Voornaamwoordelijk bijwoord
- Bestaat uit twee delen
Deel 1: bijwoorden (er, hier, waar, daar)
Deel 2: voorzetsel (in, aan, op, mee, naast, uit, van, etc.)
Wat zijn dit voor woorden dan?
erheen, hiernaartoe, waarop vanaf, waarmee, daaruit, ermee, daarvan, etc.