4.4 sociaal gedrag

4.4  Samen leven
1 / 25
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 7 videos.

Onderdelen in deze les

4.4  Samen leven

Slide 1 - Tekstslide


De rode kleur in de bek van het koekoeksjong is een ... voor de heggenmus om het koekoeksjong te voeren.
A
sleutelprikkel
B
signaal
C
prikkel
D
supranormale prikkel

Slide 2 - Quizvraag

Slide 3 - Video

4.4 Samen leven
Omgaan met soortgenoten is Sociaal gedrag. Of het nou gaat om paren, vechten of elkaar voedsel brengen.

Er zijn grofweg 3 soorten sociaal gedrag:
  • Territorium gedrag
  • Voortplantingsgedrag
  • Groepsgedrag

Slide 4 - Tekstslide

Territorium gedrag

Gedrag met als functie het afbakenen van een gebied (territorium) en het verdedigen ervan tegen binnendringende soortgenoten. Afbakenen met geur of geluid.

Het territorium moet zo groot zijn dat het de groep kan voeden.

Slide 5 - Tekstslide

territorium
Een gebied waarin een dier of groep dieren leeft (bijv. een roedel wolven)
Doel: 
voedselaanbod, nestgelegenheid

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Video

Afbakenen met geurvlaggen

Slide 8 - Tekstslide

Territorium verdedigen
Als grenzen onduidelijk zijn, krijg je mogelijk indringers in je territorium. Dat wordt knokken.

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Video

territorium gedrag
Aanvalsgedrag: Ter verdediging van eigen territorium
Vluchtgedrag: Vaak vlucht de uitdager, of de verliezer van het gevecht
Dreiggedrag: gedrag dat dieren vaan laten zien bij de grens van een territorium

Slide 11 - Tekstslide

vechten of vluchten?
Dieren in het wild die in een gevecht gewond raken overleven dat vaak niet; het is verstandiger te vluchten .
Daarom blijft het vaak bij dreigen.

Slide 12 - Tekstslide

Overspronggedrag
Wanneer dieren in geval van een ruzie geen vlucht-, dreig- of aanvalsgedrag laten zien, maar iets heel anders. Noemen we dit oversprong gedrag.

Voorbeeld: Een hond gaat zich krabben en vlucht.

Slide 13 - Tekstslide

Voortplantingsgedrag
Voortplantingsgedrag is gedrag dat te maken heeft met voortplanting.Bijvoorbeeld:
  • baltsgedrag
  • broedzorg
  • de paring

Slide 14 - Tekstslide

baltsgedrag: "versier"gedrag van dieren  


* vaak overdreven signalen
* in dezelfde stemming komen      om te paren

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Slide 17 - Video

Slide 18 - Video

Broedzorg
Na de paringsdans (balts) komt
het paren. Na het paren, komen
er jongen. Het uitbroeden van of
grootbrengen van de jongen, heet 
broedzorg.

Slide 19 - Tekstslide

Mamma krokodil  brengt de net uit het ei gekomen kinderen naar het water 
Het jong van de koningspinguin blijft warm tussen de poten van pappa of mamma pinguin

Slide 20 - Tekstslide

Groepsgedrag
Dieren die in groepen leven hebben meestal een rangorde en een taakverdeling​.
Een duidelijke rangorde geeft rust in de groep, de verhoudingen zijn duidelijk.​
Grotere overlevingskansen voor elk individu in de groep

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

bijenkolonie
Elke soort honingbij heeft een andere taak. . . .​​
De koningin : Zij heeft in haar hele leven maar 1 taak namelijk ​eitjes leggen.​​
De darren :Zij hebben niet zoveel werk. Zij moet de koningin bevruchten ​en zo zorgen zij ervoor dat de koningin eitjes kan leggen.​​
De werkbijen : ​Zij moeten veel taken doen. ​
Als ze geboren worden moeten ze meteen de cellen poetsen. Ze moeten dat doen zodat ze proper zijn voor de nieuwe eitjes.​
Als tweede taak moeten ze de larven voederen.​
Ten derde moeten ze de koningin verzorgen en voederen.​
Als vierde taak nemen ze het stuifmeel en de nectar aan van de bijen die het gaan halen zijn. Dit gaan ze verwerken tot honing.​
Ten vijfde bouwen ze nieuwe cellen.​
De voorlaatste taak is het verdedigen van haar kast tegen indringers.​
De laatste taak is het zelf halen van nectar en stuifmeel














Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Video

Dit is een voorbeeld van
A
dreiggedrag
B
overspronggedrag
C
baltsgedrag
D
sociaal gedrag

Slide 25 - Quizvraag