Thema 6 B 5 en 6

Programma
Herhaling vorige les
huiswerk bespreken lastige opgaven
B4 en B5

Herbarium inleveren

1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 80 min

Onderdelen in deze les

Programma
Herhaling vorige les
huiswerk bespreken lastige opgaven
B4 en B5

Herbarium inleveren

Slide 1 - Tekstslide

Hiernaast zie je
paardenbloemen, is dit een
insectenbloem of een windbloem?
A
Insectenbloem
B
Windbloem
C
zowel insectenbloem als windbloem

Slide 2 - Quizvraag

Hiernaast zie je
paardenbloemen, is dit een
insectenbloem of een windbloem?
A
Insectenbloem
B
Windbloem
C
zowel insectenbloem als windbloem

Slide 3 - Quizvraag

Uit hoeveel vruchtbeginsels is de appel ontstaan?
A
1
B
2
C
3
D
dat weet je niet

Slide 4 - Quizvraag

Hoeveel stuifmeelkorrels zijn er op zijn minst nodig geweest bij deze
appel?
A
0
B
1
C
3
D
ontelbaar

Slide 5 - Quizvraag

De ................................. groeit door de ..................................

in de richting van het ......................
Dan gaat hij naar het poortje van het ....................
Daar barst de stuifmeelbuis open. 

De ................................. van de stuifmeelkorrel smelt samen met de kern van de ...........................
Nu is de de eicel ........................

eicel

stuifmeel
korrel

vrucht
beginsel

kern

bevrucht

stijl

zaad
beginsel

stuifmeelbuis / pollenbuis

Slide 6 - Sleepvraag

In de vrucht zitten ....................

Die zijn ontstaan uit de zaadbeginsels
waarvan de  ...................    bevrucht is. 

...................... waarvan de eicel 
niet bevrucht is,   ....................

zaadbeginsels

verschrompelen

zaden

eicel

7 zaden

vrucht

Slide 7 - Sleepvraag

Celdeling
Kerndeling
celdeling
plasmagroei
dochtercel
moedercel

Slide 8 - Sleepvraag

Thema 6 Voortplanting bij planten en dieren

Slide 9 - Tekstslide

Leerdoelen
Je kunt uitleggen:
  •  wat geslachtelijke en ongeslachtelijke voortplanting is
  •  wanneer nakomelingen dezelfde of juist niet dezelfde erfelijke eigenschappen hebben als de ouder
  • je kunt voorbeelden geven van ongeslachtelijke voortplanting

Begrippen:
geslachtelijke voortplanting/ongeslachtelijke voortplanting
knol/knop/bol/rok
uitloper/wortelstok

Slide 10 - Tekstslide

Wie hoort er niet bij.....

Slide 11 - Tekstslide

geslachtelijke voortplanting

bevruchting: versmelting  zaadcel (kern van stuifmeelkorrel) en  eicel (kern van zaadbeginsel)


erfelijk materiaal nieuwe plant niet identiek aan ouderplant
ongeslachtelijke voortplanting

geen bevruchting
nieuwe plant ontstaat uit deel ouderplant, gevolgd door celdeling

erfelijk materiaal nieuwe plant is identiek aan de ouderplant

Slide 12 - Tekstslide

Bij geslachtelijke voortplanting

Slide 13 - Tekstslide

Ongeslachtelijke voortplanting

Slide 14 - Tekstslide

Bollen, knoppen, wortelstokken
Knol: ondergrondse verdikte stengel. En knol heeft knoppen (ogen) hieruit groeien nieuwe knollen
Bol: wortel+ bolschijf =verdikte stengel + rokken =verdikte bladeren met reservevoedsel (rokken). Uit 1 knop ontstaat een plant uit de andere knoppen ontstaan nieuwe bollen
uitlopers: bovengrondse stengels waaraan een nieuwe plant ontstaat
wortelstok: ondergrondse stengel waaraan jonge planten ontstaat


Slide 15 - Tekstslide

STEKKEN

Slide 16 - Tekstslide

Weefselkweek door kwekers 

Slide 17 - Tekstslide

Wie hoort er niet bij.....

Slide 18 - Tekstslide

ongeslachtelijke voortplanting bij dieren

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Video

Huiswerk
Maak B5 opdracht 1 t/m 11

Slide 21 - Tekstslide