H3 GL6BE (ma journée) + Luik voorbereiden

Havo 3 Frans periode 4
1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Havo 3 Frans periode 4

Slide 1 - Tekstslide

On va à Liège!

Slide 2 - Tekstslide

Doelen- en toetsoverzicht periode 4
Aan het eind van deze periode kan ik:
... de woorden en zinnen die te maken hebben met vrije tijd/ sport; communicatie; gevoelens correct vertalen (FN)
... mijzelf schriftelijk voorstellen en schrijven over mijn gewoontes (hoe laat ik opsta, naar school ga, etc), hobby's, baantjes en karakter
... een hoofdzin in een logische/ correcte volgorde opschrijven
... de regelmatige werkwoorden op -er, -ir, en -re correct gebruiken in de présent, de passé composé, de imparfait en de futur simple en de onregelmatige werkwooden être, avoir, faire, aller en venir
... het delend lidwoord correct gebruiken
... personen/ dieren/ dingen met elkaar vergelijken
... uit korte, eenvoudige teksten de belangrijkste informatie benoemen. De teksten gaan over vertrouwde onderwerpen in alledaagse taal. De woordenschat bestaat uit woorden die veel voorkomen. Het niveau is A2 (ERK)

SO week 23


SCHRIJFTOETS week 26 + la phrase du cours + vlog Luik

SO week 24





REPETITIE week 27

Slide 3 - Tekstslide

uitleg en extra oefenmateriaal

Slide 4 - Tekstslide

Wat doen we vandaag?
Ik kan ...

3. een hoofdzin in een logische/ correcte volgorde opschrijven
4a. de onregelmatige werkwoorden être en avoir correct gebruiken in de présent, de passé composé, de imparfait en de futur simple

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Hoe vul je deze tabel aan? (kopieer format van LB)
wat is wat ook alweer?
dus ... vertaal ...

Slide 7 - Tekstslide

vul aan m.b.v. je aantekeningen
dus ... vertaal ...

Slide 8 - Tekstslide

Wat valt op?
Hoe vul je deze tabel aan? (kopieer format van LB)
wat is wat ook alweer?
dus ... vertaal ...

Slide 9 - Tekstslide

persoonlijkheid
van het jaar

Slide 10 - Woordweb

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Video

La phrase du cours*
3. Omar Sy was vaak 'personnalité préférée': Hij is grappig, moedig en doet de wereld lachen.

(vaak = souvent; GL6ABEF + le cahier de verbes)




*Iedere les een nieuwe zin om te vertalen

Slide 13 - Tekstslide

Omar Sy was vaak 'personnalité préférée'
Hoe vertaal je 'was'?
A
est
B
était
C
a été
D
serait

Slide 14 - Quizvraag

Vertaal:
Hij is grappig, moedig en doet de wereld lachen (GL6ABEF)

Slide 15 - Open vraag

il est ....
A
une heure et demie
B
deux heures
C
deux heures et demie
D
une heure

Slide 16 - Quizvraag

il est ....
A
huit heures et demie
B
neuf heures moins demie
C
neuf heures
D
huit heures

Slide 17 - Quizvraag

il est ....
A
midi moins le quart
B
onze heures moins le quart
C
onze heures et quart
D
onze heures et quinze

Slide 18 - Quizvraag

il est ....
A
six heures et quart
B
six heures moins le quart
C
sept heures et quart
D
sept heures moins le quart

Slide 19 - Quizvraag

ma journée
  • Tu te lèves à quelle heure?
  • Tu te douches à quelle heure?
  • Tu t'habilles à quelle heure?
  • Tu prends ton petit déjeuner à quelle heure?
  • Tu pars à l'école à quelle heure?
  • Tu rentres à quelle heure?
  • Tu te couches à quelle heure?
wat valt je op bij deze werkwoorden?
Geef antwoord, let op de vervoeging!

Slide 20 - Tekstslide

Tu te lèves à quelle heure?
Tu te douches à quelle heure?
Tu t'habilles à quelle heure?
Tu prends ton petit déjeuner à quelle heure?
Tu pars à l'école à quelle heure?
Tu rentres à quelle heure?
Tu te couches à quelle heure?

Slide 21 - Open vraag

La phrase du cours*
4. Ik sta op om 7 uur, (ik) kleed me aan en ik vertrek om 8 uur. School begint om half 9 en eindigt om kwart voor vier.

(GL6ABEF + le cahier de verbes; beginnen = commencer; school = l'école; om = à)




*Iedere les een nieuwe zin om te vertalen

Slide 22 - Tekstslide

Vertaal:
School eindigt om kwart voor vier (GL6ABEF) om = à

Slide 23 - Open vraag

c'est en forgeant on devient forgeron

Slide 24 - Tekstslide

Au travail: les devoirs 
Faire (maken): 
  • Grandes Lignes 6E (ex. 19 kijken, 20, 21)
  • la phrase du cours 1 t/m 4
  • cahier de verbes regelmatig + avoir/ être
Apprendre (leren):
  • examenidioom 7, 8, 9 (SO di 6 juni)
  • Grandes Lignes 6ABEH 
  • cahier de verbes (cdv) -er, -ir, -re, avoir, être (SO vr 16 juni)
Werk zachtjes, 
zodat iedereen zich kan concentreren
vraag zoveel mogelijk om hulp!
3. een hoofdzin in een logische/ correcte volgorde opschrijven
4. de werkwoorden correct gebruiken in de présent, de passé composé, de imparfait en de futur simple

Slide 25 - Tekstslide

doel bereikt?
Ik kan ...

3. een hoofdzin in een logische/ correcte volgorde opschrijven
4. de onregelmatige werkwoorden être en avoir correct gebruiken in de présent, de passé composé, de imparfait en de futur simple

Slide 26 - Tekstslide

Au revoir!

Slide 27 - Tekstslide