27 BTW Assurantiebel

Hoofdstuk 5
§ 5.4 Kosten en vergoedingen + Vaardigheden & competenties 3 (bij H3)
1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
Wft BasisMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 22 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 135 min

Onderdelen in deze les

Hoofdstuk 5
§ 5.4 Kosten en vergoedingen + Vaardigheden & competenties 3 (bij H3)

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen
  • Je weet wanneer BTW en assurantiebelasting in rekening gebracht moeten worden

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Provisieverbod
=
Klanten betalen zelf voor advies.
Kosten niet in productprijs.

Betalingsopties:
  • Abonnement (maandelijks).
  • Uurtarief (variabele fee).
  • Vaste tarief per traject (fixed fee).


    Fee = tarief

























Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Inducementnorm
In Europa bestaat een beperkende provisieregel.

Deze regel bepaalt dat de provisie passend moet zijn bij de inspanning voor de geleverde dienst (inducementnorm).

De beloning moet dus in verhouding staan tot het verrichte werk

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hans (49) gaat naar financieel adviseur X omdat hij vanaf 60 jaar minder wil gaan werken. Hij wil graag weten hoeveel geld hij moet gaan sparen/beleggen om vanaf zijn 60e tot zijn pensionering op 67 jaar voldoende inkomen te hebben.
De advieskosten zijn €2.000,00. Moet hierover BTW betaald worden?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kan ik niet zeggen, ik heb namelijk te weinig informatie

Slide 12 - Quizvraag

Het is van belang of er al dan niet een intentie tot bemiddeling is. En dat weet je hier niet.
Bemiddeling of intentie tot bemiddeling = geen BTW

Geen bemiddeling en ook nooit intentie geweest = BTW
Hans (49) gaat naar financieel adviseur X omdat hij een woning heeft gekocht en daarom advies wil hebben over een hypothecaire lening en hypothecaire lening vervolgens ook wil regelen.
De advieskosten zijn €1.500,00. Moet hierover BTW betaald worden?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kan ik niet zeggen, ik heb namelijk te weinig informatie

Slide 13 - Quizvraag

Het is van belang of er al dan niet een intentie tot bemiddeling is. En dat weet je hier niet.
Bemiddeling of intentie tot bemiddeling = geen BTW

Geen bemiddeling en ook nooit intentie geweest = BTW

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hans (49) gaat naar financieel adviseur X omdat hij een woning heeft gekocht en daarom een opstalverzekering wil regelen.
De jaarpremie is €200,00 voor deze verzekering
Moet hierover assurantiebelasting betaald worden?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kan ik niet zeggen, ik heb namelijk te weinig informatie

Slide 19 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hans (49) gaat naar financieel adviseur X omdat hij overlijdensrisicoverzekering wil regelen. Deze verzekering keert €150.000,00 uit als hij voor 1 januari 2039 overlijdt. De jaarpremie is €350,00 voor deze verzekering
Moet hierover assurantiebelasting betaald worden?
A
Ja
B
Nee
C
Dat kan ik niet zeggen, ik heb namelijk te weinig informatie

Slide 20 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag!
§ 5.4 Kosten en vergoedingen - vragen
Integrale casus 5
Toets hoofdstuk 5




Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies