Toets

Toets
ALLEREERST: veel succes vandaag!
  • Jassen en tassen vooraan in het lokaal.
  • Geen smartphone  in broekzak. Zet hem uit en in de telefoontas.
  • Geen smartwatch
  • Bij vragen: vinger opsteken (niet roepen in lokaal)
  • Niet praten tijdens de toets!
  • Blijf zitten op je plek en ga niet eerder weg ook al ben je eerder klaar. 


1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 4,5

In deze les zitten 21 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Toets
ALLEREERST: veel succes vandaag!
  • Jassen en tassen vooraan in het lokaal.
  • Geen smartphone  in broekzak. Zet hem uit en in de telefoontas.
  • Geen smartwatch
  • Bij vragen: vinger opsteken (niet roepen in lokaal)
  • Niet praten tijdens de toets!
  • Blijf zitten op je plek en ga niet eerder weg ook al ben je eerder klaar. 


Slide 1 - Tekstslide

Een raadsel
Je hebt twee kokosnoten en je wil weten vanaf welke verdieping van een gebouw  (van 100 verdiepingen) een kokosnoot breekt. Je hebt €1,40 en de lift kost een dubbeltje (10 cent) voor elke rit naar boven. De rit naar beneden is gratis.

Hoe kan de je kokosnoten zó naar beneden gooien zodat je de laagste verdieping weet waarbij de kokosnoten breken?

Je begint op verdieping één. De kokosnoten breken op dezelfde hoogte en breken niet eerder als ze vaker vallen.

Slide 2 - Tekstslide

Een raadsel
Je laat de eerste kokosnoot op de eerste verdieping vallen. Als de kokosnoot niet breekt ga je naar de volgende verdiepingen: 14, 27, 39, 50, 60, 69, 77, 84, 90, 95, 99, and 100. Als een van de kokosnoten breekt op een verdieping, ga je naar de verdieping boven de vorige die je hebt bezocht. Vervolgens laat de je tweede vallen, indien deze niet breekt, ga je één verdieping omhoog tot deze wel breekt.

Op deze manier kan je met €1,40 testen op welke verdieping de kokosnoten breken.

Slide 3 - Tekstslide

Een raadsel
Een marktverkoper heeft aan het einde van de dag nog 7 eieren. Dan komt de eerste koper er aan. Hij wil de helft van de eieren en nog een halve. Vervolgens komt er nog een koper aan en hij wil hetzelfde.

Daarna sluit de marktverkoper zijn tent, gaat naar huis en eet het laatste ei op.
Hoe is dit mogelijk?
  • De eerste koper vraagt de helft + een halve, dus dat is 3,5 + 0,5 = 4. Dus er blijven nog 3 eieren over. Dan komt de volgende koper, hij vraagt ook de helft + een halve, dus dat is 1,5+0,5 = 2. Er blijft dus 1 ei over en die eet hij zelf op.

Slide 4 - Tekstslide

Een raadsel
Drie mannen boeken een hotelkamer. Deze kost 30 euro.  Ze betalen elk 10 euro. Na een tijdje beseft de hoteleigenaar dat de kamer maar 25 euro kost en hij geeft de piccolo de opdracht om de 5 euro die teveel was aangerekend terug aan de 3 mannen te bezorgen. Hij geeft de piccolo 1 muntstuk van 2 euro mee en 3 muntstukken van 1 euro. Nu beseft de piccolo dat hij 5 euro niet door 3 kan delen en hij besluit om het muntstuk van 2 EURO in zijn eigen zak te steken.

Boven aangekomen geeft hij de 3 mannen elk 1 euro.
3*9 euro (10 euro – 1 euro) = 27 euro en
27 euro + 2 euro (die de piccolo in z’n zak had gestoken) = 29 euro,
Waar is nu die resterende euro naartoe?

Slide 5 - Tekstslide

De mannen hebben de piccolo geen 27, maar 28 euro betaald voor de hotelkamer (los van de 2 euro). 25 + 3*1 = 28 –> 28+ 2 (van de picolo) = 30.

