U5 les 5

H1C
Jayson
Cédric
Denver
Sem
Dent
Arlain
Evi
Eva
Kiara
Kim
Iris
Alicia
Levi
Vinne
Elin
Fredrique
Kirsten
Jaivy
Suus
Elijah
Milan
Mats
Nathaniel
Docent
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

H1C
Jayson
Cédric
Denver
Sem
Dent
Arlain
Evi
Eva
Kiara
Kim
Iris
Alicia
Levi
Vinne
Elin
Fredrique
Kirsten
Jaivy
Suus
Elijah
Milan
Mats
Nathaniel
Docent

Slide 1 - Tekstslide

H1B
Nicole
Marly
Sienna
Alexandra
Darren
Giuliano
Delayla
Fienne
Maura
Colin
Lucas
Livia
Isha
Brent
Shreyas
Seraphine
Lindsey
Olivier
Kenzo
Lina
Yara
Julian
Joey
Bas
Docent

Slide 2 - Tekstslide

BONJOUR et BIENVENUE!
Bonjour
et 
bienvenue!!

Slide 3 - Tekstslide

le programme d'aujourd'hui

Focusleren (Apprendre 4, telwoorden  0-69 ) blz 70-73
- Sotje
-les devoirs écouter
-bijvoeglijk naamwoord 





Slide 4 - Tekstslide

Focusleren   
Apprendre 4-10 blz 70-73
Quizlet huiswerk van vandaag

timer
7:00

Slide 5 - Tekstslide

Etape numéro 1
de vorm en plaats van een bijvoeglijk naamwoord

Slide 6 - Tekstslide

Mercredi 28 mai
Les objectifs pour aujourd'hui :

- Jij kunt de vorm van een bijvoeglijk naamwoord aanpassen;
- Jij kunt de plaats van een bijvoeglijk naamwoord;






Slide 7 - Tekstslide

Un adjectif (een bijvoeglijk naamwoord) zegt iets over een zelfstandig naamwoord
Le (m) garçon est petit = de jongen is klein
La (v)fille est petite = het meisje is klein

Le jardin est petit = de tuin is klein
La maison est grande = het huis is groot

= Als het een vrouwelijk woord is, krijgt het bijvoeglijk naamwoord een extra - e.

 

Slide 8 - Tekstslide

Unité 5 - de vorm van het bijvoeglijk naamwoord
Wat is het bijvoeglijk naamwoord?
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets over het zelfstandig naamwoord (= personen en dingen).
Het bijvoeglijk naamwoord in het Frans past zich aan, aan het zelfstandig naamwoord.




BV: Bram is klein                            -Bram est petit
        Marie is klein                           - Marie est petite
       Bram et Youp zijn klein        - Bram et Youp sont petits
       Marie et Laila zijn klein       - Marie et Laila sont petites

Slide 9 - Tekstslide

Unité 5 - het bijvoeglijk naamwoord
Let op:
Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een –e? Dan krijg je geen extra –e bij vrouwelijke woorden enkelvoud!
BV: La voiture est rouge en niet rougee

Eindigt het bijvoeglijk naamwoord op een –s? Dan krijg je geen extra –s bij mannelijke woorden meervoud!
BV: Les pantalons sont gris en niet griss

Slide 10 - Tekstslide

Une robe est :
A
bleu
B
bleue
C
bleus
D
bleues

Slide 11 - Quizvraag

Une chaussette est :
A
vert
B
verte
C
verts
D
vertes

Slide 12 - Quizvraag

Des chaussures sont :
A
noir
B
noire
C
noirs
D
noires

Slide 13 - Quizvraag

Un pantalon jaune. Des robes...
A
jaune
B
jauns
C
jaunes
D
jaunees

Slide 14 - Quizvraag

Unité 5 -  het bijvoeglijk naamwoord
De plaats van het bijvoeglijk naamwoord:
1. het bijvoeglijk naamwoord komt ACHTER het zelfstandig naamwoord
BV: Ma mère porte une jupe verte 

2. Onderstaande bijvoeglijk naamwoorden komen VOOR het znw:
     Joli                                 mooi, leuk                          petit                          klein 
     grand                            groot                                    bon, bonne            goed, lekker 
     nouveau, nouvelle   nieuw                                  vieux, vieille           oud 
BV: Mon père a acheté un nouveau pantalon 
 


Slide 15 - Tekstslide

Unité 5 - : het bijvoeglijk naamwoord
UITZONDERING
De volgende woorden krijgen geen extra –e bij vrouwelijk enkelvoud. Deze woorden veranderen helemaal.


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Link

Quelle est la phrase correcte ?
Elle a un pull gris
Elle a un gris pull

Slide 18 - Poll

Zelfstandig werken
Ouvre ton livre page 58.
Lis la grammaire et fais les exercices 16A t/m E pages 58-60
Klaar leer apprendre 1 t/m 5 + 10

Une question ? Lève la main !

J
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide