H9 - Het is feest!

Hoofdstuk 9 - Het is feest!
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2Middelbare schoolvmbo lwooLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 9 - Het is feest!

Slide 1 - Tekstslide

Veel oefeningen zijn op meerdere niveaus:
                               /             /
Kies zelf welk niveau geschikt is voor je klas.

Slide 2 - Tekstslide

Oefening 1
Nodig: Een kopje, Suiker, Melk, Thee en koffie.

1. Volg de stappen van niveau *, met de volgende zinnen:
- Wil je iets drinken?
- Ja, graag.
- Wil je iets drinken?
- Nee, dank je.
- Wat wil je drinken?
- Thee, graag. Koffie, graag.
2. Laat uw leerlingen als kettingvraag aan elkaar vragen of ze koffie of thee willen drinken en met melk en/of suiker. 



Slide 3 - Tekstslide

Oefening 1
Nodig: Een kopje, Suiker, Melk, Thee en koffie.

1. Zet een kopje, suiker, melk, thee en koffie klaar. 
2. Speel de volgende situatie voor. Kies een van de antwoorden.
- Wil je koffie of thee?
- Koffie graag. Thee graag. Nee, dank je. 
- Wat wil je drinken?
- Koffie, graag. Thee, graag.
3. Lees de zinnen nogmaals voor, in redelijk hoog tempo. Laat uw leerlingen deze zinnen herhalen. 
4. Speel de situatie nu met een leerling. Stel uw leerling individueel de volgende vragen.
- Wil je koffie? Enz. 

Variatie: Bij stap 3, verdeel de klas in twee groepen. De ene groep vraagt en de andere groep antwoordt. 

Slide 4 - Tekstslide

Oefening 1
Nodig: Een kopje, Suiker, Melk, Thee en koffie.

1. Volg de stappen van niveau *.
2. Herhaal stap 2 t/m 5 met de volgende zinnen.
- Wil je iets drinken?
- Ja, graag.
- Ja, lekker.
- Nee, dank je. 
- Wat wil je drinken?
- Ik wil graag een kopje koffie.
- Ik wil graag een kopje thee. 
- Wil je melk en suiker?
- Ja, veel suiker graag.
- Ja, een beetje melk graag. 
- Nee, dank je. 
3. Gebruik ook deze nieuwe aangeleerde zinnen als kettingvraag. 

Extra: Ga met de leerlingen echt koffie en thee drinken en pas bovenstaande vragen toe. 



Slide 5 - Tekstslide

Oefening 2
Nodig: Een kopje, Suiker, Melk, Thee en koffie.

1. Zet uw benodigdheden weer klaar. 
2. Oefen onderstaand gesprekje als taalrap met uw klas. 
- Wil je koffie of thee?
- Koffie, graag.
- Thee, graag.
- Nee, dank je. 
- Wat wil je drinken?
- Koffie, graag. 
- Thee, graag.
3. Speel situatie 1 keer voor met een leerling. 
4. Laat de leerlingen in tweetallen het rollenspel uitvoeren. 

Extra: Taalraps les 4 Wil je wat drinken? Blz 13. 

Slide 6 - Tekstslide

Oefening 2
Nodig: Een kopje, Suiker, Melk, Thee en koffie.

Volg de stappen van niveau * met de volgende zinnen. 
- Wil je iets drinken?
- Ja, graag.
- Wil je iets drinken?
- Nee, dank je. 
- Wat wil je drinken?
- Thee, graag. 
- Koffie, graag. 




Slide 7 - Tekstslide

Oefening 2
Nodig: Een kopje, Suiker, Melk, Thee en koffie.

Volg de stappen van niveau *, met de volgende zinnen. 
- Wil je iets drinken?
- Ja, graag.
- Nee, dank je.
- Ja, lekker. 
- Wat wil je drinken?
- Ik wil graag een kopje koffie.
- Ik wil graag een kopje thee. 
- Wil je melk en suiker?
- Ja, veel suiker graag. 
- Ja, een beetje melk graag. 
- Nee, dank je. 




Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Oefening 3 niveau */**/***
1. Laat werkblad 1 zien. 
2. Bespreek met de leerlingen wat ze op de afbeeldingen zien. 
3. Lees daarna onderstaande tekst langzaam voor. 
- Vandaag is het feest. Het is de verjaardag van Maria. Maria is jarig. 
- Gefeliciteerd met je verjaardag, Maria. Ik heb een cadeautje voor jou. Alsjeblieft. 
4. Vertel over uw verjaardag:
- Ik ben op ......jarig.
5. Laat de leerlingen d.m.v. van een kettingvraag aan elkaar vragen?
- Wanneer ben jij jarig?
6. Schrijf de verjaardagen eventueel op. Je kunt bijvoorbeeld een kalender maken met de leerlingen. Zo kan er aandacht worden besteed aan de verjaardagen van de leerlingen. 

Slide 10 - Tekstslide

Oefening 4 Niveau */**/***

Laat de afbeeldingen op de volgende dia's zien van een Nederlands feest. 
1. Voer een groepsgesprek met uw leerlingen. Vraag aan uw leerlingen:
- Denk eens aan het land waar je vandaan komt. Hoe vier je daar een verjaardag?
2. Leg enkele Nederlandse feesten uit, aan de hand van uw gevonden plaatjes. 
- Zie volgende dia's
3. Vraag aan uw leerlingen.
- Denk eens aan het land waar je vandaan komt. Welke feesten vier je daar? Hoe vier je dat?
 

Slide 11 - Tekstslide

In Nederland vieren we Sinterklaas.

Slide 12 - Tekstslide

In Nederland vieren we Kerstmis.

Slide 13 - Tekstslide

In Nederland vieren we lampionnetje lopen.

Slide 14 - Tekstslide

In Nederland vieren we onze verjaardag.

Slide 15 - Tekstslide

1. Lees de eerste zin duidelijk voor.
2. Tel de woorden terwijl je meetelt op je vingers.        Laat de leerlingen meetellen.
3. Lees de zin nog een keer en laat de leerlingen          samen met jou de zin herhalen.
4. Laat de leerlingen de zin als klas (zonder jou)            herhalen.
5. Zeg de zin nog een keer in een sneller tempo.
6. Laat de leerlingen de zin nog een keer zeggen.
7. Spreek steeds sneller en kijk hoe snel de                    leerlingen kunnen.
8. Herhaal met de rest van de zinnen.

De zinnen staan op niveau.
Zinnen
* Wil je koffie?
* Ja, graag.
* Wil je thee?
* Nee, dank je. 
* Wil je koffie of thee?
* Koffie, graag. 
* Thee, graag. 
** Wil je iets drinken?
* Wat wil je drinken?
*** Wil je melk en suiker?
*** Ja, een beetje suiker graag. 
*** Wil je melk?
*** Ja, veel melk graag.
*** Wil je suiker?
*** Nee, dank je. 
* Het is feest. 
* Ik ben jarig. 
*** Wanneer ben je jarig?

Slide 16 - Tekstslide

Taalriedels
Speel de taalriedels af en laat de leerlingen ze herhalen.

Slide 17 - Tekstslide

Laat de leerlingen nu online 
Hoofdstuk 9 maken op www.ncbstart.nl.

Slide 18 - Tekstslide