 février

Slide 24 - Quizvraag

15 juni
A
15 juin
B
le 15 juin
C
15 juni
D
le 15 juni

Slide 25 - Quizvraag

Écrivez en lettres :
op 1 november

Slide 26 - Open vraag

Écrivez en lettres :
vrijdag 31 oktober

Slide 27 - Open vraag

Écrivez en lettres :
2 augustus

Slide 28 - Open vraag

les saisons

Slide 29 - Tekstslide

Les saisons
Seizoen
Vertaling
Hoe zeg je: in de ...
De herfst
L'automne
En automne
De winter
L'hiver
En hiver
De lente
Le printemps
Au printemps
De zomer
L'été
En été

Slide 30 - Tekstslide

Supplément
  1. Faire l'exercice A pages 41-42. Schrijf de cijfers in letters!
  2. Faire l'exercice B page 42. Schrijf 6 belangrijke data op.

Slide 31 - Tekstslide

D'accord
Chapitre 3 > 3.3 > 2 + 3 + 4 

Slide 32 - Tekstslide

Apprendre Quizlet 3-3 N-F

Slide 33 - Tekstslide

Tu as terminé !

Slide 34 - Tekstslide