Werken in Kinderopvang les 3





Deze week


  1. voorlichting deze les
  2. Toets les 2
  3. materiaal kennis
  4. caroussel 3 opdrachten
  5. huiswerk
  6. volgende week
1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
Zorg en WelzijnPraktijkonderwijsLeerjaar 4

In deze les zitten 28 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les





Deze week


  1. voorlichting deze les
  2. Toets les 2
  3. materiaal kennis
  4. caroussel 3 opdrachten
  5. huiswerk
  6. volgende week

Slide 1 - Tekstslide





Materiaalkennis
bij de volgende activiteiten:

Speelgoed schoonmaken
Kinderbed verschonen
verzorging van de was
de afwas
de babyfles
groente en fruithapje
de broodmaaltijd
activiteiten doen met kinderen

Slide 2 - Tekstslide





Materiaalkennis vandaag Was vouwen.
bij de volgende activiteiten:

Was vouwen
hoort bij cursus Werken in de Kinderopvang.



Slide 3 - Tekstslide

Tijdsindeling
90 minuten.
5 minuten instructie
10 minuten toets week 1
5 minuten gezamenlijk gedeelte
4 x 15 minuten 4 opdrachten
10 minuten afronden en huiswerk.

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Link

Op de tafel zie je materiaal liggen.
Hoe heten deze materialen.
Benoem ze allemaal.

Slide 6 - Tekstslide

Verschillende soorten was op tafel

Slide 7 - Woordweb

Slide 8 - Video

Jullie gaan 4 opdrachten doen in tweetallen
opdracht 1 Poppenkast (variant extern)
opdracht 2 kinderziekte Waterpokken
opdracht 3 Kinder - baby was vouwen

Slide 9 - Tekstslide

opdracht poppenkast (extern)
Je speelt 15 minuten poppenkast 
Je hebt verschillende poppen
Je speelt een spel in het bos. Kan je je fantasie gebruiken=

Slide 10 - Tekstslide

opdracht kinderziekte: Waterpokken

Er zijn verschillende kinderziekten. Kijk naar het volgende filmpje.


Maak een kort verslag over wat je hoort en ziet.
Schrijf op:

Wat is het voor ziekte?
hoe lang duurt het voordat een kind ziek wordt?
Welke leeftijd?
Welk seizoen?
hoe verspreid de ziekte zich?
Wat zie je aanhet kind?
Hoe lang duurt de ziekte?
Wanneer is het besmettelijk voor andere kinderen?
Wanneer is het niet meer besmettelijk?

Slide 11 - Tekstslide

14

Slide 12 - Video

00:08
Meeste kinderen krijgen dit voor hun?
leeftijd?
A
7
B
8
C
9
D
10

Slide 13 - Quizvraag

00:16
Wat voor roos?

Slide 14 - Woordweb

00:21
Waardoor wordt het virus verspreid

Slide 15 - Open vraag

00:27
vocht uit de?
A
gaatjes
B
vaatjes
C
blaasjes
D
vaasjes

Slide 16 - Quizvraag

00:35
Incubatie tijd = ?
A
tussen besmetting en eerste verschijnselen
B
tussen ziek zijn en ziekte over.
C
in deze tijd besmettelijk
D
in deze tijd niet besmettelijk

Slide 17 - Quizvraag

00:45
besmettelijk vanaf
A
enkele dagen voordat blaasjes verschijnen
B
dat blaasjes er zijn
C
de blaasjes zijn ingedroogd
D
Watte?

Slide 18 - Quizvraag

00:57
Waarmee begint het?
A
blaasjes
B
koorts
C
hoesten
D
hoofdpijn

Slide 19 - Quizvraag

01:06
Waar lijken de kleine rode bultjes op?
A
allergie
B
krasjes
C
blaasjes
D
muggenbulten

Slide 20 - Quizvraag

01:11
Wat doen de blaasjes?

Slide 21 - Woordweb

01:24
Omschrijf de romp. Waar zit de romp?

Slide 22 - Open vraag

01:44
Hoe lang duurt de ziekte bij een normaal verloop?
A
5
B
6
C
7
D
10

Slide 23 - Quizvraag

01:51
Bij zwangerschap kan de vrouw het virus overdragen. Waar of niet waar?

Slide 24 - Woordweb

02:03
Wanneer kan het gordelroos worden?
A
bij weerstand
B
Als je riem te strak zit
C
bij weinig weerstand
D
bij warm weer

Slide 25 - Quizvraag

02:13
Wat doe je met dit poeder
A
de huid er mee wassen
B
de inpoederen
C
de huid inpoedelen
D
de in poeieren

Slide 26 - Quizvraag

Huiswerk en volgende week
Les 2
voorlichting deze les
toets week 3
materiaal kennis
verzorging van de was
caroussel 3 opdrachten
huiswerk
volgende week

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide