Les ridderromans 4 Havo

Ridderromans
Leerdoelen

- Ik kan Karelepiek van hoofse romans onderscheiden en kan de verschillen hiertussen benoemen
- Ik kan kort en bondig vertellen wat de kenmerken van een arturroman zijn

1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Ridderromans
Leerdoelen

- Ik kan Karelepiek van hoofse romans onderscheiden en kan de verschillen hiertussen benoemen
- Ik kan kort en bondig vertellen wat de kenmerken van een arturroman zijn

Slide 1 - Tekstslide

Wat zijn ook alweer kenmerken van Karelepiek?

Slide 2 - Woordweb

Waar denken jullie aan bij ridderverhalen?

Slide 3 - Woordweb

Karelepiek

- Karel de Grote of zijn vazallen staan centraal
- Orale verteltraditie
- Verheerlijking van strijd en brute kracht
- Vrouw is totaal ondergeschikt aan de man, de liefde vormt geen motief in deze verhalen
- Karel staat onder speciale bescherming van God
- Stof gaat terug op historische feiten
- Thematiek beperkt zich tot de feodale verhoudingen en ridderlijke roman

Arturromans

- Verhalen spelen vaak rondom de figuur Koning Arthur en zijn ridders
- Niet gebaseerd op historische feiten
- Minder bewondering voor brute kracht (opkomst van het doetje)
- Verering van de vrouw
- Hoofse liefde

Bekende voorbeelden: De jeeste van Walewein en het schaakbord, Floris en de Blancefloer, Ferguut

Slide 4 - Tekstslide

Arturromans
Arturromans zijn hoofse romans waarin:
- De geliefde centraal staat, hierdoor wordt de ridder geinspireeerd 
- Ridders van koning Arthur gaan op avontuur: een queeste
- Avonturen bevatten reuzen, draken, dwergen, onthoofse ridders

Slide 5 - Tekstslide

Kenmerken van een ridder

- Nobel, hoofs, goed gemanierd
- Moedig/dapper
- Beroemd on hun heldhaftige daden
- Riskeert zijn leven voor een vrouw en ziet dit als zijn missie

Slide 6 - Tekstslide

Fragment uit 
De Roman van Walewein
Aan de overzijde zag hij een ridder geheel in het rood gekleed die reed op een zeer groot paard; rood waren zijn schild en zijn banier en hij droeg een rode wapenrusting. Te oordelen naar zijn gelaatstrekken en zijn manier van doen was hij een wreed en hardvochtig man. Aan zijn zijde reed een jonkvrouw, prachtig gekleed in kleren van groene zijde. Twee vlechten van goudblond haar hingen over haar schouders tot op haar zadelboog, maar het haar was half uitgetrokken en in grote wanorde. De rode ridder die zeer op haar vertoornd was, had ze uitgetrokken, haar kleren gescheurd en haar mooie lichaam en leden half ontbloot. In zijn hand had hij een gesel, gemaakt van negen sterke riemen, waarmee hij de jonkvrouw grote striemen in haar gezicht toebracht. Hij had haar al zo vaak en zo hard geslagen dat haar hele hals en boezem onder het bloed zaten. Ze riep: 'Heb medelijden met mij, heer, verlos mij van de misdaden die deze man aan mij onverdiend begaat. O, als iemand die nog in God geloofde mij hieruit zou bevrijden, dan zou ik zijn dienares zijn. Want deze man laat mij in grote ellende leven.' Heer Walewein riep terug: 'Wrede ridder, als wij ooit elkaar onder vier ogen zouden spreken, zou u er weinig genoegen aan beleven dat u deze schone jonkvrouw in zo'n verdriet doet leven. Helaas is dat nu wat moeilijk.' Want waar Walewein ook keek, nergens zag hij een brug of een of andere plaats waar iemand de rivier zou kunnen oversteken. 


Slide 7 - Tekstslide

Fragment uit De Roman van Walewein
Het geweeklaag van de jonkvrouw deed Walewein zo'n pijn dat hij 't niet langer kon verdragen. Ook kon hij niet langer aanzien hoe zij keer op keer geslagen werd. Met kracht wendde hij de teugel, keerde zijn paard naar de rivier en liet het zo hard lopen als het kon. Gringolettes hoeven teisterden de oever, het paard sprong tot over het midden van de rivier en zwom verder naar de andere oever. Heer Walewein steeg af, droogde zijn paard af met de slip van zijn mantel en bracht alles aan het gerei weer in orde.


Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Video

Noem vier kenmerken van ridderromans die je in deze parodie herkent

Slide 10 - Open vraag

In arturromans staat centraal:
De groepstrouw
Het ontdekken van de identiteit van het individu
God
Brute kracht en strijd

Slide 11 - Poll

Wat is geen kenmerk van een ridder?
A
Hoofsheid
B
Wraaklustigheid
C
Dapperheid
D
Befaamdheid

Slide 12 - Quizvraag

Waar en wanneer spelen de verhalen zich af?
A
In het kasteel van Artur omstreeks 1600
B
In een bos in Engeland omstreeks 1350
C
'Ergens in een land/tijd..'
D
In Schotland, in verschillende tijden

Slide 13 - Quizvraag

Wat is jouw persoonlijke leerdoel?

Slide 14 - Woordweb