3.3 De opkomst van het christendom (Deel 1)


Gd periode 2 De opkomst van het christendom
Melanchthon berkroden Klas 1


1 / 30
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1

In deze les zitten 30 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


Gd periode 2 De opkomst van het christendom
Melanchthon berkroden Klas 1


Slide 1 - Tekstslide

Wat weet jij eigenlijk
van het christendom?

Slide 2 - Woordweb

Leerdoel
In deze periode leer je: 
- Hoe het christendom ontstond.
- Hoe joden in het Romeinse rijk terechtkwamen.
- Hoe het christendom werd verspreid, verboden en later de Romeinse staatsgodsdienst werd.


Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Verdraagzaamheid
De Romeinen hadden tientallen goden
Veroverde volken mochten hun eigen goden blijven aanbidden.

Slide 5 - Tekstslide


Koninkrijk?


De stadstaat Rome is ooit een koninkrijk geweest,
hoewel daar erg weinig over bekend is.

En of het verhaal van Romulus en Remus waar is....?
In 117 na Christus was het Romeinse Rijk op zijn grootst. 
In 63 v. Chr. veroverden de Romeinen de streek Palestina. Hier woonden vooral joden. Zij geloven in één god. Dit heet: monotheïsme (mono=enkel, theos=god). Hun geloof heet het Jodendom.
Romeinen geloven in meerdere goden. Dit heet: polytheïsme (poly=meer, theos=god). Overwonnen volken mogen hun eigen goden houden, zolang ze de belangrijkste Romeinse goden ook vereren. 

Slide 6 - Tekstslide

Ontstaan van Jodendom ?
--> Het Jodendom is ongeveer in 3000-4000 v.C. ontstaan
--> Het ontstond in het gebied wat wij kennen als Israël/Palestina
--> Het Jodendom was uniek: Het was de eerste religie met één god.
--> Het Jodendom heeft geen echte stichter. De eerste stamvader van het Joodse geloof is Abraham.

Slide 7 - Tekstslide

Het jodendom (1)
  • Jodendom heeft een lange geschiedenis met veel profeten. 

  • Abraham was met zijn Joodse stam de uitverkorenen. 

Slide 8 - Tekstslide

Jodendom
In Judea woonden de joden
Joden geloven in één god.
Het Joodse gebedshuis heet een synagoge.
Zij weigerden de Romeinse goden en keizer te vereren
Uiteindelijk kwamen de joden in opstand

Slide 9 - Tekstslide

Jodendom
In Judea woonden de joden
Joden geloven in één god en zijn monotheïstisch
Zij weigerden de Romeinse goden en keizer te vereren
Uiteindelijk kwamen de joden in opstand

Slide 10 - Tekstslide
















Verovering en vernietiging van Jeruzalem door de Romeinen

Slide 11 - Tekstslide

Jezus van Nazareth
  • Jezus is een Joodse man die rondreist in de streek Palestina en vertelt dat God goede mensen beloont en slechte mensen straft (prediker).
  • Jezus krijgt veel aanhangers. 
  • De Romeinen vinden hem daarom gevaarlijk. Ze nemen hem gevangen en kruisigen hem, de straf voor een opstandige slaaf.

Slide 12 - Tekstslide

Romeinen zagen Jezus als opstandeling

Jezus stierf voor de zonden van de mensen.

Zijn verhaal werd opgeschreven in de Bijbel.

Slide 13 - Tekstslide


Christenen in het Romeinse Rijk


Het Christendom verspreidt zich snel in het Romeinse Rijk. 
De goede wegen en de aantrekkingskracht van het geloof 
zorgen ervoor dat veel mensen christen worden.


De verspreiding van het Christendom in het Romeinse Rijk.
Verspreiding rond het jaar 75.
Verspreiding rond het jaar 200.
Verspreiding rond het jaar 300.
Verspreiding rond het jaar 400.

Slide 14 - Tekstslide

Christenen
  • De volgelingen van Jezus noemen zichzelf christenen.
  • Dit komt van Christus, dat 'gezalfde' betekent.  
  • Zij geloven in de woorden die Jezus (via zijn leerlingen) aan hen heeft gegeven: 'Iedereen is gelijk voor God en voor ieder goed mens is er een plek in de hemel'.

