Procenten / promille / verhoudingen

Procenten
Wat weet je hiervan?
1 / 23
volgende
Slide 1: Woordweb

In deze les zitten 23 slides, met interactieve quizzen.

Onderdelen in deze les

Procenten
Wat weet je hiervan?

Slide 1 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een procent?
A
1 duizendste deel
B
1 tiende deel
C
1 honderste deel

Slide 2 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

De rente (in procenten) op geleend geld is hoger dan de rente (in procenten) op spaargeld
A
Juist
B
Onjuist

Slide 3 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel procent is 𝟏/𝟓 deel in procenten?
Je kan een tabel gebruiken.

A
5
B
0,2
C
20
D
50

Slide 4 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

250,- van 2500,- is altijd:
A
10%
B
100%
C
50%
D
dat weet je niet

Slide 5 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel is 1000,- in procenten van 4.000,-
A
20%
B
15%
C
25%
D
10%

Slide 6 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken 3 procent van 150
A
15
B
4,5
C
45
D
0,02

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken:
Hoeveel procent is 45 van 249?
A
19,6 %
B
19,7%
C
112,05 %
D
112,1 %

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken 8 procent van 700.
A
8
B
100
C
560
D
56

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bereken hoeveel procent 8 is van 64
A
64%
B
12,5%
C
25%
D
6,25%

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


timer
3:00

Slide 11 - Open vraag

deel : percentage x 100
270 = 75% 
Hoe druk je de brutowinst uit in een percentage van de verkoopprijs (brutowinstmarge)
A
je deelt de verkoopprijs door de brutowinst en doet het keer 100
B
Je deelt de brutowinst door de verkoopprijs en doet het keer 100
C
je deelt de verkoopprijs door de inkoopprijs en doet het keer 100

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Van 90 studenten is de verhouding dropliefhebbers en winegumliefhebbers is 48 : 42. De verhouding is
A
58 : 42
B
24 : 21
C
4,8 : 4,2
D
8 : 7

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een promille en
wanneer gebruik je het?

Slide 14 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Hoe bereken je een promille?
A
Delen door 100 x het getal
B
Delen door 10 x het getal
C
Delen door 1000 x het getal

Slide 15 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat betekent promille?
A
per honderd
B
per duizend
C
zelfde als procent
D
per tienduizend

Slide 16 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

3 promille van €1200,- is:
A
€36
B
€360
C
€3,60
D
€3,-

Slide 17 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies


1 promille =
A
1000
B
1/1000
C
100
D
1/100

Slide 18 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Berekenen 6,8 promille van € 17,4 miljoen en rond jouw uitkomst af in duizendtalllen.
A
€ 118.000,-
B
€ 119.000,-
C
€ 1.183.000,-
D
€ 184.000,-

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat zijn gelijke verhoudingen?
A
3 : 5 en 12 : 20
B
3 : 5 en 15 : 6
C
10 : 6 en 20 : 10
D
12 : 20 en 3 : 4

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is de verhouding
appel : banaan
A
2:3
B
2:5
C
3:2

Slide 21 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is naar verhouding de goedkoopste haargel?
A
Tube haargel
B
Pot haargel

Slide 22 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is in verhouding het meest?
A
7 van de 10
B
3 van de 4

Slide 23 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies