paragraaf 2.1 systeem aarde (gesteentecyclus)

Lesdoelen:
  •  Je weet welke groepen gesteenten er zijn en hoe ze zijn ontstaan.

  • Je kunt voorbeelden noemen van verschillende soorten gesteente.

  • Je kunt een gesteente herkennen van een foto of in het echt (practicum).

  •  Je kunt omzettingsreeksen noemen van sedimentgesteente naar metamorf gesteente.

1 / 22
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 5

In deze les zitten 22 slides, met tekstslides en 2 videos.

Onderdelen in deze les

Lesdoelen:
  •  Je weet welke groepen gesteenten er zijn en hoe ze zijn ontstaan.

  • Je kunt voorbeelden noemen van verschillende soorten gesteente.

  • Je kunt een gesteente herkennen van een foto of in het echt (practicum).

  •  Je kunt omzettingsreeksen noemen van sedimentgesteente naar metamorf gesteente.

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Hoe wordt gesteente gevormd?
stollen: door stolling van magma, stollingsgesteente

sedimentair: door afzetting van verweringsmateriaal of skeletten van zeeorganismen, afzettingsgesteente.

Metamorfose: door omvorming van bestaand gesteente onder invloed van hoge druk en temperatuur, metamorf gesteente

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Video

Gesteenteprakticum
leerdoelen:
  • Je kunt de kenmerken van stenen beschrijven.
  • Je kunt op basis van de kenmerken van een steen zeggen tot welk type gesteente het behoort.
  • Je kunt uitleggen hoe de kenmerken van de stenen iets vertellen over de ontstaanswijze.

Slide 17 - Tekstslide

Opdracht:


Sorteer de stenen uit een bak op basis van onstaanswijze.

Sorteer binnen de hoofdtypen subgroepen.

Zet het nummer van de steen in het schema bij de juiste steen.

Slide 18 - Tekstslide

Opgave 3
a A = metamorf gesteente
 B = sedimentgesteente
 C = stollingsgesteente
b 1 = smelten
 2 = afkoelen
 3 = verwering + erosie + afzetting
 4 = sedimenten
 5 = samendrukken
 6 = hitte en druk
c W2 is een te eenvoudige weergave van de gesteentekringloop. er zijn ook dwarsverbanden

Slide 19 - Tekstslide

Opgave 4

Slide 20 - Tekstslide

Hydrologische kringloop-gesteentekringloop-tektonische kringloop

Slide 21 - Tekstslide

Opgave 7b en 7c
7b. Er is sprake van systeem aarde omdat veranderingen binnen de ene kringloop gevolgen hebben op de andere kringloop.
7c. 1=divergentie, 2=verdamping/condensatie, 3=stollingsgesteente, 4=neerslag, 5=subductie, 6=verwering

Slide 22 - Tekstslide