Leerjaar 2 Herhaling Lezen (jaar 1)

1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Weet je het nog?
 Tussenkopje, deelonderwerp, onderwerp, tekstdoel, hoofdgedachte

Slide 2 - Tekstslide

Wat is een tussenkopje?
A
Een alinea
B
Een titel van een alinea
C
De titel
D
De bron

Slide 3 - Quizvraag

Wat is NIET waar?
Een alinea....
A
..begint altijd op een nieuwe regel.
B
....springt soms bij de eerste regel een beetje in.
C
......gaat over een deel van het onderwerp.
D
.....heeft altijd een tussenkopje.

Slide 4 - Quizvraag

Wat is een deelonderwerp?
A
Een onderwerp van een tekst
B
De titel
C
Een onderwerp van een alinea
D
De schrijver van een tekst

Slide 5 - Quizvraag

Wat is volgens jou een 'hoofdgedachte'?

Slide 6 - Open vraag

Theorie (hoofdgedachte)
Hoofdgedachte = het belangrijkste wat de schrijver over het onderwerp zegt in één volledige zin.

Zo vind je een hoofdgedachte:
1. Zoek het onderwerp.
2. Wat is het belangrijkste wat er over het onderwerp gezegd wordt?  Antwoord in één zin. Vaak vind je de hoofdgedachte in de laatste alinea.


Slide 7 - Tekstslide

Theorie (hoofdgedachte)

Waar kan de hoofdgedachte in de tekst staan?

- inleiding
- slot
(- titel)

Vaak staat de hoofdgedachte er letterlijk in, maar soms moet je de hoofdgedachte zelf formuleren.

Slide 8 - Tekstslide

Wat is de juiste vorm van het onderwerp?
A
Een volledige zin
B
Eén of een paar woorden
C
Eén werkwoord
D
Slechts één woord

Slide 9 - Quizvraag

Wat is de juiste vorm van de hoofdgedachte?
A
Een volledige zin
B
Eén of een paar woorden
C
Meerdere zinnen
D
Slechts één woord

Slide 10 - Quizvraag

Wat is het juiste tekstdoel?
A
activeren
B
informeren
C
amuseren
D
overtuigen

Slide 11 - Quizvraag

Wat is het juiste tekstdoel?
A
activeren
B
informeren
C
amuseren
D
overtuigen

Slide 12 - Quizvraag

Wat is het juiste tekstdoel?
A
activeren
B
informeren
C
amuseren
D
overtuigen

Slide 13 - Quizvraag