Slide 15 - Tekstslide

Jodendom en Christendom
Joden geloofden in één God > er komt ooit een messias
- Messias: brengt vrede en gerechtigheid. Een verlosser.

Jezus Christus is de messias:
- Joden geloven dit niet
- Christenen geloven dit wel

Slide 16 - Tekstslide

Begrippen uit deze les
  • Jodendom
  • Prediker
  • Christendom
  • Synagogen
  • Bijbel 
  • Zonden

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht moeilijke begrippen
Zoek en schrijf (in Word) de betekenis van de volgende begrippen op papier: zonden, messias, Judea, religie, verdraagzaamheid, Christus, synagoge, hemel

Slide 18 - Tekstslide

'Iedereen is gelijk voor God'. Wat betekent deze uitspraak?
A
God maakt onderscheid
B
Voor God is elk mens even belangrijk
C
Ieder mens is hetzelfde
D
God heeft zijn lievelingetjes

Slide 19 - Quizvraag

Vragen over het christendom
1. Ga naar de site ditgeloofik.nl
2. Zoek Willemijn op (katholiek)
3. Klik op plakboek en beantwoord de volgende vragen in Word: 
a. Neem de 10 geboden over
b. Welk gebod spreekt jou het meeste aan en waarom? 
c. Gebod 3: Misbruik de naam van de Heer niet. Wat wordt daarmee bedoeld? 
d. Gebod 5: Eer uw vader en moeder. Wat betekent dat? 
e. Gebod 9: Lieg niet maar spreek altijd de waarheid. Waarom kun je beter altijd de waarheid spreken? 
f. Waarom zijn de 10 geboden nodig denk je? 
Alles ingevuld? Sla het op in Word en geef het bestand de naam: 10 geboden dit geloof ik

Slide 20 - Tekstslide

Wat weigerden joden tijdens het Romeinse Rijk?
A
Ze weigerden Romeinse gerechten te eten
B
Ze weigerden in één God te geloven
C
Weigerden de keizer en Romeinse goden te vereren
D
Ze weigerden in het Romeinse Rijk te wonen

Slide 21 - Quizvraag

Door wat was het Jodendom uniek?
A
Was de eerste religie met één God
B
Was de eerste religie met meerdere goden
C
Mozes was hun stichter
D
Het is ontstaan in Egypte

Slide 22 - Quizvraag

Waarom moest Jezus sterven?
A
De Romeinen vonden hem een onruststoker
B
Jezus had iemand beroofd
C
Pilates haatte Jezus
D
Reden is onbekend

Slide 23 - Quizvraag

Wat was de boodschap van Jezus?
A
Leven en laten leven
B
Ben vooral met jezelf bezig
C
Wat anderen doen, boeit niet
D
Wees goed voor je medemens en je wordt beloond

Slide 24 - Quizvraag

Was was de stamvader van het Jodendom?
A
Mozes
B
Jezus
C
Jesaja
D
Abraham

Slide 25 - Quizvraag

Ga terug naar ditgeloofik.nl (Willemijn)
Ga dan swipen naar: dit dragen wij. Vertel wat over de Paus

Slide 26 - Open vraag

Welke heilige joodse stad werd vernietigd door de Romeinen?

A
Betlehem
B
Tel Aviv
C
Jeruzalem
D
Hebron

Slide 27 - Quizvraag

Wat geloven joden niet?
A
Dat de messias bestaat
B
Dat Jezus de messias is
C
Dat er één God is
D
Dat Mozes de messias is

Slide 28 - Quizvraag

Waarom kreeg Jezus in korte tijd zoveel aanhangers?
A
Hij preekte liefde en iedereen is gelijk
B
Hij gaf geld aan de armen en zieken
C
Hij durfde kritiek te geven op de Romeinse keizer
D
Hij stichtte scholen en universiteiten

Slide 29 - Quizvraag

In welk tijdvak speelt het ontstaan van het christendom?

Slide 30 - Open vraag