1 vmbo-kgt thema 3.2 Ordening: dieren

Thema 3 Ordening
3.2 Dieren
1 / 39
volgende
Slide 1: Tekstslide
Biologie / VerzorgingMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 1

In deze les zitten 39 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Thema 3 Ordening
3.2 Dieren

Slide 1 - Tekstslide

wat gaan we vandaag doen
herhaling vorige les: 3.1 Organismen ordenen
leerdoelen vandaag
nieuwe theorie: 3.2 dieren
zelf aan de slag
herhalen leerdoelen

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Welk rijk heeft géén celkern?
A
bacteriën
B
schimmels
C
planten
D
dieren

Slide 5 - Quizvraag

Plant
Dier
Schimmel
Bacterie

Slide 6 - Sleepvraag

leerdoelen vandaag (3.2)
Aan het einde van de les:
- kan je bij dieren verschillende vormen van symmetrie beschrijven
- kan je bij dieren verschillende typen skelet beschrijven
- kan je kenmerken en voorbeelden noemen van zes groepen dieren

Slide 7 - Tekstslide

Inleiding
Er zijn meer dan 1,3 miljoen diersoorten bekend.
De meeste daarvan zijn insecten.
Dieren hebben als enige groep geen celwand.

Slide 8 - Tekstslide

De stoel in de afbeelding hiernaast bestaat uit 2 helften.
De helften zijn elkaars spiegelbeeld.

De stoel is symmetrisch.

Een symmetrisch voorwerp kan je in 2 gelijke helften verdelen.

Slide 9 - Tekstslide

Dieren zijn vaak symmetrisch, bijvoorbeeld mensen.

Je linkerhelft heeft dezelfde delen als de rechterhelft. Maar de helften zijn bijna nooit precies gelijk aan elkaar. Er zijn kleine verschillen tussen links en rechts.

Toch noem je in de biologie een mens symmetrisch.

Slide 10 - Tekstslide

3.2 Dieren
Er zijn verschillende soorten symmetrie:
- niet-symmetrisch
- tweezijdig symmetrisch: op 1 manier in twee gelijke helften te verdelen
- veelzijdig symmetrisch: op meerdere manieren in twee gelijke helften te verdelen

Slide 11 - Tekstslide

soorten symmetrie

Slide 12 - Tekstslide

3.2 Dieren
Veel dieren hebben stevige delen in hun lichaam.
Deze delen geven stevigheid en bescherming.



Slide 13 - Tekstslide

3.2 Dieren
dieren hebben:
- geen skelet of
- uitwendig skelet (aan de buitenkant) of
- inwendig skelet (aan de binnenkant van het lichaam)

Door te kijken naar het skelet, kan je de dieren ordenen in verschillende groepen.

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

3.2 Dieren
Op basis van symmetrie en skelet worden dieren verdeeld in groepen:
1. sponsdieren
2. neteldieren
3. weekdieren
4. stekelhuidigen
5. geleedpotigen
6. gewervelden

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Video

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

3.2 Dieren
De 6 groepen dieren kan je verder indelen in kleinere groepen, die je weer kunt indelen in kleinere groepen, tot je bij een soort komt.

Een soort kan je niet verder indelen.

Slide 26 - Tekstslide

3.2 Dieren
De indeling van organismen in steeds kleinere groepen, kan je weergeven in een vertakkingsschema.


Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide

vragen
      VRAGEN? 

Slide 29 - Tekstslide

zelf aan de slag
3.2 Dieren: lees de tekst en maak de opdrachten:

opdracht 1 t/m 4 maken
(vanaf blz. 164)

Slide 30 - Tekstslide

Slide 31 - Tekstslide

Slide 32 - Tekstslide

Slide 33 - Tekstslide

Slide 34 - Tekstslide

Slide 35 - Tekstslide

Slide 36 - Tekstslide

Slide 37 - Tekstslide

Slide 38 - Tekstslide

herhalen leerdoelen
Aan het einde van de les:
- kan je bij dieren verschillende vormen van symmetrie beschrijven
- kan je bij dieren verschillende typen skelet beschrijven
- kan je kenmerken en voorbeelden noemen van zes groepen dieren

Slide 39 - Tekstslide