Week 3 wat een weer dag 4

wat een weer! week 3
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2BasisschoolGroep 4

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

wat een weer! week 3

Slide 1 - Tekstslide

dag 4
jouw eigen weerbericht

Slide 2 - Tekstslide

wat kun je vertellen?

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat zegt de vrouw over de zon?
A
De zon zit verstopt achter wolken
B
De zon schijnt
C
De zon schijnt niet
D
De zon komt tevoorschijn in de namiddag.

Slide 5 - Quizvraag

Hoe warm is het?
A
Het is aangenaam warm.
B
Het is onder 20 graden.
C
Het is boven 20 graden.
D
Het is boven 30 graden.

Slide 6 - Quizvraag

Wanneer gaat het licht regenen?
A
vanaf dinsdag
B
vanaf woensdag
C
vanaf morgen
D
vanaf donderdag

Slide 7 - Quizvraag

Wat is het temperatuurverschil tussen de kust en het zuiden van het land vandaag?
A
3 graden verschil
B
aan de kust 22 graden
C
in het zuiden 19 graden
D
het is warmer aan de kust

Slide 8 - Quizvraag

In Nederland regent het veel.
En in jouw geboorteland?
In de zomer is het in Nederland warm. Hoe is de zomer in jouw geboorteland?

Slide 9 - Tekstslide

In de herfst is er veel wind. De blaadjes vallen van de bomen.
 Ik zie bliksem en ik hoor donder. Ik ben niet bang van onweer.  En jij?

Slide 10 - Tekstslide

In de winter vriest het soms. In Nederland vriest het een beetje.
Het sneeuwt soms in januari, februari, maart of april.

Slide 11 - Tekstslide

's Morgens en 's avonds
is er mist.
In de lente is het mooi weer. Het is fris, zonnig en er is geen neerslag.

Slide 12 - Tekstslide

Spreek over het weer in Europa

Slide 13 - Tekstslide

aan de slag!

Slide 14 - Tekstslide

de hulpzinnen
de kinderen maken hulpzinnen bij hun weerbericht:
- het is vandaag (vb.) maandag 4 maart
- vandaag is het zonnig/licht bewolkt/ zwaar bewolkt
- er is kans op sneeuw/hagel/regen
- de wind komt uit het noorden/oosten/zuiden/westen
- de wind is matig/krachtig/sterk/stormachtig

Slide 15 - Tekstslide

oefenen
De kinderen vullen hun weerbericht verder in op de kaart van Nederland en gaan oefenen met presenteren. Laat de kinderen de hulpzinnen gebruiken. 

Slide 16 - Tekstslide