Slide 6 - Tekstslide

Verveel je, je nu? Doe een paar raadsels!
  • Een rijke sjeik ligt op sterven. Hij laat zijn twee zonen bij zich roepen. Hij zegt hen: "Spring op je paarden. De zoon wiens paard als laatste bij het zomerpaleis aankomt, zal alles erven!" De zonen weten zich hiermee geen raad en gaan naar een wijze oude man. Zij leggen hem hun probleem voor. De man denkt even na en fluistert dan iets in hun oren. Daarop rennen de twee broers weg, springen op de paarden en gaan er als gekken vandoor. Wat heeft de wijze oude man hun in het oor gefluisterd?
  • Ga op het paard van je broer zitten..

Slide 7 - Tekstslide

Verveel je, je nu? Doe een paar raadsels!
  • Een rijke sjeik ligt op sterven. Hij laat zijn twee zonen bij zich roepen. Hij zegt hen: "Spring op je paarden. De zoon wiens paard als laatste bij het zomerpaleis aankomt, zal alles erven!" De zonen weten zich hiermee geen raad en gaan naar een wijze oude man. Zij leggen hem hun probleem voor. De man denkt even na en fluistert dan iets in hun oren. Daarop rennen de twee broers weg, springen op de paarden en gaan er als gekken vandoor. Wat heeft de wijze oude man hun in het oor gefluisterd?
  • Ga op het paard van je broer zitten..

Slide 8 - Tekstslide

Raadsel
Twee vaders en twee zonen gaan uit vissen. Ze vangen ieder één vis en nemen deze mee naar huis. Ze verliezen geen vis, maar toch komen ze met maar 3 vissen thuis.

Hoe is dit mogelijk?

Slide 9 - Tekstslide

Raadsel
Twee vaders en twee zonen gaan uit vissen. Ze vangen ieder één vis en nemen deze mee naar huis. Ze verliezen geen vis, maar toch komen ze met maar 3 vissen thuis.

Hoe is dit mogelijk?
Er zijn maar 3 mensen: een opa, zijn zoon en zijn kleinzoon.

Slide 10 - Tekstslide

Raadsel
Een schip ligt aan de pier. Vanaf de reling van het schip hangt een touwladder naar beneden. De onderste tree van de touwladder raakt het water. De touwladder is 30 cm breed, 270 cm lang en elke tree is 1 cm dik zit 34 cm van een andere tree vandaan. Als het vloed wordt, stijgt het water met 15 cm per uur.

Hoe lang duurt het voordat het water de bovenste tree van de ladder raakt?

Slide 11 - Tekstslide

Raadsel
Een schip ligt aan de pier. Vanaf de reling van het schip hangt een touwladder naar beneden. De onderste tree van de touwladder raakt het water. De touwladder is 30 cm breed, 270 cm lang en elke tree is 1 cm dik zit 34 cm van een andere tree vandaan. Als het vloed wordt, stijgt het water met 15 cm per uur.

Hoe lang duurt het voordat het water de bovenste tree van de ladder raakt?
Het water zal de bovenste tree nooit aanraken omdat het schip met het tij mee zal stijgen.

Slide 12 - Tekstslide

Verveel je, je nu? Doe een paar raadsels!

       












    Slide 13 - Tekstslide

    Verveel je, je nu? Doe een paar raadsels!

         












      Slide 14 - Tekstslide

      Verveel je, je nu? Doe een paar raadsels!
        • Op de weg naar Henegouwen. Kwam ik een man tegen met zeven vrouwen. Iedere vrouw had zeven zakken Elke zak had zeven katten Elke kat had zeven poesjes. Poesjes, katten, zakken, vrouwen Hoeveel gingen er naar Henegouwen?
        • 1 iemand (de man die naar Henegouwen ging)






        Slide 15 - Tekstslide

        Slide 16 - Tekstslide

        Slide 17 - Tekstslide

        Slide 18 - Tekstslide

        Slide 19 - Tekstslide

        Slide 20 - Tekstslide

        Slide 21 - Tekstslide