,

H7 - Wie heeft het voor het zeggen?

H7 - Wie heeft het voor het zeggen?
1 / 19
volgende
Slide 1: Tekstslide
EconomieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 19 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 70 min

Onderdelen in deze les

H7 - Wie heeft het voor het zeggen?

Slide 1 - Tekstslide

3 lagen van de overheid 
De overheid bestaat uit 3 lagen: 
  1. Het Rijk 
  2. De provincie
  3. De gemeente 

Slide 2 - Tekstslide

Collectieve Goederen
Collectieve goederen worden door de overheid gemaakt en zijn voor iedereen beschikbaar.
  • Politie.
  • Brandweer.
  • Leger.
  • Zorg.
  • Infrastructuur.

Slide 3 - Tekstslide

Accijns en subsidie
Wil de overheid iets afremmen?


Wil de overheid iets stimuleren?
Accijns
Subsidie

Slide 4 - Tekstslide

Sociale zekerheid
Sociale zekerheid

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Video

Slide 7 - Video

Wie werkt voor de overheid?
A
wethouder
B
advocaat
C
verkoper
D
loodgieter

Slide 8 - Quizvraag

Vraag 10:
Accijns
Subsidie
Dit ontvang je van de overheid
Dit betaal je via de winkelier aan de overheid
Stimuleert mensen om iets te kopen
Het doel is dat zo min mogelijk mensen deze producten kopen.
Sigaretten
Alcohol
Diesel en benzine
Het isoleren van je huis
Museumbezoek
Een vast bedrag per eenheid die je koopt

Slide 9 - Sleepvraag

Wordt dit betaald door de overheid?
Ja
Nee
Kinderbijslag
Het Leger
Het winkelcentrum
De sportvereniging?
De trein
Uitkeringen
De bios

Slide 10 - Sleepvraag

Solidariteitsbeginsel

Slide 11 - Tekstslide

Solidariteitsbeginsel

Slide 12 - Tekstslide

inkomsten overheid
  • belastinginkomsten
  • niet-belastinginkomsten

Slide 13 - Tekstslide

Directe en indirecte belastingen

Slide 14 - Tekstslide

Directe belasting
Indirecte belasting
Andere inkomsten

Slide 15 - Sleepvraag

Draagkrachtbeginsel
Draagkrachtbeginsel ‘de sterkste dragen de zwaarste lasten’.
   
→ mensen met meer inkomsten betalen meer.

progressieve belasting → draagkrachtbeginsel

Slide 16 - Tekstslide

Profijtbeginsel 
Profijtbeginsel
  • Je betaalt als je ergens gebruik van maakt
  • Voorbeeld: motorrijtuigenbelasting of paspoort of id kaart.

Slide 17 - Tekstslide

Draagkrachtbeginsel
Solidariteitsbeginsel
Profijtbeginsel
Wie het meest verdient, betaalt het meest
Wie gebruik maakt van iets, betaalt daarvoor
De sterkeren zorgen voor de zwakkeren
Motorrijtuigen-belasting
Loonbelasting
Sociale zekerheden

Slide 18 - Sleepvraag

Wat ga je doen?
* maak de examentraining op blz. 214 en kijk het goed na
* maak de oefentoets online en kijk goed na

Slide 19 - Tekstslide