Les 1BK 6 januari 2021


In de volgende dia's is het de bedoeling dat je antwoorden invult. De antwoorden worden automatisch nagekeken. Ik kan dan zien of je het moeilijk of juist makkelijk vindt om de opdrachten te maken. 
Succes!
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 1

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les


In de volgende dia's is het de bedoeling dat je antwoorden invult. De antwoorden worden automatisch nagekeken. Ik kan dan zien of je het moeilijk of juist makkelijk vindt om de opdrachten te maken. 
Succes!

Slide 1 - Tekstslide

De persoonsvorm vinden in de zin.

Slide 2 - Tekstslide

Schrijf de persoonsvorm uit deze zin op:
Ons huis stond op de voorkant van het dagblad.

Slide 3 - Open vraag

Schrijf de persoonsvorm uit deze zin op:
Het handschrift van Job lijkt op dat van een basisschoolleerling.

Slide 4 - Open vraag

Schrijf de persoonsvorm uit deze zin op:
Heeft Noëlla nu alweer haar sporttas in de kantine laten liggen?

Slide 5 - Open vraag

Schrijf de persoonsvorm uit deze zin op:
Na de stortbui moesten Lotte en Jalima zich omkleden.

Slide 6 - Open vraag

Schrijf de persoonsvorm uit deze zin op:
Mijn nichtje had een klein rolletje in de serie Spangas.

Slide 7 - Open vraag

Schrijf de persoonsvorm uit deze zin op:
Morgen gaat Henriëtte haar slaapkamer opruimen.

Slide 8 - Open vraag

De ik-vorm van het werkwoord

Slide 9 - Tekstslide

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord tussen haakjes op:
Als verrassing (koken) ik vandaag voor mijn vriendinnen.

Slide 10 - Open vraag

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord tussen haakjes op:
Ik (geven) elke maand enkele euro's aan goede doelen.

Slide 11 - Open vraag

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord tussen haakjes op:
(Verdienen) je veel geld met het rondbrengen van folders?

Slide 12 - Open vraag

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord tussen haakjes op:
Ik (zakken) voor mijn type-examen als ik niet (oefenen) vandaag.

Slide 13 - Open vraag

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord tussen haakjes op:
(Bepalen) jij welk cadeau we kopen voor Joost?

Slide 14 - Open vraag

Schrijf de ik-vorm van het werkwoord tussen haakjes op:
Morgen (wijzen) ik je de plek waar de nieuwe wielerbaan komt.

Slide 15 - Open vraag

Deze opdrachten waren onderdeel van de les. Je kunt nu verder met het maken van je huiswerk, maar dat kun je ook later in de week doen.
Het huiswerk staat ook in Magister: opdracht 1, 2, 3, 4* en 5 van spelling.

Zeg gedag in Teams via de chat of via de microfoon. Daarna kun je de les verlaten.

Slide 16 - Tekstslide