FP 18 Hart- en vaatziekten Hartfalen

H18 Hart- en vaatziekten
Aandoeningen van het hart
Hartfalen
1 / 80
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeneeskundeMBOStudiejaar 2

In deze les zitten 80 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

Onderdelen in deze les

H18 Hart- en vaatziekten
Aandoeningen van het hart
Hartfalen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Afspraken BSP les
Op tijd in de les zijn
Lesmateriaal meenemen
Opdrachten gemaakt
Mobiel in de tas
Tas op de grond
Geen oortjes in

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vragen

Hebben jullie vragen over de vorige les?

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat gaan we deze les behandelen?


Wat is hartfalen?
Hoe wordt hartfalen behandeld?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les
Uitleg kunnen geven over het ziektebeeld hartfalen
Leefregels kunnen benoemen

Geneesmiddelen(groepen)  bij hartfalen 
kunnen benoemen en uitleggen 

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eerst even herhalen...

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welk geneesmiddel verlaagt de bloeddruk door het actiedeel van het autonome zenuwstelsel te remmen?
A
Atenolol
B
Chloortalidon
C
Furosemide
D
Triamtereen

Slide 7 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een bijwerking van diuretica?

A
Duizeligheid
B
Calciumtekort
C
Koude handen en voeten
D
Moeheid

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk geneesmiddelen verlagen de bloeddruk door meer uitscheiding van water en zouten?
A
Atenolol
B
Chloortalidon
C
Furosemide
D
Triamtereen

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Metoprolol?
A
ACE-remmers
B
Beta-sympaticolytica
C
Calciumantagonisten
D
Diuretica

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Lisinopril?
A
Beta-sympaticolytica
B
Calciumantagonisten
C
Diuretica
D
RAS-remmers

Slide 11 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Hydrochloorthiazide?
A
ACE-remmers
B
Beta-sympaticolytica
C
Lisdiureticum
D
Thiazidediuretica

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Losartan?
A
ACE-remmers
B
Angiotensine 2 antagonist
C
Beta-sympaticolytica
D
Diuretica

Slide 13 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Farmacotherapie

Hoofdstuk 18
Hart- en vaatziekten
H18.2 Hartfalen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Welke symptomen kan iemand hebben met hartfalen?

Slide 16 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke geneesmiddelen worden gebruikt bij hartfalen?

Slide 17 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke leefstijladviezen zijn belangrijk bij hartfalen?

Slide 18 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Behandeling Hartfalen
       Eerste keuze: 
  • RAS-remmers   
  • Diuretica

  • Beta-sympaticolytica

  • Digoxine

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werkt een RAS remmer bij hartfalen?

Slide 36 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Renine- Angiotensine Systeem (RAS)

Slide 39 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

RAS-remmers

- ACE-remmers

- Angiotensine-II antagonisten / 
  Angiotensien receptor blokkers


Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

ACE-remmers: eindigen op -pril; enalapril, ramipril
AT-2 antagonisten: eindigen op -sartan; valsartan, losartan
Bijwerking: te hoog kalium, prikkelhoest (ACE-r), hypotensie

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 44 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 45 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 47 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 48 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werkt een diureticum bij hartfalen?

Slide 49 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 50 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 51 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 52 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 53 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Hoe werkt een beta-blokker bij hartfalen?

Slide 54 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 55 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 56 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 57 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 58 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 59 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 60 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 61 - Tekstslide

Diuretica: bevorderen afscheiding water, natrium en chloride in nieren. 
Bètablokkers: remmen de werking van de sympathicus op het hart en de vaten
Digoxine: vergroot de kracht van de hartslag.  Bindt selectief aan hartspier → cumulatie.  Smalle therapeutische breedte

Slide 62 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 63 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 64 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Digoxine?
A
ACE-remmers
B
Beta-sympaticolytica
C
Diuretica
D
Hartglycosiden

Slide 65 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk geneesmiddelen versterkt de pompkracht van het hart bij hartfalen?
A
Atenolol
B
Digoxine
C
Triamtereen
D
Enalapril

Slide 66 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Furosemide?
A
ACE-remmers
B
Beta-sympaticolytica
C
Lisdiuretica
D
Thiazidediuretica

Slide 67 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke symptomen kunnen wijzen op hartfalen?
A
Benauwdheid
B
Enkeloedeem
C
Vermoeidheid
D
Alle antwoorden zijn goed

Slide 68 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk geneesmiddel vermindert de klachten bij hartfalen door krachtig uitscheiding van water en zouten?
A
Atenolol
B
Chloortalidon
C
Furosemide
D
Triamtereen

Slide 69 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een belangrijke bijwerking van de lisdiuretica?

A
Afvallen
B
Kaliumtekort
C
Koude handen en voeten
D
Moeheid

Slide 70 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk geneesmiddel verlaagt bij hartfalen vooral de weerstand voor het hart door bloedvatverwijding en meer uitscheiding van water en zouten?
A
Atenolol
B
Digoxine
C
Triamtereen
D
Enalapril

Slide 71 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke groep geneesmiddelen zijn eerste keuze bij de behandeling van hartfalen?
A
Beta-blokkers
B
Diuretica
C
Hartglycosiden
D
RAS-remmers

Slide 72 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Metoprolol?
A
ACE-remmers
B
Beta-sympaticolytica
C
Calciumantagonisten
D
Diuretica

Slide 73 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Hydrochloorthiazide?
A
ACE-remmers
B
Beta-sympaticolytica
C
Lisdiureticum
D
Thiazidediuretica

Slide 74 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Losartan?
A
ACE-remmers
B
Angiotensine 2 antagonist
C
Beta-sympaticolytica
D
Diuretica

Slide 75 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welk geneesmiddelen verlagen de hartslag en de weerstand in het hart bij hartfalen?
A
Atenolol
B
Digoxine
C
Triamtereen
D
Enalapril

Slide 76 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Tot welke groep geneesmiddelen hoort het middel Bumetanide?
A
ACE-remmers
B
Beta-sympaticolytica
C
Lisdiuretica
D
Thiazidediuretica

Slide 77 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke groep geneesmiddelen worden bij hartfalen voorgeschreven als de patiënt ook boezemfibrilleren heeft?
A
ACE-remmers
B
Beta-blokkers
C
Diuretica
D
Hartglycosiden

Slide 78 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Doel van de les
Uitleg kunnen geven over het ziektebeeld hartfalen
Leefregels kunnen benoemen

Geneesmiddelen(groepen)  bij hartfalen 
kunnen benoemen en uitleggen 

Slide 79 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is het leerdoel behaald?
Waarom wel / niet?

Slide 80 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies