T1A 28-03-2019

1 / 20
volgende
Slide 1: Video
DuitsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 20 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

Heute

- Welkom;

- Video ter verkenning Kapitel 5;

- Wiederholung Grammatik;

- Uitleg + zefstandig werken

- Woordweb;

- Zelfstandig werken + leren;

- Quiz;


Slide 2 - Tekstslide

Lernziele

Aan het eind evan het hoofdstuk kan je wat vertellen over jouw school.

Einde van deze les ken je  het bepaald en onbepaald lidwoord in het Duits.

Slide 3 - Tekstslide

Weet je nog? Der/ die/ das, welke uitspraak is FOUT?
A
"Die" gebruik je voor vrouwen
B
"Der""gebruik je bij "het-woorden
C
"Die" gebruik je voor meervoud
D
"Das" gebruik je bij verkleinwoordjes

Slide 4 - Quizvraag

Henk, Hetty en Hetje

Henk: Der

bij mannelijke woorden, mensen of dieren

Hetty: Die

bij vrouwelijke woorden(-e), mensen of dieren

En bij meervoud

Hetje: Das

bij het-woordjes(en verkleinwoordjes, duh)


Slide 5 - Tekstslide

Het onbepaalend lidwoord

We kennen al wat lidwoorden, maar EENTJE is er over


Ein


Eine


> Sieh TB S.28 Grammatik 2

Slide 6 - Tekstslide

Vul in ein of eine:
___ Schüler war zu spät in der Schule.

Slide 7 - Open vraag

Vul in ein of eine:
______ Mädchen hat ihre Hausaufgaben nicht gemacht

Slide 8 - Open vraag

Vul in kein of keine:
Die Kinder haben _____ Kugelschreiber(mv) dabei.

Slide 9 - Open vraag

Het meervoud van 'ein' is 'eine'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 10 - Quizvraag

Het meervoud van 'kein' is 'keine'
A
Juist
B
Onjuist

Slide 11 - Quizvraag

Zelfstandig werken

5 minuten eerst totale silte

machen Ü0(EInleitung), 1.1, 2.1, 3.1, 3.5, 4.3

timer
5:00

Slide 12 - Tekstslide

Woordjes van het vorige SO?

Slide 13 - Woordweb

Maken Ü3.6

A. eerst samen lezen;

B. Zelf maken;

Klaar ? Leren woordjes(mag Quizlet, mag met oortjes)

> zometeen bespreken

Slide 14 - Tekstslide

Quizzz

Slide 15 - Tekstslide

Cijfer in het Duits
A
die Pause
B
die Tasche
C
die Antwort
D
die Note

Slide 16 - Quizvraag

huiswerk in het Duits
A
die Hausaufgaben
B
der Bleistift
C
der Lehrer
D
das Fach

Slide 17 - Quizvraag

Vul het juiste lidwoord in:
Het vak = ____ Fach

Slide 18 - Open vraag

Vul het juiste lidwoord in:
een pen= ____ Kugelschreiber

Slide 19 - Open vraag

Hausaufgaben

Lernen Ü3.6 AB S. 43

M. Ü10.4 AB S. 53 +12.3 AB S. 59


Let op!
11-04 PW K4

18-04 SO K5

> sieh Magister

Slide 20 - Tekstslide