In deze les zitten 10 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Onderdelen in deze les
Nierstenen
Slide 1 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Leerdoelen
Aan het einde van de les kun je uitleggen hoe nierstenen ontstaan. Aan het einde van de les kun je de symptomen van nierstenen herkennen. Aan het einde van de les kun je manieren benoemen om nierstenen te voorkomen.
Slide 2 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Wat weet je al over nierstenen?
Slide 3 - Woordweb
Deze slide heeft geen instructies
Oorzaken en risicofactoren
Onvoldoende vochtinname. Rijk dieet aan eiwitten, zout en suiker. Genetische aanleg. Urineweginfecties. Overgewicht.
Slide 4 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Symptomen van nierstenen
Hevige pijn in de zij of onderrug. Pijn uitstralend naar onderbuik en lies. Bloed in de urine. Misselijkheid en braken. Frequent urineren.
Slide 5 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Preventieve maatregelen
Voldoende water drinken. Gezond dieet volgen. Matig consumeren van voedingsmiddelen rijk aan oxalaten.
Slide 6 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Definities
Nierstenen: Kleine, harde afzettingen die zich in de nieren vormen door kristallisatie van mineralen en zouten. Urineweginfecties: Herhaalde infecties die kunnen leiden tot de vorming van struvietstenen. Struvietstenen: Een type niersteen dat kan ontstaan door urineweginfecties.
Slide 7 - Tekstslide
Deze slide heeft geen instructies
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 8 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 9 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 10 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.