In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Nederlands
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Taalverzorging
Grammatica
Zinsdelen
Woordsoorten
Slide 3 - Tekstslide
Taalverzorging
Slide 4 - Tekstslide
Zinsdelen
Persoonsvorm
Onderwerp
Werkwoordelijk gezegde
Zin in zinsdelen verdelen
Lijdend voorwerp
Meewerkend voorwerp
Bijwoordelijke bepaling
Slide 5 - Tekstslide
Woordsoorten
Werkwoord
Lidwoord
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Voorzetsel
Persoonlijk voornaamwoord
Bezittelijk voornaamwoord
Wederkerend en wederkerig voornaamwoord
Vragend voornaamwoord
Slide 6 - Tekstslide
Grammatica zinsdelen
Ik heb gisteren een chocoladereep gegeten.
Ik / heb / gisteren / een chocoladereep / gegeten.
pv: heb
wg: heb gegeten
ow: ik
lv: een chocoladereep
mv: -
bwb: gisteren
Slide 7 - Tekstslide
Grammatica woordsoorten
Je kijkt naar elk woord apart.
ik
heb
gisteren
een
chocoladereep
gegeten
Slide 8 - Tekstslide
Benoem de werkwoorden, lidwoorden, zelfstandig naamwoorden en bijvoeglijk naamwoorden.
Mijn opa schrijft altijd met een zwarte vulpen.
Slide 9 - Open vraag
Voorzetsels
Waarin, waardoor, waarmee, waaronder?
... de kast
Maar ook richtingen, 'met', 'van' en 'na'
Slide 10 - Tekstslide
Vul een voorzetsel in.
Je maakt je toets ... een pen en ... papier.
Slide 11 - Open vraag
Maak een zin in deze volgorde:
lidwoord - bnw - znw - ww - vz - lidwoord - znw.
Slide 12 - Open vraag
Persoonlijk voornaamwoord
Verwijst naar een persoon of een groep mensen zonder een naam te noemen.
Slide 13 - Tekstslide
Ontleed onderstaande zin en benoem de werkwoorden, lidwoorden, zelfstandig naamwoorden, bijvoeglijk naamwoorden, voorzetsels en persoonlijk voornaamwoorden.
Heb jij in je kamer de spellingregels aan de muur hangen?
Slide 14 - Open vraag
Bezittelijk voornaamwoord
Geeft een bezit aan.
Heb je jouw fiets op slot gezet?
je: persoonlijk
jouw: bezittelijk
Slide 15 - Tekstslide
Huiswerk
Maak opdracht 5 en 6 in je werkboek (blz. 36-38).
2. Maak opdracht 7 in je werkboek of via Op Niveau online:
SOM > Leermiddelen > Op Niveau > Blok 2 Taalverzorging > Opdrachten > opdracht 7.