1.1 Les 1

Historisch Overzicht 
vanaf 1848



Nederland van 1848 tot 1914
1. Een nieuwe grondwet
1 / 20
volgende
Slide 1: Tekstslide
geschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 4

In deze les zitten 20 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Historisch Overzicht 
vanaf 1848



Nederland van 1848 tot 1914
1. Een nieuwe grondwet

Slide 1 - Tekstslide

Boek
We lezen samen de intro op hoofdstuk 1: blz 6

Slide 2 - Tekstslide


Wat is staatsinrichting?


  • Staatsinrichting is de wijze waarop de staat, zijn regering en zijn bestuur zijn ingericht

  • Bij geschiedenis leer je vooral hoe dit in Nederland is ontstaan;
  • Bij maatschappijleer leer je vooral hoe dit in Nederland werkt

Slide 3 - Tekstslide


Revolutiejaar 
1848



  • De ‘erfgenamen van de Franse Revolutie’, de Liberalen, komen tot de conclusie: "Alles is weer hetzelfde als vóór de Franse Revolutie!"
  • Overal zitten er weer koningen op de Europese tronen en ondanks 'een grondwet' is er maar weinig democratie.

Slide 4 - Tekstslide

1840-1849: 
Koning Willem II
  • Conservatief: geen ruimte voor veranderingen

  • Regeert, min of meer, als absolute vorst

  • Moet niets weten van democratie

  • Moeizame relatie met zijn vader

Slide 5 - Tekstslide


Paniek bij de vorsten
in heel Europa!



Liberalen willen inspraak: wel belasting betalen, maar geen inspraak!
Ook in Den Haag...
...koning Willem II wordt 'in één nacht' liberaal

Slide 6 - Tekstslide

Lees met elkaar:
Wie was Johan THorbecke?
Wie waren Willem II en Willem III

Slide 7 - Tekstslide

Gevolgen (1)
  • De leider van de Nederlandse Liberalen: Johan Rudolf Thorbecke maakt een nieuwe grondwet:

  1. Koning is onschendbaar
  2. Ministeriële verantwoordelijkheid

  • Dit betekent: de ministers zijn verantwoordelijk voor de daden van de regering (ook: voor de daden van de koning)

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Link

Gevolgen (2)
  • Parlementaire democratie (=parlement heeft het laatste woord)

  • Constitutionele monarchie (=koning moet zich aan de grondwet houden)

  • Verandering van het parlementaire stelsel ("Hoe wordt het parlement gekozen?", "Wie heeft welke macht?")

Slide 11 - Tekstslide


Nieuwe Grondwet
1848

Slide 12 - Tekstslide

Trias Politica
  • Belangrijk onderdeel van een parlementaire democratie

  • Verdeling van de macht in het land in drie machten

  • Bedacht in Frankrijk in 18e eeuw, toen de koning alle macht(en) had.

  • Iemand kan maar bij één van de drie machten horen.

Slide 13 - Tekstslide

Trias Politica
(Driemachtenleer)











Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Video


Hoe zag het bestuur 
van Nederland er 
vanaf 1848 uit?

Zelf schema overnemen...


Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide


Grondrechten



  • Grondrechten staan Hoofdstuk 1 van de Grondwet (van 1983)
  • Het belangrijkste onderdeel, het anti-discriminatie-artikel, is Artikel 1
  • Ze zijn bedacht in een tijd dat grondrechten niet vanzelfsprekend waren.
  • Er wordt een onderscheid gemaakt in Klassieke- en Sociale grondrechten

Slide 18 - Tekstslide


Klassieke grondrechten


  • Beschermen ons tegen de overheid 
  • Geven ons rechten tegen een te machtige overheid

  • Staan sinds 1848 in de Grondwet 
  • Klassiek betekent: 'iets van vroeger, maar niet verouderd'

Slide 19 - Tekstslide


bijvoorbeeld:
  • Vrijheid van godsdienst
  • Vrijheid van meningsuiting/ vrijheid van drukpers

Thorbecke voegde eraan toe:
  • Vrijheid van onderwijs
  • Vrijheid van vereniging en vergadering

Slide 20 - Tekstslide