Les 1 Taalontwikkeling en verwerving b

Taalontwikkeling en verwerving b
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
Pedagogisch werkMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 5 min

Onderdelen in deze les

Taalontwikkeling en verwerving b

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Instaptoets 
Taalontwikkeling en verwerving

Slide 6 - Tekstslide

Wat wordt bedoeld met je woordenschat?
A
Het aantal woorden die je kent inclusief de juiste betekenis.
B
De manier waarop je de woorden uitspreekt.
C
De manier waarop je je woorden gebruikt.
D
Het aantal woorden dat je gebruikt in een zin.

Slide 7 - Quizvraag

Op welke leeftijd is het makkelijker om een vreemde taal te leren?
A
Wanneer je boven de 65 jaar bent.
B
Wanneer je pas net leert praten, tussen 1 en 2 jaar.
C
Op alle leeftijden.
D
Kinderen van 0 tot 6 jaar zijn extra gevoelig voor het aanleren van een taal.

Slide 8 - Quizvraag

Wat is een ander woord voor fonetische ontwikkeling?
A
Klankontwikkeling.
B
Ontwikkeling van geschreven taal.
C
Ontwikkeling van gesproken taal.
D
Ontwikkeling van de woordenschat.

Slide 9 - Quizvraag

Wat wordt bedoeld met schriftelijke taalontwikkeling?
A
Het leren schrijven.
B
Het leren van spelling en grammatica.
C
Het leren lezen èn schrijven.
D
Het leren lezen.

Slide 10 - Quizvraag

Welke kinderen lopen de kans op het ontwikkelen van een taalachterstand?
A
Wanneer het kind blind is.
B
Wanneer het kind blind of doof is.
C
Wanneer het kind thuis of op school niet wordt voorgelezen.
D
Wanneer het kind doof is.

Slide 11 - Quizvraag

Elke week sluiten we af met een stukje voorlezen

wie gaat wanneer (4/5 per keer) 

Slide 12 - Tekstslide

Les 1
Les 2
Les 3
les 4
Les 5
Les 6
les 7
Wie leest er wanneer voor?

Slide 13 - Tekstslide